Harry De Smedt: “Zit graag op de achterbank”

Na een carrière van twintig jaar in de IT-wereld wou Harry De Smedt weer de adrenaline van het entrepreneurschap voelen. Als business angel zit hij in een rist bedrijfjes.

De carrière van Harry De Smedt speelde zich voornamelijk af bij Unit4Agresso. Voor dat Nederlandse IT-bedrijf zette hij mee de Belgische poot op en stond hij mee aan de wieg van de groeistrategie die in 1998 bekroond werd met een beursgang. “Ik heb eigenlijk de evolutie meegemaakt van een klein softwarebedrijfje naar een grote beursgenoteerde onderneming. Maar een gesprek met Hilde Goossens (de toenmalige directeur van Vlerick BAN, nvdr) zette mij aan het denken. Waarom niet uw ervaring ten dienste stellen van jonge ondernemers, luidde de boodschap. Toen BAN Vlaanderen werd opgericht, was dat voor mij het signaal om ook aan de slag te gaan als business angel. Ik vind het vooral begeesterend om opnieuw de adrenaline en het enthousiasme te voelen van de jonge starters.”

“Ik ben niet supervermogend, maar heb wat kapitaal opgebouwd. Ik verwacht een financieel rendement, maar eigenlijk is dat niet mijn hoofdmotivatie. Ik steek liever mijn centen in een bedrijf waar ik zeggenschap in heb, dan dat ik aandelen koop en rustig zit te wachten op de kwartaalresultaten.”

“Ik heb nu vier participaties. Twee uit de IT-sector – gezien mijn achtergrond is dat niet verwonderlijk -, eentje in de financiële dienstverlening en eentje in de wellness. Namen noem ik liever niet, want ik wil niet op de voorgrond staan bij die bedrijven, dat is de rol van de ondernemer zelf. Ik voel me comfortabel op de achterbank, waar een business angel volgens mij ook hoort te zitten. In het geval van Lisis (dat begin dit jaar failliet werd verklaard en waar Harry De Smedt letterlijk de reddende engel is die een doorstart bewerkstelligde, nvdr) is dat anders. Dat IT-bedrijf kende ik en het potentieel ervan kon ik goed inschatten. Ik wil daar een goed Belgisch bedrijf van maken, en met de mensen, de partnerships en de technologie die ze in huis hebben voor afvalverwerking moet dat lukken.”

“Ik wil bewust diversifiëren en hanteer drie stelregels om te investeren. De voornaamste is dat ik in de mensen geloof. Ik heb liever een goede ondernemer met een minder doordachte case, want dat kan je bijsturen. Een goede case met een slechte ondernemer is onbegonnen werk. Ik moet ook het verschil kunnen maken, en ik wil het bewijs dat er een klant of gebruiker is. Ik heb nergens een exittermijn vooropgesteld. Een groeibedrijf heeft elke drie tot vijf jaar een andere levensfase, en dat zijn kantelmomenten waarop gepraat kan worden.”

“Mijn investeringsrange ligt rond 100.000 euro per dossier. Ik mik op een aandelenpakket tussen 25 en 35 procent, dat lijkt me ideaal. Ik vind overigens dat Vlaamse ondernemers actiever zouden moeten zijn, en hun ervaringen moeten delen met jonge ondernemers. Zij zijn de toekomst van ons economisch weefsel.”