Het afscheidsfeest van de Europese cultuur

Alain Mouton

Stefan Zweig, Joseph Roth, Ernst Toller, Irmgard Keun,… In de zomer van 1936 woonden deze Duitse en Oostenrijkse schrijvers in Oostende en omgeving. Ze zochten elkaar op in de toen nog mondaine badplaats. Allen waren ze op de vlucht voor het nazi-regime. Sommigen waren joden, anderen communisten, Irmgard Keun was geen van beide. Maar haar antinaziboeken kreeg ze in Duitsland niet meer verkocht.

Het leven van die auteurs aan de Belgische kust is nu te boek gesteld door Volker Weidermann. Zomer van de vriendschap is niet het eerste werk over de exilschrijvers in Oostende. Vijftien jaar geleden schreef Humo-journalist Mark Schaevers een boek over de zomer van 1936. Hij won dit jaar de Gouden Uil met een biografie van de Joodse schilder Felix Nussbaum. Ook Nussbaum woonde tijdens het interbellum een tijd in Oostende.

Het boek van Weidermann brengt geen fundamenteel nieuwe inzichten over die periode, maar is wel het eerste werk over die periode in de taal van Goethe. Sommer der Freundschaft verkocht bij de oosterburen als zoete broodjes. De fascinatie voor die exilschrijvers in de zomer van 1936 wordt meestal beperkt tot twee figuren: de Oostenrijkers Stefan Zweig en Joseph Roth. Zweig was een steenrijke auteur die zijn goede vriend Roth naar Oostende lokte in de hoop hem daar van zijn drankverslaving af te krijgen. Roth, een gevierd auteur van onder andere de Radetzky Mars, was aan lager wal geraakt. Zweig, die Roth financierde, lokte hem van Amsterdam naar Oostende omdat er in België een strenge wetgeving gold over de verkoop van sterkedrank. IJdele hoop. Roth goot zich vol met wijn. Hij verliet zijn hotel amper. Zwemmen in zee deed hij niet. “Een vis gaat ook niet op café”, was zijn antwoord. De heren trokken samen in Oostende op. Er is de iconische foto van Roth en Zweig op een terras, beiden achter een reeks wittewijnglazen. Roth begon in Oostende een relatie met Irmgard Keun.

Uit het boek van Weidermann blijkt dat de schrijvers in ballingschap stilaan alle voeling met het thuisland hadden verloren. Ze begrepen niet waarom de westerse democratieën die zomer zonder problemen deelnamen aan de Olympische Spelen in Berlijn, een propagandasucces voor het nationaalsocialistische regime van Adolf Hitler.

Ze beseften wel dat het ijdele hoop was ooit te kunnen terugkeren naar hun thuisland. Die tijd was voorbij. Hun avondlijke ge-sprekken ademden vaak de nostalgie naar het oude Europa, toen gevierde auteurs vrijelijk door het continent konden reizen. Thomas Mann, die in ballingschap in Zwitserland zat, noemde die Oostendse zomer van 1936 “het afscheidsfeest van de Europese cultuur”.

Met veel exilauteurs liep het slecht af. Ernst Toller vluchtte naar New York en pleegde er in 1939 zelfmoord. Toen Roth dat nieuws vernam, stortte hij in elkaar en overleed kort daarna. Ook Stefan Zweig pleegde zelfmoord, op 22 februari 1942 in Brazilië. Hij had wel nog zijn meesterwerk geschreven: De wereld van gisteren. Over het Europa dat nog niet door dictatuur en oorlog was vernield.

Volker Weidermann, Zomer van de vriendschap. Oostende 1936, Cossee, 2015, 192 blz., 19,95 euro

ALAIN MOUTON

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content