Het tekort aan wc-papier

Zelden werden de politieke én persoonlijke dilemma’s in het postcommunistische Oost-Europa zo pijnlijk duidelijk beschreven als in Café Europa, de jongste essaybundel van de Kroatische journaliste-romancière Slavenka Drakulic.

Laat u vooral niet ontmoedigen door het begrip essay. Vaak munt die vorm uit in een schier onleesbare analyse, maar Slavenka Drakulic vervlecht de intellectuele acrobatiek met een scherpe observatie van het alledaagse leven. Daarbij is ze ook zelf prominent aanwezig, wat geregeld tot ontroerende passages leidt. Na alle zwaarwichtige politieke vivisecties die finaal alleen maar zichzelf in de staart bijten, stuiten we nu op een boek dat de gevolgen van de val van het communisme in de Oost-Europese sovjetsatellieten in het algemeen, en van Joegoslavië in het bijzonder helder aantoont.

Eerder al paste Drakulic haar succesrecept toe in Hoe wij het communisme overleefden en bleven lachen (1992). Zonder ooit hoogdravend te worden, liet ze toen zien dat het communisme kapseisde omdat het gewoonweg de mens niet op de voorgrond plaatste. Zelfs de economie moest het systeem onderhouden en vergat dus de behoeften van de mensen. Dat bedoelt ze nu net met de veelzeggende boutade dat het communisme ten onder ging omdat de regimes geen wc-papier en tampons konden produceren. Het tekort aan wc-papier komt ook in haar nieuwe bundel Café Europa ter sprake, die de ondertitel Leven na het communisme meekreeg. Daarbij richt ze de aandacht vooral op haar Kroatische vaderland, een land waarmee ze een haat-liefdeverhouding heeft. Uiteraard heeft ze er het beste mee voor, maar ze verzet zich ook krachtig tegen het enge nationalisme dat er heerst na de afscheiding van het voormalige Joegoslavië.

MEDEPLICHTIG STILZWIJGEN.

In Kroatië is de inmiddels internationaal bekende Drakulic een omstreden figuur, niet het minst omdat ze de politiek van president Tudjman genadeloos aanvalt. Ze laat de klauwen zien van de zelf verklaarde volksheld en klaagt het dictatoriale beleid aan.

In het verrassende essay De schuld van mijn vader wijst ze eerst op de verantwoordelijkheid van de vele opportunisten uit het Joegoslavië van Tito. “In mijn ogen heeft mijn vader zich schuldig gemaakt aan opportunisme, aan impliciete collaboratie met een dictatoriaal regime en voor alles aan stilzwijgen.” Al op haar 16de brak Drakulic met haar vader. Nu lijkt ze nog even flink na te trappen naar de inmiddels overleden legerofficier. Enkele bladzijden verder klaagt ze echter de nieuwe zuivering aan. Vandaag worden niet alleen de fouten, maar meteen ook de verdiensten van het communistische verleden weggewist. Vooral het antifascisme van toen wordt door Drakulic geprezen. Dat is overigens ook bittere noodzaak, vindt ze, want de kliek rond Tudjman verheerlijkt de dubieuze helden uit de periode toen Kroatië een nazi-satelliet was.

In het essay Een Kroatische in Israël wordt Drakulic op een onthutsende manier met dat hachelijke collectieve verleden geconfronteerd. Ook al is ze zelf pas in 1949 geboren, tijdens een lezing in Jeruzalem vraagt iemand haar of ze zich schuldig voelt over de massamoorden van Kroaten op joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. In het Kroatische concentratiekamp Jasenovac werden ongeveer 17.000 joden vermoord. De vraag doet haar andermaal verwijzen naar een onheilspellende herhaling van de geschiedenis. Onder het communisme zwegen de Kroaten collectief over de misdaden van het regime, in het hedendaagse onafhankelijke Kroatië houden ze alweer de lippen op elkaar, nu de regering de invloed van (ex-)fascisten ondergaat en niet bepaald nauw omspringt met de democratische principes.

ONZICHTBARE MUREN.

De Kroaten zijn nog niet klaar voor de democratie, beweert Drakulic in Een koning voor de Balkan, het meest bizarre essay uit de bundel. “We weten niet hoe we vrij moeten zijn, we zijn nog niet toe aan eigen verantwoordelijkheid. En dus valt de nieuwe, postcommunistische werkelijkheid ons bitter tegen.” Ze speelt zelfs even met de idee om een soort verlichte vorst te laten aantreden, een vaderfiguur die de weg naar de eigen verantwoordelijkheid en dus naar de democratie kan aanwijzen.

In het essay Onzichtbare muren vinden we een ander aspect van haar kernbetoog. De Muur is weliswaar afgebroken, maar werd inmiddels vervangen door een irritant onzichtbare vorm ervan. Die is het schrijnendst bij de grenscontroles, waar Oost-Europeanen als verdachte tweederangsburgers behandeld worden. Niet de politiek of de ideologie houdt de scheiding nu in stand, maar de welvaartskloof, zeg maar de armoede. Terwijl haar Zweedse man, een Oost-Europa-correspondent met wie ze afwisselend in Wenen en een Kroatisch grensdorp woont, moeiteloos West-Europa binnenkomt, krijgt zij af te rekenen met vernederende controles. Nochtans willen de Oost-Europeanen wel degelijk bij het westerse Europa horen. Dat verlangen drukken ze zelfs uit in de namen van restaurants en cafés, die Europa gedoopt worden.

LUC DE DECKER

Slavenka Drakulic, Café Europa Leven na het communisme. De Prom, 197 blz., 690 fr.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content