Geen kouwe drukte

JDK, dat polyesterpanelen levert aan verschillende vrachtwagenbouwers, heeft vorige maand een nieuwe bedrijfsruimte van 160 miljoen frank geopend. Het bedrijf wil panelen én kasten om de winst op te drijven.

“Toen ik twintig jaar geleden als arbeider bij Carrosserie Moeyersons werkte, heb ik het vaak aan de directie gemeld: polyester is het materiaal van de toekomst,” zegt Jos De Keersmaecker, stichter en gedelegeerd bestuurder van de Londerzeelse fabrikant van polyesterplaten De Keersmaecker. Vandaag heeft hij zijn eigen bedrijf en geldt hij als specialist in de productie van panelen voor sterk geïsoleerde koel- en diepvrieskasten voor vrachtwagens. Het bedrijf haalde in 1998 een omzet van 228 miljoen frank bij carrosseriebouwers, vrachtwagengarages en eindgebruikers. Naast de panelen heeft het ook de vederlichte Profit-Box-opbouwkast ontwikkeld en de geïsoleerde Distriplast-kasten voor koel- en diepvrieswagens, een Europees gekeurd product dat JDK in 1994 overnam door de acquisitie van het failliete Plasti-Baeten uit Melle.

Maar nu denkt JDK – de overkoepelende merknaam van het bedrijf – aan diversifiëren. De recente investering – 160 miljoen frank voor 6000 m² bedrijfsgebouw, waarvan 46 miljoen voor nieuwe pers- en zaagmachines – moet de omzet minder afhankelijk maken van polyester. “Eerst ijzer, daarna aluminium en polyester hebben de houten carrosserie-opbouw van weleer vervangen. Misschien duwt een nieuw product over tien jaar ook polyester uit de vrachtwagenmarkt,” anticipeert De Keersmaecker. Door niet enkel losse platen te produceren, maar ook de assemblage-activiteit aan te zwengelen, beconcurreert JDK wel enkele van zijn klanten. “Maar je moet dat niet overdrijven,” zegt De Keersmaecker. “Polyester is bij de carrosseriebouwers maar een klein deel van hun activiteit.”

EXPERTISE.

De Keersmaeckers expertise in de productie met polyester dateert uit het begin van de jaren tachtig. “Ik had polyester leren kennen via mijn hobby: boten bouwen. Polyester was in die sector al ingeburgerd.” Amper twee Belgische bedrijven waren toen in de sector actief: Plasti-Baeten en Van Dijck, de fabrikant van kasten voor opleggers in Merksplas, die de panelen voor zijn eigen productielijn maakte. De Keersmaecker besloot in 1981 zelf polyesterpanelen te produceren in een garage van 10 bij 15 meter, achter zijn huis. “Ik had er geen enkele tafel die lang genoeg was om panelen op maat te maken,” herinnert hij zich. “Ik moest verschillende stukken aan elkaar lijmen om tot de vereiste lengte te komen.”

Moeyersons was een van de eerste klanten van JDK’s panelen en zijn polyestervloeren, geproduceerd uit een zelf ontwikkeld mengsel van polyester en zand onder een coatinglaag. Vandaag noemt JDK zich ‘s lands grootste fabrikant van polyesterpanelen. De binnen- en buitenlandse concurrenten – onder wie Van Dijck, Chereau, Lamberet en het Nederlandse Pecocar – zijn meestal maar in één segment van de markt actief. JDK zelf voert uit naar achttien landen, vooral via Aluvan, de gewezen dochter van Brugeoise et Nivelles.

GROEI.

Bijna twintig jaar na de oprichting is de jaaromzet van JDK van 300.000 frank naar 228 miljoen geklommen. Vorig jaar is het bedrijf volledig naar de Londerzeelse industriezone overgebracht. In 1987 bouwde JDK er 2000 m² op het industrieterrein. Twee jaar later moest er alweer 2000 m² worden bijgebouwd: er kwam een spuitcabine en nieuwe machines en JDK begon aan een ononderbroken groei.

“De wetgever heeft ons daarbij een handje geholpen,” bekent De Keersmaecker. “Hij vergrootte onze markt, door voor steeds meer producten te eisen dat ze in koelwagens getransporteerd zouden worden. Eerst voor vlees en vis, daarna voor pluimvee, nu ook voor groenten en zuivelproducten zijn wagens nodig met geïsoleerde panelen.”

Op 10.000 m² bedrijfsruimte werken vandaag 40 mensen, een verdubbeling sinds 1993, vlak voor JDK Plasti-Baeten opkocht. Maar gebrek aan bekwaam personeel blijft de groei afremmen. “Nieuwe werknemers moeten hier minstens twee jaar opleiding krijgen, want in het onderwijs leert niemand hoe ze polyester moeten behandelen,” zegt De Keersmaecker. “Daarom beperken we ons tot een vijftal aanwervingen per jaar. Het heeft weinig zin om meer orders aan te nemen, als we het personeel niet hebben om kwaliteit te leveren.”

F.D.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content