Hoe raken de bedrijven aan werkkapitaal?
In tijden van economische neergang en banken die een strenger kredietbeleid voeren, krijgen ook politici aandacht voor de financieringsproblemen van bedrijven. Wat menen de partijen daaraan te doen?
Agalev: c ò CD&V: a ò N-VA: d ò SP.A: b ò Spirit: b ò Vlaams Blok: d ò VLD: a
Qua financiering van ondernemingen kan de uittredende regering met een positieve noot afsluiten. Begin april 2003 keurde de senaat een wet goed die de private privak invoert, een nieuw beleggingsinstrument dat toelaat aan particuliere beleggers om in niet-genoteerde bedrijven te investeren. Die maatregel ligt in de lijn van wat de regering in de voorbije regeerperiode heeft proberen te verwezenlijken: de oprichting en ontwikkeling van KMO’s.
Ondertussen is ook duidelijk geworden waar een volgende regering vooral aandacht aan moet besteden. De eerste voorstellen kwamen van… de Vlaamse en Waalse ministers van Economie, Jaak Gabriëls ( VLD) en Serge Kubla ( MR). Zij pleiten voor maatregelen die moeten leiden tot een soepeler financiering van de ondernemingen: fiscale stimulansen voor leningen met een hoge risicofactor, kredieten tegen nultarief aan starters en een regionalisering van het Federaal Participatiefonds.
De partijstandpunten
Zitten de politieke partijen op dezelfde lijn? Voor de VLD is een verdere verlaging van de vennootschapsbelasting, als hefboom voor het aantrekken van risicokapitaal, zeer belangrijk. In het programma vinden we ook echo’s van het duo Gabriëls-Kubla terug: startende zelfstandige ondernemers moeten krediet tegen nultarief kunnen krijgen. Daarvoor wil de VLD het Federaal Participatiefonds inschakelen. Dat verstrekt onder andere al achtergestelde leningen aan startende en groeiende ondernemingen. Van een regionalisering van het fonds is in het VLD-programma echter geen sprake
De CD&V zit op dezelfde lijn. De christen-democraten willen meer werkingsmiddelen voor het Participatiefonds. Een tweede punt dat opvalt in het CD&V-programma is het pleidooi voor een soort Tante Agaath- of suikertanteregeling. De partij gebruikt die benaming niet expliciet, maar heeft het wel over particulieren die een fiscale stimulus krijgen wanneer ze middelen ter beschikking stellen van niet-beursgenoteerde bedrijven.
Opvallend is de wending die de SP.A neemt. Tot voor kort waren de socialisten niet echt happig om risicokapitaal te promoten. Nu blijken ze net als andere partijen een voorstander te zijn van een ondersteuning van KMO’s. Maar om dat te kunnen doen, moet er een heffing komen op het vermogen van grotere ondernemingen. Risicokapitaal selectief stimuleren, met duidelijke doelstellingen, heet het. De SP.A blaast dus tegelijk warm en koud. Volgens de SP.A is het ook absoluut noodzakelijk om de slagkracht van het Participatiefonds te vergroten met nieuwe instrumenten en middelen. De SP.A stelt voor dat het fonds zou optreden als schakel tussen de particuliere belegger en de KMO.
Ook Spirit pleit voor een erkenning en degelijke ondersteuning van investeringsfondsen voor KMO’s en wil het Participatiefonds bevorderen. Ook zou er een ‘tax shelter’ moeten worden ingevoerd voor de bedrijven in de culturele sector, zoals de muziekindustrie. Starters gunt Spirit een substantiële vrijstelling van sociale lasten gedurende de eerste drie jaar.
Agalev wil vooral milieuvriendelijke en ethische beleggingen en investeringen stimuleren. Duurzame ondernemingen (in sociale economie, hernieuwbare energie, ontwikkelingssamenwerking, biologische landbouw enzovoort) hebben het volgens de groenen dikwijls moeilijk om privé-kapitaal aan te trekken wegens een verondersteld lager financieel rendement. Daarom wil Agalev, als aan bepaalde criteria wordt voldaan, een fiscaal voordeel toekennen aan beleggingen in duurzame ondernemingen. Agalev was ook gewonnen voor de private privak, maar om iedereen en vooral kleine starters ook een kans te geven is er volgens hen ook nog behoefte aan een Tante Agaath-regeling, zoals in Nederland.
De N-VA houdt zich in dit dossier dan weer op de vlakte. De partij heeft het over de ontwikkeling van een volwaardige Vlaamse risicokapitaalmarkt, waardoor het geld van de Vlamingen bij Vlaamse groeibedrijven kan renderen. Zo zullen de Vlaamse ondernemingen voor hun financieringsbehoeften minder afhankelijk zijn van buitenlandse grootbanken en beurzen. Hoe de N-VA dit in de huidige economische omgeving – waar durfkapitalisten een uitgesproken internationaal karakter hebben – kan waarmaken, is niet echt duidelijk.
Qua archaïsche standpunten wordt de N-VA niettemin geklopt door het Vlaams Blok. Het Blok stapt mee met het gros van de andere partijen als voorstander van de private privak. Maar wat te denken van het standpunt dat de Gimv gehernationaliseerd moet worden? Volgens het Blok werd de rol van beleidsinstrument om het Vlaamse bedrijfsleven ook daadwerkelijk in Vlaanderen te verankeren door de geleidelijke privatisering ondermijnd.
A.G. /A.M.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier