Hoger, die ovens

Sidmar vertoont ambitie: het staalbedrijf heeft een plan klaar om de productiecapaciteit van zijn hoogovens tegen 2004 op te trekken tot 6 miljoen ton staal per jaar.

Al een paar jaar kampt de Gentse siderurgiegroep Sidmar (omzet: 150 miljard frank) met een productiviteitsprobleem: het staalbedrijf heeft te weinig halffabrikaten om bekleed staal en andere afgewerkte producten te maken. Dat komt door de beperkte hoogovencapaciteit. Een investeringsplan moet een oplossing bieden: het is de bedoeling om tegen 2004 met dezelfde 6000 werknemers een capaciteit van 6 miljoen ton te bereiken.

“Dat proces zal in verschillende fasen verlopen,” zegt communicatieverantwoordelijke Bart Verstraeten van Sidmar. “Het is de bedoeling om in 2001 en 2003 telkens een hoogoven te vergroten om zo de capaciteit geleidelijk aan te laten toenemen tot 6 miljoen ton.”

Momenteel draait Sidmar op een capaciteit van 5,5 miljoen ton, maar dat dankt het bedrijf alleen maar aan het Sidcomet-systeem. Die apparatuur manipuleert als het ware de warme fase van het productieproces, waardoor bijkomende hoogovens overbodig zijn. Maar voor het Sidcomet-systeem moeten wel halffabrikaten worden aangekocht, en “dat is risicovol aangezien we dan afhankelijk zijn van de prijsschommelingen op de wereldmarkt.”

Hersenen.

Sidmar is de 21ste eeuw met grootse verwachtingen binnengestapt. En daar is het sinds twee jaar 100% Vlaamse directiecomité niet vreemd aan. Chief executive officer (CEO) Paul Matthys is trouwens vertegenwoordigd in het directiecomité van het Luxemburgse moederbedrijf Arbed, dat meer dan 71% van Sidmar in handen heeft. Matthys kreeg daar vorig jaar het gezelschap van Hedwig Vergote, directeur-generaal van het Gentse staalbedrijf. Hun aanwezigheid is niet meer dan normaal als men weet dat Sidmar op het gebied van vlakke producten het kernbedrijf van Arbed is.

Sidmar koppelt mankracht ook aan hersenen: op een steenworp van de productie-eenheid in Zelzate ligt het Onderzoekscentrum voor de Aanwending van Staal (OCAS). Het centrum is een gezamenlijk initiatief van Sidmar (dat 75% van de aandelen bezit), LDD, ALZ en Stahlwerke Bremen – niet toevallig de specialisten inzake vlakstaal en roestvrij staal binnen Arbed – en geniet al meer dan tien jaar een internationale bekendheid op het gebied van de vlakke producten.

De staalsector is een allesbehalve statische branche. Constant wordt gezocht naar nieuwe ontwikkelingen. “Het onderzoek op de vlakke staalplaat is daarvan een goed voorbeeld,” zegt Bart Verstraeten. “Zowel de bewerkbaarheid van de staalplaat als de technieken om bijvoorbeeld corrosie tegen te gaan, worden constant verbeterd. Dankzij het OCAS hebben we daar succes geboekt.”

E-business.

Sidmar blijft evenmin ongevoelig voor de pletwals die e-commerce is. Moeder Arbed startte een paar maanden geleden met elektronische handel in stalen draagbalken. Het proefproject loopt met een aantal klanten in de Benelux, Frankrijk en Duitsland en zal geleidelijk worden uitgebreid. Bart Verstraeten: “Wij gaan nog na welke mogelijkheden e-business biedt. Concrete plannen zijn er nog niet, maar het is duidelijk dat internet qua aankoop en verkoop ook voor vlakke producten mogelijkheden biedt.”

a.m.