Haalt hij de Astra naar Antwerpen?

Luc Huysmans senior writer bij Trends

senior writer bij Trends 30-11-2006, 00:00 Bijgewerkt op: 20-07-2022, 07:51

Even leek het of, in de slipstream van Volkswagen Vorst, ook het voortbestaan van GM Belgium in Antwerpen werd bedreigd. De aankondiging dat de fabriek in 2007 25.000 Saturns zou mogen bouwen, wordt door de woordvoerster “voorbarig” genoemd. General manager Freddy De Mulder (51) beseft echter maar al te goed dat de echte test volgend jaar komt, wanneer wordt beslist over de toewijzing van het nieuwe model Astra.

Dat nieuwe model moet werkzekerheid bieden in de periode 2009-2015. General Motors – bijgenaamd The General – beloofde eerst duidelijkheid voor het einde van dit jaar, vervolgens voor volgend voorjaar, maar volgens de laatste geruchten zou ‘s werelds grootste autobouwer pas in september 2007 zijn keuze maken.

De grootste gegadigden zijn de fabrieken die nu al de Astra produceren: Antwerpen, het Duitse Bochum en Ellesmere Port in het Verenigd Koninkrijk. Sinds september 2005 rollen er echter ook in het Poolse Gliwice Zafira’s (ook een lid van de Astrafamilie) van de band, terwijl ook Eisenach en de Zweedse Saabfabriek in Trolhättan zich kandidaat hebben gesteld.

Kan De Mulder voldoende wegen om op het hoofdkwartier in Rüsselsheim de voor GM Belgium interessantste facts & figures hoger op het lijstje criteria te lobbyen? Om die vraag te beantwoorden, maakte bijna iedereen die we contacteerden de vergelijking met zijn voorganger bij GM Belgium, Eddy Geysen. Die zetelde als Europees vicepresident voor aankoop in de Europese Strategy Board, wat hem een extra stuk netwerk opleverde dat De Mulder niet heeft, en de vergelijking dus scheeftrekt.

Dat wil niet zeggen, haasten ze zich eraan toe te voegen, dat De Mulder – die bij het afsluiten van dit nummer onbereikbaar was – niet voldoende zou kunnen lobbyen. Want ook de Waaslander – geboren in Beveren, nu een Stekenaar – kan bogen op een ruime internationale ervaring. Na een studentenjob bij Ford begon hij in 1978 bij de aankoopdivisie van wat toen nog Opel Belgium heette. Later werd hij verantwoordelijk voor het eerste just-in-time zetelproject en het eerste SILS-center ( supplies in line sequence, een organisatiesysteem waarbij de verschillende onderdelen van leveranciers in de door GM gewenste volgorde worden aangeleverd) voor GM in continentaal Europa. In die functie kreeg hij ook Europese en wereldwijde verantwoordelijkheden, die hij uitoefende vanuit Duitsland. “Inclusief reizen denk ik dat ik een kwart van mijn carrière in het buitenland ben geweest,” zei hij daarover eerder in Trends.

Bovendien hangt GM Belgium niet alleen af van het netwerk van De Mulder. Ook in zijn managementteam zitten mensen met connecties en ervaring. Fabrieksdirecteur Jan Brems verdiende zijn strepen in de fabrieken in het Engelse Ellesmere Port en het Duitse Bochum, terwijl financieel directeur Louis Paenen mee de fabriek in Sjanghai hielp opstarten, en één van de negen financieel verantwoordelijken is voor Europa.

Een assessment op het hoofdkwartier in Detroit, net voor zijn aantreden bij GM Belgium, noemde De Mulder een zeer gedreven manager, bijna geobsedeerd door resultaten en objectieven, maar zonder de menselijke kant uit het oog te verliezen. “De grootste troef van Freddy is de duidelijkheid waarmee hij doelstellingen kan formuleren, en zijn gave om de mensen daarvoor te enthousiasmeren. Bovendien is het een doorzetter,” becommentarieert Eddy Geysen zijn opvolger. Zijn minpunten? “Geen,” lacht Geysen. “Als ik er eentje móét noemen: soms probeert hij iets te hard te verduidelijken waarom iets is wat het is. Dat doet zijn boodschap minder concreet klinken dan zou moeten.”

Ook bij de bonden laat De Mulder een positieve indruk na. “Een correcte man, en een harde werker, die ook weet te delegeren waar nodig”, is hun indruk. Al geven ze toe dat ze hem niet echt veel zien. Als directeur voor verkoop, marketing en aftersales voor de Benelux zit hij namelijk ook regelmatig in Breda en Kontich. “Tijdens het sociale overleg zal hij het niet laten om de voor hem cruciale punten naar voren te halen. Maar de eigenlijke onderhandelingen laat hij over aan Jan Brems en personeelsdirecteur Bob Schelfhaut.”

Tot rust komen doet De Mulder vooral in zijn tuin. Niet alleen door er te tuinieren, maar ook door te kijken naar een monumentaal beeld van Luc Ledene. “Vijf minuutjes naar dat beeld kijken en ik ben helemaal weg. Ik voel me dan alsof ik twee uur in de zetel heb kunnen uitrusten.” Ook voor joggen en tennis probeert hij tijd vrij te maken.

Dat hij überhaupt in de automobielindustrie is terechtgekomen, was voor de licentiaat TEW geen uitgemaakte zaak. “Het was geen kinderdroom om in de automobielindustrie te gaan werken. Maar zowel het product auto – gebruiks- én genotsmiddel – als de sector hebben me altijd geboeid.”

Door de problemen bij Volkswagen Vorst stellen sommigen vragen bij de toekomst van de automobielindustrie in België. Het prikkelt De Mulder slechts in zijn strijd om het voortbestaan van GM Belgium te verzekeren. Dat doet hij onder andere via de automobielfederatie Febiac, en als lid van de werkgroep die onder leiding van Eddy Geysen aanbevelingen deed voor de overheden in dit land. Pijnpunt daarvoor blijft de loonkost, een punt waarvoor De Mulder graag een lans breekt.

Antwerpen heeft troeven voor de nieuwe Astra: de fabriek maakt alle modellen van de Astra en heeft ook al een traditie van export. Er rolden al Holdens voor Australië en Vauxhalls voor het VK van de band. Bovendien scoort ze steevast goed qua productiviteit. “Maar de internationale automarkt is zo concurrentieel dat je je plaats elke dag opnieuw moet verdedigen. In de geglobaliseerde economie van vandaag bestaan er geen zekerheden meer.”