“Het broeikaseffect bestaat wél”

Het wetenschappelijke bewijs dat de mens verantwoordelijk is voor het broeikaseffect groeit. Klimatoloog Jean-Pascal van Ypersele, lid van het International Panel on Climate Change, hekelt de negationisten.

“De weg naar Kyoto is lang en ligt vol putten,” zegt Jean-Pascal van Ypersele (46). Sinds mei 2002 zetelt deze Belgische klimatoloog van de Université Catholique de Louvain-la-Neuve ( UCL) in het directiecomité van het International Panel on Climate Change ( IPCC), het wetenschappelijke forum van de Verenigde Naties over het broeikaseffect.

Als vice-voorzitter van de werkgroep, die de gevolgen van de klimaatveranderingen en de mogelijke aanpassingsstrategieën bestudeert, houdt de neef van de gelijknamige kabinetschef van de koning mee de pen vast van het Fourth Assessment Report, dat in 2007 verschijnt. Van Ypersele: “Op dit ogenblik leggen we de laatste hand aan de structuur van het boek. Veel aandacht zal worden besteed aan de relatie met duurzame ontwikkeling en de waterproblematiek. Voor de concrete uitwerking van het rapport gaan we een beroep doen op 2000 à 3000 wetenschappers.”

De voorzitter van de energiecommissie binnen de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling ergert zich aan het negationisme van sommige waarnemers. Vorige week sprongen de Vlaamse kranten nog op de uitspraak van de Gentse hoogleraar op rust Frans De Coninck dat zure regen niet bestaat. Van Ypersele: “Uit de conclusie van ons derde rapport uit 2001 blijkt dat de industriële processen de afgelopen halve eeuw voor 66 % à 90 % verantwoordelijk zijn voor de opwarming van de aarde. In onze volgende publicatie zullen we de invloed van de mens nog beter kunnen aantonen, ondanks de rol van wolken en de kosmische stralen in het broeikaseffect.”

Gemiddeld stoot elke mens jaarlijks vier ton CO2 uit in de atmosfeer. Bij een ongewijzigd beleid ontstaat het zogenaamde broeikaseffect, wat tot een gevoelige opwarming van de aarde en een stijging van de zeespiegel leidt. Het pessimistische scenario van het IPCC raamt de temperatuursstijging in België op respectievelijk 1,5 graad in 2025, 2,9 graden in 2055 en 4,5 graden in 2085. Daardoor zal de regen in de winter toenemen met 8 % in 2025, 15 % in 2055 en 23 % in 2085.

Om het toenemend aantal overstromingen tegen te gaan, moet de regering dus dringend maatregelen treffen. Van Ypersele: “Het grote probleem is dat elk dag telt. Van de 25 miljard ton CO2 die de mensheid jaarlijks uitstoot, wordt maar de helft geabsorbeerd door de oceanen en de vegetatie. Dat betekent dat we met een cumulatief effect kampen. Daarom ook moeten we de stijgende trend niet alleen ombuigen, maar tegen 2100 de emissies op wereldvlak permanent stabiliseren tot zo’n 5 miljard ton CO2 ( nvdr – het niveau dat de natuur gemakkelijk kan verwerken) of vijfmaal minder dan de huidige uitstoot.”

Dat die doelstellingen niet haalbaar zouden zijn, noemt Van Ypersele larie en apekool. “Ten eerste is de mens technisch gezien tot veel in staat. We vliegen tegenwoordig naar Mars, wat twintig jaar geleden nog tot het rijk der fabelen gerekend werd. Bovendien stelt het IPCC dat het Westen zonder enige kostprijs 10 % à 30 % energie kan besparen door middel van warmtekrachtkoppeling, rationeel energiegebruik en spaarlampen. Daarnaast kan een mix van instrumenten – energiebelasting, beter openbaar vervoer, verhandelbare emissierechten en convenanten – soelaas bieden.”

E.P. n

“De industriële processen zijn wel degelijk verantwoordelijk voor de opwarming van de aarde.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content