Hoe heter, hoe beter
In Sint-Niklaas huist een wereldmarktleider. Microtherm isoleert alles wat heet wordt, heel heet. De drang naar energiebesparing en groene energie geeft het bedrijf de wind in de zeilen.
Is het een textielbedrijf? Is het een metaalconstructeur? De productiehal van Microtherm in Sint-Niklaas laat de bezoeker in dubio. In het ene deel zijn vooral vrouwelijke medewerkers aan het stikken en naaien, in het andere zetten arbeiders een nieuwe productiemachine in elkaar. Het antwoord? Geen van beide: het bedrijf uit Sint-Niklaas is gespecialiseerd in hightech isolatiemateriaal.
Nochtans zien de producten van Microtherm er niet bijzonder hightech uit. Sommige voelen zelfs ronduit stoffig aan. “Tja, 93 procent van dat materiaal is lucht. En de rest is synthetisch zand, en wat toevoegstoffen”, grijnst Steven Heytens. “Al hebben we nu ook isolatie ontwikkeld die vacuüm getrokken wordt.” Maar verder houdt de vergelijking met het eerste het beste schuimrubber wel op. Het isolatiemateriaal uit de Wase hoofdstad is wereldwijd marktleider voor temperaturen tussen 300 en 1000 graden Celsius.
Ideaal voor brandstofcellen, en meer specifiek de solid oxide fuel cells waarop Microtherm mikt. Bij die technologie wordt, naar analogie van een batterij, brandstof bij hoge temperatuur (870 graden) omgezet in elektriciteit en warm water. Het rendement zou met 55 tot 60 procent veel hoger liggen dan dat van pakweg windmolens of zonnepanelen, al hoeden veel vakbladen zich voor overdreven enthousiasme. Het grootste probleem is de hoge temperatuur, maar daar weet Microtherm wel raad mee.
Vooral in Japan zijn brandstofcellen aan een doorbraak toe. Tot nu toe werden ze vooral gebruikt voor grote industriële toepassingen. Maar het Amerikaanse Bloom Energy lanceerde eind februari een brandstofcel die geschikt moet zijn voor kmo’s, en in een latere fase zelfs huishoudens.
Microtherm werkt samen met Bloom Energy, maar ook met Ceramic Fuel Cells, een ander toonaangevend bedrijf in de sector. De trend naar groene energie moet het bedrijf helpen opnieuw aan te knopen met groei.
Loonkosten zijn geen handicap
Samen met operationeel directeur Bert Devillé en Luc De Ridder, die het financiële voor zijn rekening neemt, leidt Heytens sinds 2004 het bedrijf. Toen kochten KBC, Gimv en Sofindev II het over van de familie McWilliams en het chemiebedrijf Degussa (nu Evonik). “Het management heeft ook een klein percentage. Maar we gaan met ons drieën naar de raad van bestuur”, zegt Heytens.
De overname was de voorlopig laatste stap in een bewogen geschiedenis. Microtherm werd in het midden van de jaren zestig opgericht door Joseph McWilliams, een Nieuw-Zeelandse kernfysicus die in het Engelse Kidderminster begon met een fabriek voor het door hem gepatenteerde isolatiemateriaal. Hij mikte op producenten van keramische kookplaten, maar die zagen niet dadelijk brood in zijn idee. Maar hij vond wel klanten bij de bouwers van elektrische kachels.
Een van de grotere kachelmakers was het Brusselse Acec, en samen met Degussa opende McWilliams in 1971 een vestiging in Sint-Niklaas. In 1984 kwam er een Japanse productieafdeling bij, en zes jaar later een verkoopkantoor in de VS. Op het hoogtepunt werkten 1500 mensen voor de groep. Terwijl Sint-Niklaas zich toespitste op de isolatie voor kachels, focuste McWilliams, en later zijn zoon, op de keramische kookplaten via het zusterbedrijf Ceramaspeed.
In 2004 besloot de familie Microtherm van de hand te doen. Het consortium rond KBC hapte toe en trok Steven Heytens aan, die zijn sporen verdiende bij Rogers Corporation, om samen met Devillé en De Ridder het bedrijf te leiden. De Britse vestiging werd snel gesloten. Ook Ceramaspeed ging dicht door de concurrentie uit lagelonenlanden.
Het toptrio heeft geen zin in dergelijke scenario’s. “We mikken op nichemarkten, waar onze loonkosten minder een handicap zijn”, legt Heytens uit. “Nu wordt 65 procent van de omzet vanuit Sint-Niklaas gegenereerd, 22 procent in Japan en de rest in de Verenigde Staten. Maar 98 procent van onze omzet halen we buiten de Benelux.”
De omzet steeg op groepsniveau van 25 miljoen euro in 2004 naar 30,2 miljoen in 2008. Dit jaar zal het 13 procent minder zijn, doordat de markten in Europa en Japan slabakken. Maar er zijn lichtpuntjes: “Groene energie deden we twee jaar geleden nog niet, nu gaat dat naar 15 tot 20 procent.”
Mikken op de bouw
Na de brandstofcellen ligt het volgende doel al vast: de bouwsector. Een veelbelovende markt, zeker omdat vanaf 2019 alleen nog energieneutrale woningen mogen worden gebouwd. Met traditionele materialen betekent dat snel een laag isolatie van 30 tot 40 centimeter, meent Heytens. Microtherm wordt nu al gebruikt om bijvoorbeeld liftdeuren brandwerend te maken, maar de Waaslanders willen ook betrokken worden bij de bouw van passiefhuizen.
Dat klinkt makkelijker dan het is. Want het Sint-Niklase bedrijf is geen bouwfirma, en elk land heeft zijn eigen bouwwetgeving. “In Duitsland en Oostenrijk werken we met lokale partners, die ons materiaal meenemen als een deel van de oplossing. In Frankrijk moeten de energieleveranciers aantonen dat ze energiereductie stimuleren, dus is isolatie voor hen interessant. In de Belgische bouwsector zijn we nog niet echt bekend. Zij vragen in de eerste plaats concepten, iets wat aansluit bij hun manier van werken.”
Al zijn er inmiddels drie testsites voor woningen en kantoorgebouwen met nul energieverbruik in België, Duitsland en Zwitserland. “Het is voor ons zaak om concepten te ontwikkelen waarbij onze isolatie perfect kan worden geïntegreerd in muren en vloeren. Want wij leveren een vacuümproduct. Wordt daarin gezaagd, of komt er een lek in, dan verliest dat een stuk van zijn isolerende kracht. Die concepten, en het opleiden van de bouwvakkers en architecten vormen de grootste hindernis.”
Het past in een evolutie, weet Heytens: “Vroeger maakten we producten, nu worden we steeds meer een verkoper van thermische analyses, de oplossingen voor het probleem en de daarbij horende systemen. Neem de metro in Singapore. Daar komen nieuwe treinstellen, met specifieke eisen voor de brandveiligheid. Daar hebben we het concept voor ontworpen, brandtesten gedaan, schoktesten,… Voor een Duitse autoproducent leveren we de isolatie voor een katalysator die maar 5 gram mag wegen. We bouwen dozen voor het transport van organen, en koelcontainers die voedsel 24 tot 48 uur koel houden, maar amper energie verbruiken.”
Het zorgt voor specifieke moeilijkheden. “Het is een grote uitdaging om onze mensen steeds opnieuw naar die nieuwe marktsegmenten te sturen. In feite zijn we hoe langer hoe minder producenten van isolatie, en steeds meer specialisten van thermisch management.”
Door luc huysmans
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier