HEKSENJACHT
VIJF VOOR TWAALF.
Morgen, 12 december, stellen de Hoge Raad voor Diamant en de Antwerp Acion Group een rapport voor over het economische belang van de diamantsector in België. Daarmee willen ze aantonen dat de diamantnijverheid nog wel degelijk iets te bieden heeft. Maar hun woordvoerder, Leo Neels, waarschuwt : “Het is werkelijk vijf voor twaalf. De onderzoeken naar witwassen door Fouad Abbas, het faillissement van Bank Max Fischer en de fraude bij het Diamond Office deed de sector ontwaken uit een droom. De idee van ‘ ons kan niets gebeuren want ons kent men niet‘ zorgde voor een vals veiligheidsgevoel. Transparantie wordt de komende jaren willens nillens het ordewoord, niet alleen naar het brede publiek, ook naar de autoriteiten.”
Volgens Neels moet de sector justitie beschouwen als een “objectieve bondgenoot”. Want : “Het kwaad moet met de wortel worden uitgeroeid. Niet dat ik de excessen van de voorbije weken goedkeur. Was het bijvoorbeeld nodig om de BOB af te sturen op meer dan honderd diamantairs in verband met nieuwjaarsgiften van de voorbije vijf jaar ? Zo’n terreursfeer, ook in het buitenland, kan zich tegen Antwerpen keren. Sommige mensen van het gerecht zijn geobsedeerd door de idee dat de diamant is geïnfiltreerd door de Russische maffia. Wellicht is dat het geval bij sommige kleine juwelenwinkels en goudhandeltjes aan het station, maar net die worden met rust gelaten.”
Neels geeft de strikte toepassing van de witwaswet van 1995 als voorbeeld van de terreursfeer. “Bij een extremistische interpretatie heeft die wet het perverse gevolg dat voorheen legale technieken plots een crimineel karakter krijgen, zonder dat ze kunnen worden geregulariseerd,” weet hij. “Na de oorlog openden leden van de joodse gemeenschap uit voorzorg voor onheil gecodeerde rekeningen bij discrete bankiers. Die dienden als waarborg voor leningen in België. Die zogenaamde back to back-leningen worden bestraft als men niet kan bewijzen dat die buitenlandse garantie een legale oorsprong heeft.”
Deze en andere praktijken zal Neels onderzoeken, om in maart 1998 met een “realistisch voorstel” te komen voor de federale en andere overheden. Neels : “De buitenwacht heeft de perceptie dat de diamantsector naar verhouding weinig belastingen betaalt. Er is een tegenspraak tussen de omzet van de sector 750 miljard frank en de directe bijdrage van de handelaars aan de overheid naar schatting 400 miljoen frank. Welnu, ‘t Steentje zal bereid zijn méér te betalen, en dat op een fraudebestendige en correcte manier. En we zullen zelf plannen naarvoorschuiven voor de wettelijke omkadering. We zijn bereid de bocht te maken. Eén vraag : geef ons tijd. Schiet ons intussen niet af, anders vliegen we uit de bocht.”
Moet het gerecht dan een stand still van enkele maanden in acht nemen ? “Neen,” reageert Neels. “Het gerecht moet zijn werk doen. Ik vrees echter dat er momenteel ook in het KB Lux-dossier een beweging bezig is die los staat van het louter justitiële. Het gerecht wil zich in het post- Dutroux-tijdperk door bepaalde maatregelen affirmeren tegenover de uitvoerende macht. Maar het bedrijfsleven in dit geval de diamantsector en de bancaire wereld mag niet worden geplet in de strijd tussen de gerechtelijke en de uitvoerende macht.”
Volgens Neels is er ook een juridisch argument dat pleit voor een voorzichtige houding van justitie. “In de loop der jaren was in de bank- en de diamantsector een fiscale behandeling ontstaan die door iedereen als verworven werd ervaren. Het was toch een publiek geheim dat bedrijven én families in België massaal met hun kapitaal naar het buitenland vluchtten. Alle banken gebruiken buitenlandse fondsen voor het financieren van binnenlandse activiteiten. Het strafgerecht is niet het geschikte apparaat om een sector van de ene dag op de andere te reguleren. Anders kan élke Belgische bankier achter de tralies belanden. Wenst het publiek transparantie ? OK, maar dan moet de wetgever behoorlijk optreden en elke sector de tijd geven de situatie te regulariseren. Het gaat niet op dat de rechterlijke macht uit eigen beweging het stuur in handen neemt en de bestaande, en algemeen aanvaarde situatie aanpakt. Een heksenjacht ontwricht de economie. Een radicale breuk van het gerecht met het verleden en de daarmee gepaard gaande criminalisering van de betrokkenen is in strijd met de beginselen van behoorlijk bestuur.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier