Groeien op eigen benen

De noodlijdende moederonderneming Echo Groep werd een blok aan het been van Nerva. Drie managers slaagden erin via een managementbuy-out het betonbouwbedrijf over te nemen.

Op het terrein van Nerva in Harelbeke staat een treurwilg langs de Gaverbeek. De boom werd 46 jaar geleden geplant, toen de Betonwerkerij van Harelbeke in nieuwe handen overging door een managementbuy-out. In 1991 werd de onderneming opgenomen in de Echo Groep van de Limburgse familie Cuyvers en omgevormd tot Nerva nv. Erik Geerts, Jan Haerens en Ivan Vansteenkiste kunnen binnenkort drie nieuwe bomen planten, want begin april slaagde het drietal erin Nerva via een nieuwe managementbuy-out los te wrikken uit de noodlijdende Echo Groep. Het bedrijf maakt al decennialang geprefabriceerde vloerelementen in voorgespannen beton. De klanten zijn spelers uit de utiliteitsbouw (70 % van de omzet), de appartementsbouw (20 %) en de woningbouw (10 %).

Echo, dat in 2009 nog werd genomineerd voor de verkiezing van de Onderneming van het Jaar, kwam vooral in de problemen door een zware investering in een fabriek in Genk. De slechte economische conjunctuur zette de marges onder druk, waardoor die operatie verkeerd uitpakte. Uiteindelijk kon de familie niet anders dan de wet op de continuïteit van de ondernemingen (WCO) inroepen, om bescherming te zoeken tegen haar schuldeisers.

“Ons bedrijf was een van de sterkhouders in de Echo Groep. Vandaar dat Nerva vorig jaar als enige Belgische vestiging van de groep buiten de WCO-procedure werd gehouden”, vertelt Jan Haerens, die al meer dan dertig jaar voor het bedrijf werkt. Voor de managementbuy-out bezat hij al 12 procent van de aandelen.

Autonomie is heilig

Ondanks die stevige resultaten kregen de financiële problemen van het moederbedrijf ook stilaan een negatieve impact op Nerva. “We hebben ons lang kranig gehouden, maar uiteindelijk werd de Echo Groep steeds meer een blok aan ons been”, zegt vestigingsdirecteur Ivan Vansteenkiste. “We verloren klanten, omdat ze het risico niet durfden te nemen om met ons samen te werken. Uit schrik dat hun werven zouden stilvallen door een faillissement van ons bedrijf, kozen ze eieren voor hun geld en trokken ze naar de concurrentie. We hebben daar alle begrip voor, want in die omstandigheden zouden we wellicht hetzelfde doen. Het was dus hoog tijd voor actie. Anders dreigde Nerva meegesleurd te worden in de val.”

Lange tijd lagen verscheidene opties op tafel. Zo toonden de huisbankiers zich bereid mee te stappen in het verhaal. Het drietal zonderde zich af in het café van de Sint-Sixtusabdij in Westvleteren, en bij een glas trappist werd de knoop doorgehakt. “Sommige bankiers waren allesbehalve gelukkig, toen we hen vertelden dat we een andere keuze hadden gemaakt. Daarnaast moesten we ook een financiële investeerder ontgoochelen”, zegt Erik Geerts, die al vier jaar de commerciële leiding van Nerva in handen heeft.

De drie managers beslisten in zee te gaan met een industriële partner uit de bouwsector die een minderheidsparticipatie heeft. “Het was een bewuste keuze om met ons drieën de meerderheid te behouden, want door onze slechte ervaringen uit het recente verleden staan we op onze autonomie”, zegt Jan Haerens.

Franse werknemers

Nerva produceert zijn prefab betonelementen op acht banen van elk 123 meter lang. Na een droogtijd van acht uur worden de elementen op maat gezaagd. De jaarproductie — zogoed als alles is maatwerk — schommelt tussen 250.000 en 280.000 vierkante meter, wat een omzet van 7 à 8 miljoen euro oplevert. Het bedrijf telt 48 werknemers en draait 24 uur per dag, vijf dagen per week. De managementbuy-out heeft geen negatieve impact op de werkgelegenheid. “Integendeel, want op korte termijn willen we twee extra mensen aanwerven: een calculator-tekenaar en een projectopvolger”, zegt Haerens.

De nummerplaten van de wagens op het personeelsparkeerterrein verraden dat hier veel Fransen aan het werk zijn. “Zeven op de tien werknemers komen uit Noord-Frankrijk”, verklaart Jan Haerens. “We hebben het opgegeven jonge Vlamingen te zoeken, want blijkbaar willen zij dat werk niet meer doen. Toch zijn de meeste banen niet zo zwaar, want de productie gebeurt semiautomatisch.”

Op 1 januari 2012 werd het voordelige grensarbeidersstatuut afgeschaft. Nogal wat werkgevers in de grenszone vreesden voor de negatieve impact op de instroom van Franse werknemers. Jan Haerens: “De gevolgen vallen gelukkig mee, want sindsdien hebben we al nieuwe aanwervingen gedaan. We zijn heel tevreden over de bereidheid en de inzet van onze Franse medewerkers. Ze hebben nog altijd de goede ingesteldheid — de Vlaamse mentaliteit van dertig jaar geleden.”

Aandacht voor duurzaamheid

De nieuwe bewindvoerders blaken van ambitie, want ze willen zo snel mogelijk het verloren gegane marktaandeel terugwinnen en opnieuw marktleider worden. De afzetmarkt bevindt zich in een straal van 100 kilometer rond Harelbeke. Maar het bedrijf bedient behalve Vlaanderen ook Noord-Frankrijk en zelfs het Verenigd Koninkrijk. Om het bedrijf beter te kunnen leiden, heeft het management beslist zwaar te investeren in nieuwe IT-systemen.

Een ander thema dat meer aandacht krijgt bij Nerva, is duurzaamheid. Tegen het bouwreces hoopt het bedrijf een project te kunnen opstarten om de restwarmte van de nabijgelegen verbrandingsoven te recupereren. “We werken daarvoor samen met de intercommunale Imog. Het prijskaartje bedraagt 170.000 euro, maar gezien de brandstofprijzen hebben we dat snel terugverdiend”, weet Ivan Vansteenkiste. “Omdat we aan de Leie liggen, willen we ook gebruikmaken van de binnenscheepvaart, maar dat blijkt voorlopig financieel niet haalbaar te zijn.”

DIRK VAN THUYNE, FOTOGRAFIE WOUTER RAWOENS

“Zeven op de tien werknemers komen uit Noord-Frankrijk. We hebben het opgegeven jonge Vlamingen te zoeken”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content