Geruchten, speculatie en casino’s
De verdrievoudiging van de olieprijs betekent de grootste transfer van rijkdom in de geschiedenis van de mensheid. Tel daar de stijgende grondstoffenprijzen bij en het wordt duidelijk dat onze macro-economische omgeving een diepgaande verandering ondergaat.
De onmiddellijke gevolgen zijn gemakkelijk identificeerbaar: een ernstige weerslag op de koopkracht van de burgers, een bedreiging voor het concurrentievermogen van de industrie, de achteruitgang van de betalingsbalans en de terugkeer van het inflatiespook.
Alsof dat nog niet volstond, heeft een financiële crisis nog meer roet in het eten gegooid. Dat is des te erger omdat de financiële schok in grote mate ons eigen werk is, terwijl de veranderingen die ik daarnet noemde, aan onze controle ontsnappen.
De crisis komt uit de Verenigde Staten, waar de hypotheekwetgeving, de exuberantie van de vastgoedmarkt, de hebzucht van bepaalde bankiers, samen met de onafgebroken schepping van nieuwe financiële producten die de regulator niet kon beoordelen, de schokgolf hebben veroorzaakt die ons nu aan het wankelen brengt.
De lokroep van de winst is in Europa sterker gebleken dan de eerste taak van de bankiers, het afwegen van het risico. Het was al ingewikkeld genoeg, maar toen kwamen de geruchten, de speculatie en de foute vergelijkingen.
In slechte tijden worden onheilstijdingen geloofwaardig en is geruststellend commentaar verdacht. Daarom hebben de geruchten ravages aangericht en zijn ze buitengewoon moeilijk te bestrijden. Als men niets zegt, worden ze niet gelogenstraft en lijkt het nieuws plausibel, want we weten het allemaal: “geen rook zonder vuur”. Maar als men wel iets zegt, lijkt men de geruchten ernstig te nemen en voedt men ze.
Wanneer men van geruchten profiteert in een poging om winst te maken, richt men ernstige schade aan. Want de schommeling van de waarde van de activa zal de onrust dan vergroten. Het feit dat op maandag 29 september 15 miljoen aandelen van Dexia en 35 miljoen aandelen van Fortis van eigenaar verwisselden, rechtvaardigt het commentaar van de Luxemburgse premier Juncker: “Het is ontoelaatbaar dat men op een onverantwoordelijke wijze de waarde van reële activa vernietigt”.
Hoewel de financiële crisis reëel is en economische gevolgen zal hebben, is de vergelijking met het spookbeeld van de depressie van de jaren 1930 grotesk. Dat wordt elke dag bewezen: er is een Europese monetaire zone, de centrale banken zullen niet toelaten dat het krediet opdroogt en de regeringen werken met en niet tegen elkaar.
Een van de huidige prioriteiten is de strijd tegen de perceptie die in de opinie heerst: ‘mijn spaargeld wordt bedreigd’. In werkelijkheid betekent een waardedaling van de aandelen (een risicobelegging) niet dat de deposito’s en de vorderingen van de banken in gevaar zijn. De angst schept een vertrouwencrisis die ernstige ongelukken kan veroorzaken.
Ondanks haar zwakten en gebreken is de financiële wereld geen casino. Haar leiders moeten ervoor zorgen dat ze dat niet wordt. Ik ben ervan overtuigd dat zij dat zullen doen. (T)
DE AUTEUR IS MINISTER VAN STAAT.
Etienne Davignon
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier