Goed bestuur in bedrijven en overheid

De communautaire problemen in ons land zijn tot een kleine irritatie teruggebracht sinds de wereldeconomie, en vooral de banksector, in al haar voegen kraakt. Deze moeilijke periode zal nog jaren zware wonden nalaten in onze ‘moderne economieën’. We moeten dan ook nadenken over onze bedrijfsvoering en over het bestuur.

Onze ondernemingen, al dan niet beursgenoteerd, beginnen stilaan het belang van degelijke bedrijfsvoering te beseffen. De crisis toont aan dat de financiële sector behoefte heeft aan regulering en grondige hervormingen op wereldniveau om de waarde van de reële economie te herstellen. Bedrijfsvoering omvat een geheel van regels en handelwijzen op grond waarvan bedrijven worden beheerd en gecontroleerd. Goed bestuur kan alleen als er een evenwicht bestaat tussen ondernemingszin en controle. Goede prestaties moeten volgens de regels gebeuren. Alleen dan kan de toegevoegde waarde op lange termijn gewaarborgd worden.

Het kernbegrip daarbij is ongetwijfeld vertrouwen. Bedrijfsvoering gebaseerd op transparantie en verantwoordelijkheid zal het vertrouwen van investeerders en alle andere betrokken partijen versterken. De codes voor beursgenoteerde en niet-beursgenoteerde bedrijven moeten de ondernemingen en de privésector aanzetten tot een grondige reflectie, tot betere bedrijfsvoering en tot de bestrijding van excessen.

Multinationals (vooral Angelsaksische, buiten de financiële sector) en hun filialen zijn vaak gedecentraliseerd. Zij zijn meestal erg efficiënt omdat ze voor hun intern beleid eigen methodes ontwikkelden. Dit beleid maakt deel uit van de excellence en quality mindset en bevordert waarden en ethiek, zonder afbreuk te doen aan het bedrijf en de globale omgeving, of aan de plaatselijke culturen.

In de moeilijke economische context van vandaag en ondanks de pogingen tot transparantie van de jongste jaren, zou het spijtig zijn als het privé-initiatief of het kapitalisme in het algemeen worden veroordeeld. Een betere regulering van de macht en de beslissingen, bijvoorbeeld in de banksector, lijkt wel onvermijdelijk en moet snel gebeuren. Het is niet zozeer de bezoldiging van de baas die men moet bekritiseren. Het is wel de persoonlijke verrijking van de medewerkers die alle macht hebben over fenomenale sommen die men moet reguleren. Die vergoedingen leiden nu tot ongepast gedrag en tot het nemen van risico’s voor kortetermijnwinsten die niet op de reële economie berusten.

Bedrijven moeten beter beheerd worden. Maar waarom ook niet de staat, de parastatale en de overheidsinstellingen? Het geld van de staat, en dus van de belastingbetalers, gaat gedeeltelijk naar projecten voor de ontwikkeling van ondernemingen, onderzoek, de uitvoer of ontwikkelingssamenwerking. Waarom zouden deze instellingen niet kunnen genieten van de ervaring van de privésector, die met doelstellingen of per project werkt? Waarom doet men geen beroep op panels van internationale experts die de keuzes van de overheidssector geloofwaardiger maken? Waarom worden deze overheidsinstellingen, net zoals alle andere instanties, niet regelmatig doorgelicht? Waarom benoemt men niet de meest bekwame mensen in de besturen?

Bij de overheidsinstellingen moet er dringend een einde komen aan de politieke benoemingen. In Wallonië werkt 36 procent van de loontrekkenden in de overheidssector. 40 procent van hen zijn con-tractuelen en de meesten werden aangenomen zonder dat hun bekwaamheid werd getest. Dat wil niet zeggen dat deze ambtenaren niet geschikt zijn voor hun werk, maar het vervalst de gelijkheid van kansen. Bovendien schept dit een sfeertje van ‘mensen die iets verschuldigd zijn’.

De overvloed aan ministers en kabinetspersoneel is ongezond. Ook daar moeten we ons spiegelen aan en laten inspireren door de buurlanden. Daar werken ministers rechtstreeks en in alle transparantie met hun besturen en wordt gewaakt over de competenties. Een overheid van goede kwaliteit trekt de elite aan en stimuleert de economische heropleving. Het onderwijs is van fundamenteel belang voor het economische en sociale succes van een land. We stellen spijtig genoeg vast dat het onmogelijk is om de verschillende netten te coördineren, om leraren meer verantwoordelijkheid te geven of om het beroep aantrekkelijker te maken. Alleen tegen deze prijs blijft België een aantrekkelijk terrein voor investeerders. De administratieve vereenvoudiging moet een prioriteit zijn en het aantal wetten, regels en andere decreten die niemand meer begrijpt, moet verminderen.

Goed bestuur moet dus een prioriteit worden voor de beleidsmakers om de wereld van morgen beter voor te bereiden. Goed bestuur is van essentieel belang in alle sectoren: privéondernemingen, de financiële wereld, de administratieve en de politieke wereld. (T)

DE AUTEUR IS VOORZITTER EN GENERAL MANAGER VAN GSK BIOLOGICALS.

Jean Stéphenne

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content