Google: tussen cool en commercie
Uitgerekend vorige donderdag, op 1 april, liet het internetbedrijf Google weten dat het binnenkort Gmail lanceert, een gratis e-maildienst die ongeveer 500 keer krachtiger is dan het aanbod van Microsoft of Yahoo. Te doorzichtig als aprilgrap volgens sommigen, absoluut revolutionair volgens anderen. De persdienst van Google ontdekte pas na enkele uren de “wat ongelukkige timing”, maar verzekerde dat Gmail later dit jaar wel degelijk van start gaat. Wat vorige week verkocht werd als slordige communicatie, is waarschijnlijk niets anders dan een geslaagde poging om gratis reclame te genereren. Het past in ieder geval bij de managementstijl van Larry Page en Sergey Brin, de twee jonge stichters van Google.
Page en Brin ontmoetten elkaar in 1995 in de lokalen van Stanford, de befaamde universiteit in de buurt van San Francisco die vooral bekend staat om haar informaticaopleiding. Beiden waren ze naar Californië getrokken om er een doctoraatstitel te halen. De academische dromen verwaterden toen Page een wiskundige formule ontwikkelde om de relevantie van informatie te meten. Samen met Brin bouwde hij er een zoekmachine rond, die het snel groeiende aanbod van webpagina’s overzichtelijk moest houden.
Na de zomer van 1998 verlieten Page en Brin – toen amper 25 en 24 jaar oud – Stanford om in Silicon Valley hun internetbedrijfje op de sporen te zetten. Vandaag is Google een internationale onderneming met een jaarlijkse omzet van bijna 1 miljard dollar, 350 miljoen dollar winst en meer dan 1300 personeelsleden. Zowat de helft is ingenieur, een kwart heeft bovendien een doctoraatsdiploma op zak.
Het zou zorgen voor een impliciet kastensysteem. Page en Brin gaan volgens critici te veel op zoek naar soortgenoten. “Twintig jaar ervaring is van geen belang. Ze willen alleen weten waar je gestudeerd hebt en hoeveel punten je behaalde,” aldus een werknemer in het Amerikaanse blad Fortune.
Misschien is het daarom dat het hoofdkwartier nog altijd op een chaotisch studentenclubje lijkt. In de lobby staat een grote piano, in de gangen liggen kleurrijke ballen en de gratis maaltijden worden klaargemaakt door Charlie Auers, ooit nog kok bij de rockband The Grateful Dead. Brin verdedigt zich vaak door te stellen dat een aangename werkomgeving de creativiteit doet opborrelen. De gratis maaltijden zijn dan weer een manier om werknemers binnenshuis te houden tijdens de lunchpauze – pure tijdwinst dus. Tegelijk moeten ingenieurs 20 % van hun tijd wijden aan eigen ideeën om de zoekmachine nog beter te maken.
Page en Brin lijken wel degelijk hun zwakheden te kennen. Begin 2000 al gingen ze op zoek naar een chief executive officer (CEO) die het bedrijf een wat volwassener elan kon bezorgen. Er werd een jaar lang gewikt en gewogen, want het moest wel iemand zijn die de bedrijfscultuur kon vatten. Uiteindelijk viel de keuze op de 46-jarige Eric Schmidt, CEO van netwerkbedrijf Novell en volgens velen een briljant informaticus. Schmidt mocht het bedrijf in goede banen leiden, terwijl Sergey en Larry deden waar ze zich het best bij voelden: de achterliggende technologie verder ontwikkelen. Brin werd in 2002 uitgeroepen tot technologiemarketeer van het jaar, maar heeft naar eigen zeggen een hekel aan het woord ‘marketing’ omdat het hem doet denken aan flitsende reclameboodschappen zonder inhoud. Google leeft van mond-tot-mondreclame en heeft nog nooit één advertentie geplaatst. Zelfs zakendoen is niet alles. “Ik vond het vroeger leuker, toen Google nog niet zo beroemd was en we gewoon ons eigen ding konden doen,” liet Sergey Brin zich vorig jaar op een conferentie ontvallen.
Page en Brin willen de gebruikers geven waar ze recht op hebben en hen “zo goed mogelijk behandelen”. Ze verzetten zich vooral tegen al te opdringerige reclame die de snelheid van de site naar beneden haalt. Schmidt kon hen overtuigen dat een klein beetje reclame toch niet zo erg is en dat Google de inkomsten goed kan gebruiken. Het compromis heet AdWords, richt zich vooral op Amerikaanse KMO’s en mag een succes worden genoemd. Per adverteerder worden vier lijntjes gereserveerd, duidelijk afgescheiden van de zoekresultaten. Schmidt drukt iedereen op het hart dat hij uiteindelijk het laatste woord heeft, maar dat hij wel probeert zoveel mogelijk rekening te houden met Page en Brin. Beide stichters hebben een goede neus voor wat de internetgebruiker wil, maar Schmidt moet ze af en toe een beetje in toom houden.
Google lijkt een evenwicht gevonden te hebben tussen een sterk consumentgerichte aanpak – waarbij projecten soms veeleer cool dan winstgevend zijn – en een stevig commercieel beleid. Maar de eerste échte test moet eigenlijk nog komen. Ergens dit voorjaar zou Google immers naar de beurs trekken en er volgens analisten tot 1 miljard dollar ophalen, mogelijk de grootste beursgang ooit voor een internetbedrijf. “Aandeelhouders zullen willen weten wie de touwtjes in handen heeft en neerkijken op projecten die niet duidelijk winstgevend zijn,” aldus analisten.
Ondertussen krijgt Google ook de wind van voren vanuit Microsoft. De softwaregigant wil volgend jaar een eigen zoekmachine lanceren die sterk gekoppeld is aan het besturingssysteem Windows. Bill Gates zou zelfs pogingen ondernemen om de knapste koppen bij Google weg te plukken door ze betere voorwaarden te bieden.
LARRY PAGE EN SERGEY BRIN (GOOGLE) Stichters van de internetzoekmachine Google. Lanceren later dit jaar Gmail, een gratis e-maildienst die ongeveer 500 keer krachtiger is dan het aanbod vanMicrosoft of Yahoo.
Raphael Cockx
Dit voorjaar komt voor Page en Brin de eerste grote test: Google wil 1 miljard dollar ophalen met een beursgang.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier