Het hemd van Frank Bomans
De software van Appiness herkent objecten in video’s en maakt die laatste interactief. De technologie staat voldoende op punt om een versnelling hoger te schakelen, met twee nieuwe contracten met tv-zenders en een kapitaalverhoging.
De videotechnologie van Appiness heeft veel potentieel voor e-commerce en marketing. Nu haalt Appiness, eind 2013 opgericht door Jonas De Cooman en Michel De Wachter, in een tweede ronde 1,6 miljoen euro bij ‘enkele Vlaamse ondernemende families’. Het had eerder al een investering van 1,5 miljoen gekregen. Daarbovenop kwam ook voor ongeveer 400.000 euro innovatiesteun van de Vlaamse overheid via het IWT (nu Vlaio).
“We hebben in het begin bewust met enkele kleinere rondes gewerkt. Voor een grotere ronde spreken we de klassieke durfkapitaalspelers aan. Het geld dient om onze technologie verder te commercialiseren. We werken met een abonnement, in combinatie met commissies. De verwachte omzet voor 2016 is 150.000 euro”, zegt De Cooman, net als De Wachter co-CEO.
Appiness focuste het voorbije anderhalf jaar op de ontwikkeling en de tests van de achterliggende technologie, het toevoegen van extra informatie aan bewegende beelden. Daarvoor bouwde het de app Spott. In april kwamen de eerste publieke testen in samenwerking met de zenders van Medialaan, VRT, Proximus en RTL. Een beperkt aantal programma’s werd interactief gemaakt. De kijkers konden bijvoorbeeld de kleren van Frank Bomans en andere personages in de tv-serie Thuis kopen. Spott werkt met een automatische herkenning van de passage in de uitzending. De app detecteert die met hulp van het geluid uit het programma.
Aan die testen komt nu een uitgebreider vervolg. Ook voor Groupe RTL maakt Appiness programma’s interactief, en de Medialaan-zenders integreren de Spott-app verder. “Voor ons is het een experiment, maar we willen het alle kansen geven. De eerste testen waren veelbelovend, er was interesse van kijkers en adverteerders. Net zoals in de eerste testen maken we weer volledige programma’s interactief. We spitsen ons niet alleen toe op de reclameblokken”, zegt Tatjana Vandenplas, innovatiemanager bij Medialaan.
Dat betekent dat de software van Appiness uren en uren video moet verwerken. “We hebben een efficiënte manier gevonden om bewegende beelden te verrijken”, zegt De Wachter. “De herkenning van de objecten gebeurt met software die werd ontwikkeld met Universiteit Gent. Ons kleine team maakt per dag bijna vier uur video interactief. Schaalbaarheid is cruciaal. Tegen 2020 bestaat 80 procent van de internettrafiek uit video en consumenten zullen interactiviteit verwachten.”
Concurrentie
Door dat grote potentieel zijn er andere kapers op de kust. De directe concurrent van Appiness is het Amerikaanse The Take. Dat heeft betere toegang tot grotere investeerders en klanten. “Onze software kan zeven keer sneller video verwerken. Dat voordeel hebben wij”, zegt De Cooman. “We kunnen ook onze groei versnellen dankzij verschillende acceleratorprogramma’s. Zo bouwen we een internationaal netwerk op. We zijn een van de acht geselecteerde start-ups van Microsoft Accelerator. Daardoor ondersteunt Microsoft ons en kunnen we onder meer vanuit Londen werken. We zijn ook in Zuid-Korea actief, nadat we er een gelijkaardige acceleratorcompetitie hebben gewonnen. Het gros van ons team, tien vaste medewerkers en negen freelancers, en de belangrijkste activiteiten zitten wel in België.”
Stijn Fockedey
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier