Hier scheiden de wegen
2012 was een euforisch jaar voor de Belgische biotechs, maar 2013 verloopt met hindernissen. ThromoboGenics, Ablynx, Galápagos en TiGenix ontwikkelen zich op een andere manier, waardoor de toekomst er voor elk van hen anders uitziet.
De Belgische biotechbedrijven presteren dit jaar teleurstellend op de beurs. Dat komt vooral doordat het vertrouwen in de sector is teruggelopen. De shortposities die enkele hedgefondsen hebben ingenomen op het aandeel van ThromboGenics en Galápagos, waarmee ze inzetten op een koersdaling, is daar een signaal van. De oorzaak van dat wantrouwen is het gebrek aan nieuws tussen begin dit jaar, toen ThromboGenics Jetrea op de markt bracht, en de aankondiging vorige maand dat Ablynx en Galápagos nieuwe partnerschappen hadden afgesloten. Ook de commerciële tegenslagen van ThromboGenics en de verrassende kapitaalverhogingen van TiGenix hebben gewogen op de Belgische biotechs, die op een kruispunt lijken te staan. Elk bedrijf in de sector ontwikkelt zich op zijn eigen manier. Dat maakt dat de toekomst er voor elk van hen anders uitziet.
THROMBOGENICS
ThromboGenics, de koningin van de Belgische biotechs, startte dit jaar sterk met de eerste verkopen van zijn eerste geneesmiddel Jetrea in de Verenigde Staten, het groene licht voor de commer-cialisering van het product in Europa en de opname van het bedrijf in de Bel-20. Maar sindsdien heeft het aandeel gaandeweg terrein verloren. Eind augustus donderde de koers zelfs met 18 procent naar beneden, na de publicatie van rampzalige halfjaarcijfers. De beleggers maakten zich vooral ongerust omdat de omzet van Jetrea in de Verenigde Staten in mei en juni was gestegen met nauwelijks 10 procent; analisten hadden gerekend op een stijging met 50 procent.
Die tegenvallende verkoop is deels te wijten aan de zwakke commerciële strategie van ThromboGenics in de Verenigde Staten, waar het zich concentreerde op een te klein aantal specialisten. Het Leuvense bedrijf beschikt niet over dezelfde middelen als Alcon, de wereldleider in oftalmologische producten, dat Jetrea commercialiseert in de rest van de wereld. Bovendien verklaarde het management dat het tot eind 2014 duurt voordat het echt zicht heeft op het verkooppoten-tieel van Jetrea. Dat is een eeuwigheid voor de markten. Sinds die sombere 30 augustus schommelt de koers rond 20 euro. Midden vorige week was er een kleine opflakkering, toen de resultaten bekend raakten van een onderzoek van professor Peter Stalmans van het UZ Leuven naar het potentieel van Jetrea voor de vroegtijdige behandeling van vitreomaculaire tractie.
Om een fiasco te vermijden, moet ThromboGenics dus belangrijke beslissingen nemen om zijn toekomst veilig te stellen. Zo zou het zijn commerciële structuur in de Verenigde Staten kunnen versterken. Om zo’n netwerk rendabel te maken, moet het echter nog andere behandelingen op de markt brengen. Dat impliceert partnerschappen of overnames, aangezien de pijplijn van ThromboGenics bijna leeg is. Ofwel kan ThromboGenics de commercialisering van Jetrea in de Verenigde Staten toevertrouwen aan een partner (Alcon?), om zich uitsluitend te concentreren op de ontwikkeling van nieuwe medicijnen. De derde mogelijkheid is dat het bedrijf zich laat overnemen. Alcon lijkt in dat geval de beste kandidaat, op voorwaarde dat de Zwitserse groep overtuigd blijft van het potentieel van Jetrea.
Advies: houden
ABLYNX
Ablynx is gespecialiseerd in nanobody’s, antilichamen van de nieuwe generatie die kleiner, stabieler en flexibeler zijn, wat een grotere reeks indicaties en toedieningsvormen mogelijk maakt. Ablynx kwam onlangs in het nieuws met de ondertekening van een belangrijk partnerschap met de Amerikaanse groep AbbVie voor zijn experimentele behandeling van reumatoïde artritis, na vorderingen in de klinische studie. Die handtekening leverde de biotech een vooruitbetaling van 175 miljoen dollar op, waar mogelijk nog mijlpaalbetalingen (tot 665 miljoen dollar) en royalty’s op de verkoop bovenop komen.
De kassa van Ablynx is dus goed gevuld, maar het bedrijf treedt ook in concurrentie met Galápagos, dat een ander kandidaat-medicijn voor reumatoïde artritis ontwikkelt in samenwerking met AbbVie. Dat AbbVie sterk inzet op die ziekte, komt mogelijk doordat het beschikt over het referentiegeneesmiddel Humira, dat vorig jaar een omzet van meer dan 9 miljard dollar haalde.
De rest van de pijplijn van Ablynx is vrij goed gevuld, met onder meer experimentele behandelingen voor de ziekte van Moschcowitz, het respiratoir syncytieel virus (de oorzaak van veel aandoeningen bij zuigelingen) of het verlies van botmassa (osteoporose en kanker). Die programma’s bevinden zich nog in een vroeg stadium, wat impliceert dat een belegging in Ablynx alleen interessant is op lange termijn. Wij beperken ons advies na de recente stijging tot houden.
Advies: houden voor de lange termijn
GALÁPAGOS
De Belgisch-Nederlandse biotech Galápagos beschikt over een drugdiscoverydivisie voor derden, waarmee het gedeeltelijk zijn eigen onderzoeken kan financieren. Toch waren de recentste cijfers veeleer teleurstellend, met een omzetdaling van 14 procent tot 28,4 miljoen in het eerste halfjaar. Ook Galápagos beschikt over een sterke kaspositie, sinds de ondertekening van het partnerschap met Abbott (nu AbbVie) begin 2012 voor zijn kandidaat-geneesmiddel tegen reumatoïde artritis. Dat leverde het bedrijf 150 miljoen dollar op, plus mijlpaalbetalingen die tot meer dan een miljard dollar kunnen oplopen en royalty’s op de eventuele verkoop.
Die experimentele behandeling is verder gevorderd dan die van Ablynx, aangezien ze de fase IIb van de klinische studie aanvat — een fase die Galápagos nog enkele tientallen miljoen zal kosten. Als alles naar wens verloopt, neemt AbbVie de fakkel over in de fase III en stort het opnieuw 200 miljoen dollar aan de Belgische biotech. Het is moeilijk de behandelingen van Galápagos en Ablynx te vergelijken, aangezien de studies een andere looptijd hebben en zich niet richten tot dezelfde categorie van patiënten.
De rest van de pijplijn van de Belgisch-Nederlandse biotech is niet zo breed — vier andere programma’s in de klinische fase — maar het gaat wel om veelbelovende indicaties (lupus-psoriasis, colitis ulcerosa en kankeruitzaaiingen). Volgend jaar worden de fase II-resultaten verwacht voor twee programma’s, naast die voor GLPG0634 tegen reumatoïde artritis.
Het aandeel is koopwaardig na een terugval tot 14 euro, om te profiteren van de nieuwsstroom die wordt verwacht voor 2014.
Advies: kopen rond 14 euro
TIGENIX
TiGenix, dat zich specialiseert in celtherapieën, is samen met ThromboGenics de grootste teleurstelling van de afgelopen twaalf maanden. Het bedrijf leek zich te herstellen van de problemen met ChondroCelect. Die behandeling voor het herstellen van kraakbeen in de knie werd uiteindelijk toch gecommercialiseerd en wordt in een handvol Europese landen terugbetaald. Daarna stapelden de tegenslagen zich op. Eerst en vooral was er de verslechtering van zijn financiële positie, die het bedrijf er in december en in juli toe dwong een kapitaalsverhoging door te voeren.
Het bedrijf is op zoek naar een partner voor zijn behandeling van perianale fistels (patiënten met de ziekte van Crohn), die in de laatste fase van de klinische studie is. In zijn halfjaarverslag heeft TiGenix echter laten verstaan dat dat mogelijk niet genoeg is om de 12 miljoen euro bij elkaar te brengen die nodig is om zijn activiteiten te financieren tot aan het einde van de zomer van 2014. Gezien de teleurstellende wetenschappelijke resultaten van Cx611 tegen refractaire reumatoïde artritis zien de vooruitzichten er niet echt rooskleurig uit.
We adviseren daarom te profiteren van elke koersopstoot — bijvoorbeeld na de mogelijke aankondiging van een partnership voor Cx601 — om het aandeel te verkopen.
Advies: verkopen bij koersherstel
CÉDRIC BOITTE
ThromboGenics moet belangrijke beslissingen nemen om zijn toekomst veilig te stellen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier