“Het interprofessioneel overleg ligt in coma”

Alain Mouton

Een nationale staking in januari is niet meer dan een stuiptrekking. De begrotingscontrole en mogelijke extra besparingen worden een belangrijker examen voor sociaaleconomisch België, voorspelt Agoria-topman Paul Soete.

Het sociaaleconomische jaar 2011 eindigt zoals het begonnen is: in een gespannen sociaal klimaat. Op 2 december betoogden de vakbonden tegen het regeerakkoord-Di Rupo en op 30 januari 2012 plannen ze een nationale staking.

Begin dit jaar sloten de sociale partners een ontwerp van interprofessioneel akkoord af, maar het socialistische ABVV en de liberale ACLVB schoten het af. Ze vonden de reële loonmarge voor 2011-2012 (+0,3 %) te weinig en zagen geen heil in de voorstellen om het statuut van arbeiders en bedienden en in eerste instantie de opzegtermijnen naar elkaar toe te doen groeien. De regering van lopende zaken stuurde het akkoord dan maar zelf bij en goot het in wetten.

“Wat in het dossier-arbeiders-bedienden op een bepaald moment op tafel lag was het beste, maar de socialistische en de liberale vakbond hebben het verworpen. Nochtans hebben de werkgevers de weg van het ABVV bewandeld”, blikt Paul Soete, topman van de technologiefederatie Agoria, terug. “Het was de weg van de geleidelijkheid, waarbij de statuten naar elkaar toe zouden groeien zonder het eindpunt vast te leggen. Het is absurd dat én de bediendebond BBTK én de socialistische metaalcentrale het interprofessioneel akkoord kelderden, terwijl ze tegengestelde standpunten hebben over de opzegtermijnen. Volgens de BBTK mag je nergens aan raken; de metaalbonden wilden de korte opzegtermijnen voor arbeiders optrekken naar die van de bedienden.”

PAUL SOETE. “Het heeft geen zin die discussie opnieuw op interprofessioneel niveau te voeren. Het interprofessioneel overleg ligt in coma en zal misschien na de sociale verkiezingen wat gereanimeerd worden. Het ABVV is zijn onderhandelingscapaciteit op interprofessioneel niveau kwijt. Dat hoor je bij de centrales van het ABVV. De socialistische vakbond is nog een pressiegroep, maar als onderhandelingspartner staat hij buitenspel. De sociale partners kunnen het dossier-arbeiders-bedienden niet aanpakken. De bal ligt in de kamp van de regering. De werkgevers zullen daar moet lobbyen, want onderhandelen zal weinig zin hebben.”

Een andere belangrijke poot van het interprofessioneel was de loonnorm: een indexaanpassing met 0,3 procent reële loonstijging in 2012. In een aantal sectoren leefde bij de vakbonden een groot ongenoegen omdat ze niet meer mochten afdwingen. Hoe kijkt u daarop terug?

SOETE. “Ik had meer heisa verwacht. De meeste sectoren zijn binnen de loonnorm gebleven. De ontsporingen situeerden zich eerder op ondernemingsniveau. In onze sectoren viel het mee.”

Ondanks een bescheiden loonakkoord zal onze loonkostenhandicap ten opzichte van de buurlanden in 2012 weer toenemen. De vakbonden beweren dan weer dat het verschil dankzij royale loonakkoorden in Duitsland zal afnemen. Wie heeft gelijk?

SOETE. “In het tweede kwartaal van dit jaar zijn de Duitse loonkosten inderdaad de hoogte in geschoten. Als wij onze Duitse collega’s daar vragen over stellen, dan horen we dat het komt door eenmalige premies. In het derde kwartaal is dat effect afgevlakt. Er is geen Duitse inhaalbeweging. Volgens de Europese sixpack-regels wordt de competitiviteit van de bedrijven gemeten aan de loonkosten per eenheid product, gecorrigeerd voor productiviteit. Wel, in het derde kwartaal zijn de Duitse loonkosten gedaald en de onze gestegen.

“De loonkosten zullen bij ons sneller blijven stijgen omdat de inflatie in België nu eenmaal hoger ligt. Nu volgen wij naast de rentespread ook de inflatiespread met Duitsland. De inflatie lag in november 1,45 procentpunt hoger in België dan in Duitsland.”

Wat moet er gebeuren om die hogere Belgische inflatie te counteren?

SOETE. “Het Observatorium voor de Prijzen zegt al zes maanden op rij dat de prijs van achttien producten duidelijk te snel stijgt. Geen kat doet iets. De regering in lopende zaken had een excuus, nu hopen we dat de nieuwe minister van Economische Zaken, Johan Vande Lanotte, optreedt. Wat hij precies doet – ingrijpen in de energieprijzen of in het indexeringsmechanisme – is mij om het even.”

De Nationale Bank komt binnenkort met een studie over de oorzaken van de hogere inflatie. Zijn die niet al bekend?

SOETE. “Het energieverhaal is bekend: door het automatisch indexmechanisme worden de gestegen olieprijzen onmiddellijk doorgerekend. Elders gebeurt dat niet. Wat de hoge elektriciteitsprijzen betreft, heeft iedereen boter op het hoofd, zowel de producenten, de verdelers als de overheden. En dan zijn er de tweederonde-effecten van de automatische index die een loon-prijsspiraal veroorzaken. Mijn voorstel is kiezen voor de Colruyt-index.”

De Colruyt-index?

SOETE. “Een prijsindex die uitgaat van het normale gedrag van een consument: hij gaat shoppen daar waar dat het goedkoopst is.”

De voorbije weken is hier en daar geopperd om een indexsprong over te slaan. Hoeveel zou dat opbrengen?

SOETE. “Agoria gaat ervan uit dat een indexsprong van de ambtenarenlonen en de sociale uitkeringen overslaan 2 miljard euro opbrengt. Doe je het ook in de privésector, dan komt daar nog eens 3 miljard euro bij.”

Hoe ziet u het sociaal klimaat evolueren? Een nationale staking op 30 januari lijkt onvermijdelijk.

SOETE. “In januari zal een derde van de regeringsmaatregelen in KB’s gegoten zijn. Ik zie de staking daarom eerder als een laatste stuiptrekking. Het volgende examen is de begrotingscontrole van eind februari. De reactie van de bonden op nieuwe besparingen is belangrijker. Totaal los van de begroting houd ik mijn hart vast voor de spanningen tussen het ACV en het ABVV. Die zullen in de bedrijven oplopen, zeker in aanloop naar de sociale verkiezingen.”

Wat vindt u van het verwijt dat bedrijven nog snel brugpensioen doorvoeren voor de verstrenging een feit is?

SOETE. “Dat argument werd aangehaald naar aanleiding van het collectief ontslag bij Duracell. Ik kan met de hand op het hart zeggen dat dat in dit concrete dossier niet het geval was. Maar als je het brugpensioen verstrengt, is het niet aangewezen een soort van sperperiode in te stellen. En dan heb ik het nog niet over allerlei uitzonderingsclausules waardoor brugpensioen op jongere leeftijd mogelijk blijft, zoals bij ArcelorMittal in Luik.”

ALAIN MOUTON

“De sociale partners kunnen het dossier-arbeiders-bedienden niet aanpakken. De bal ligt in het kamp van de regering”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content