Geld voor graan

Zetmeelproducent Amylum pompt een bom geld in zijn coördinatiecentrum. Goed of slecht nieuws ? Trends tast de mogelijkheden af.

A mycor, het coördinatiecentrum van de Aalsterse zetmeelproducent Amylum, heeft zijn kapitaal verhoogd met 16 miljard frank, voor 100 % volgestort “in geld”, volgens het handelsregister. Het kapitaal komt daarmee in één ruk op 21,6 miljard. Nu is het niet ongebruikelijk dat in coördinatiecentra met grote pakken geld wordt geschoven, maar 16 miljard is toch wel zeer veel, zeker naar Belgische maatstaven. Het overgrote deel van het geld komt van Amylum zelf, dat zich traditiegetrouw in stilzwijgen hult tegenover de pers. Ook na het faxen van dit artikel vóór publicatie, houdt het bedrijf de lippen opeen. Wie uitleg vraagt aan Larry Pillard, chief executive van Amylums moederbedrijf Tate & Lyle en die door de telefonisten the Almighty wordt genoemd, wordt door zijn secretaresse zorgvuldig afgeleid naar de persverantwoordelijke.

Wat voor redenen heeft een bedrijf om het kapitaal van zijn coördinatiecentrum met 16 miljard te verhogen ? “Een coördinatiecentrum is zowat de interne bank van een onderneming,” laat een auditfirma weten. “Het verzamelt alle middelen beschikbaar binnen de groep, en leent het geld aan de dochterbedrijven die het nodig hebben, bijvoorbeeld voor investeringen.”

In dat geval geeft de grote investering van Amylum in de Franse gemeente Nesle nabij Amiens misschien een aanwijzing. In ’94 kocht Amylum ginds het smaakversterkerbedrijf Orsan en moderniseerde het. Belangrijker is dat Amylum tegelijk 48 hectare grond rond de site van Orsan kocht om er een immense fabriek voor tarwezetmeel te bouwen, Amylum France. Deze investering, die volgens de kranten indertijd 6 miljard frank kostte, was het knooppunt van een grote herstructurering van de groep Amylum. Verschillende bronnen bevestigen dat het met Amylum France tot voor kort niet naar behoren verliep. Amylum France maakt vloeibare dextrose (een suiker) uit tarwezetmeel en levert die vervolgens aan de Aalsterse vestiging. In april van dit jaar hadden de leveringen moeten starten, maar in Aalst “zijn nu pas de eerste vrachtwagens uit Frankrijk aangekomen.” Dextrose kan men ook uit maïszetmeel maken, hetgeen Amylum in Aalst doet. Volgens het herstructureringsplan had deze maïsverwerking al gesloten moeten zijn. Maar dat is nu uitgesteld tot juni volgend jaar, precies omdat de levering van dextrose uit Frankrijk niet gegarandeerd is.

“Ik stond te kijken van de investering van Amylum in Frankrijk,” zegt een concurrent. “Zeven jaar geleden werd een techniek voor zetmeelproductie interessant waarbij je kunt switchen tussen maïs en tarwe als grondstof, afhankelijk van de marktomstandigheden. Amylum bouwde echter een splinternieuwe zetmeelfabriek op basis van tarwe alleen. Dat was gewaagd.” Andere bronnen zeggen dan weer dat Amylum op tarwe overschakelde omdat die de voorbije jaren stelselmatig goedkoper werd zodat het prijsverschil met het goedkopere maïs verminderde. Bovendien zijn de nevenproducten van tarwezetmeel commercieel veel interessanter dan die van maïszetmeel. Overigens vestigde Amylum France zich in een tarwestreek, wat de transportkosten minimaliseert. In dat laatste gaat het bedrijf ver. Op de terreinen van Amylum France werden ook nevenondernemingen ingeplant, zoals een fabriek voor alcohol uit tarwe die via een pijplijn rechtstreeks verbonden is met het hoofdbedrijf.

SCHULDEN.

Volgens een Londense financieel analist ging het herstructureringsplan van ’94 over een totaal van ongeveer 500 miljoen dollar (18 miljard frank) investeringen : naast de Franse tarwezetmeelfabriek was er de verhuis van de speciale zetmelen naar Nederland, de omschakeling van een Britse vestiging van maïs- naar tarweverwerking enzovoort. “Allicht heeft Amylum zich zwaar in de schulden moeten steken”, aldus de analist.

In ieder geval stond op de balans van ’96 van Amylum voor 11,1 miljard eigen vermogen. Daartegenover is de 16 miljard een bijzonder groot bedrag. In het handelsregister zijn er geen aanwijzingen te vinden voor een recente kapitaalverhoging bij Amylum. Mogelijk werden de 16 miljard toegeschoven door het moederbedrijf Tate & Lyle, een Britse zetmeel- en suikergroep. Volgens het handelsregister controleert Tate & Lyle, samen met zijn dochter Staley Manufacturing twee derde van Amylum. De rest is in handen van de Nederlandse vennootschap Fimaze. Deze drie aandeelhouders hebben samen 165.000 aandelen. Voorts heeft, steeds volgens het handelsregister, de Luxemburgse holding CIP “55.000 winstbewijzen B die stemgerechtigd zijn maar het kapitaal niet vertegenwoordigen.” Volgens de analist heeft de Amerikaanse agrovoedingsgroep Archer Daniels & Midland (ADM) 41,5 % in CIP, het overige deel is van de familie Callebaut. “Dat stond te lezen in een rapport van ADM enkele jaren geleden, maar iedereen gelooft dat het nog steeds zo in elkaar zit,” zegt de analist.

Is de kapitaalverhoging nu goed of slecht nieuws ? “Ik kan moeilijk geloven dat er iets verkeerds aan de hand zou zijn”, zegt een gewezen medewerker. “Amylum geldt als het voorbeeldbedrijf voor de hele sector. Misschien houdt het een verrassing in petto ?”

JVG

AMYLUM IN AALST Vandaag 16 miljard voor het coördinatiecentrum, morgen een verrassing ?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content