‘Het is een spel, maak het niet te moeilijk’
“Hoe was je dag, schat?’ Mijn echtgenote en ik vragen het elkaar elke avond. We werken allebei hard en vele uren, en die routine zorgt ervoor dat we aan het einde van de dag even stoom kunnen aflaten. Hoe belangrijk dat is, kreeg ik door bij mijn eerste evaluatie als CEO. Het evaluatieproces werd begeleid door een consultant die me erop wees dat de meeste CEO’s nood hadden aan coaching. Omdat ze vaak moeten werken tussen twee werelden ¬ de raad van bestuur en het bedrijf ¬ en als eindverantwoordelijke toch helemaal alleen staan. Ik heb me toen afgevraagd hoe het kwam dat ik die nood aan begeleiding niet voelde. Tot ik besefte dat ik al een coach had: mijn echtgenote.
“We hebben vaak dezelfde visie op zaken. Heel prettig is dat. We zijn bijvoorbeeld allebei nogal fan van de speltheorie. In de twee betekenissen van het woord. ‘Het is allemaal maar een spel’, dat zeggen we vaak tegen elkaar. We worden geboren, we leven en we gaan dood. Maak het dus allemaal niet te moeilijk.
“Ook de speltheorie als concept tussen psychologie en kansberekening vind ik enorm boeiend. Het gevangenendilemma is het bekendste voorbeeld, maar ook in andere situaties vind ik het ontspannend mijn hersenen te breken over welke wetmatigheden er spelen en hoe mensen reageren. Bijvoorbeeld wanneer het ziekenhuis een nieuwe machine moet aankopen. Ik weet hoeveel ik wil uitgeven, de verkoper weet hoeveel hij wil ontvangen, en we weten het niet van elkaar. De onderhandeling die daarop volgt, is een spel. Een soort van stratego, heel leuk om over na te denken.”
Oude Volkswagens
“Ik ben zo iemand die zijn hersenen niet kan afzetten. Ik pieker niet, maar zodra ik wakker word, begint de gedachtestroom. Over van alles en nog wat, niet alleen over het werk. Onlangs werd mijn interesse voor wagens bijvoorbeeld weer aangewakkerd. Vrienden van ons kochten een oldtimer en daarna gingen mijn gedachten meteen naar carburatoren en pk’s, naar bouwjaren, types en serienummers. Dat vond ik als kind al fascinerend. En als zestienjarige maakte ik mijn eigen buggy’s, een soort crossmachines van oude Volkswagens. Vandaag zijn auto’s een brok elektronica. Je moet bijna een IT-expert zijn om te weten wat eraan scheelt.
“Zelf verdiep ik me liever in de mechaniek van oude wagens. Mijn echtgenote zegt dat ik me dan maar een oldtimer moet aanschaffen in plaats van erover te zagen, maar ik ken mezelf. Ik zou daar te veel tijd in investeren. Het komt er ooit nog wel eens van.”
Mensen kijken
“Nu genieten we vooral van de kleine dingen. Wandelen, fietsen, terrasjes doen en mensen kijken. Je moet niet altijd naar de Kilimanjaro gaan. Toen ik vorig voorjaar na wekenlang werken in coronaomstandigheden voor het eerst een weekend vrij nam, heb ik me ook gewoon met een boek en een glas wijn neergezet. Na drie seconden lag ik in slaap. Op zo’n moment merk je dat je een tol betaalt als je zo hard werkt, maar daar kan ik tegen.
“Ik heb natuurlijk enorm veel geluk dat ik al twee keer de kans kreeg om een baan uit te oefenen waar ik veel plezier in vind. Eerst als longarts, nu al vijftien jaar als CEO. Die functies gaven en geven me energie. Dat is wat de Japanners ikigai noemen: dat je iets doet waar je goed in bent, wat je graag doet en nog voor betaald wordt ook. En dat je iets doet wat niet alleen waarde creëert voor jezelf, maar ook voor de maatschappij. Ook dat is een noodzakelijke voorwaarde om voldoening en balans te vinden, denk ik.
“Dan wil je niet per se het onderscheid maken tussen werk en vrije tijd. Want de grens daartussen nauwgezet en angstvallig willen bewaken, dat geeft ook stress. Misschien moet je die lijn dus net weggommen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier