Alain Mouton

Geen gepingel over concurrentie

De regering slaagt er maar niet in een degelijk competitiviteitsbeleid te voeren. Dat komt door de nefaste koehandel, waarbij de economische dossiers niet fundamenteel worden aangepakt.

Dat het overleg tussen de federale overheid en de deelstaten over het relance- en concurrentiebeleid een maat voor niets zou worden, stond in de sterren geschreven. Dat heeft niet alleen te maken met flauwe politieke spelletjes tussen de partijen, maar ook met de aloude Belgische koehandel van geven en nemen.

Alle economische rapporten zijn het erover eens: dat de loonkosten gecorrigeerd voor productiviteit in België sinds 2012 cumulatief met 12,8 procent sneller zijn gestegen dan in de buurlanden, is deels een gevolg van de automatische loonindexering. Maar in het regeerakkoord staat dat aan dat mechanisme niet mag worden geraakt. Daarom wordt geprobeerd met halfslachtige maatregelen iedereen tevreden te stellen. De plannen van de sp.a voor een andere samenstelling en berekening van de indexkorf en haar pleidooi voor een lagere btw op elektriciteit zijn daar goede voorbeelden van. Johan Vande Lanotte kan ermee scoren bij zijn achterban, want hij behoudt het systeem van de automatische index. Open Vld zegt ja, omdat daarmee een indexaanpassing, en dus een loonsverhoging met enkele maanden wordt vertraagd. Iedereen is dus gelukkig, maar fundamenteel wordt de concurrentiekracht niet versterkt, integendeel.

De herziening van de wet op de loonnorm van 1996 is ook zo’n voorbeeld van gepingel à la belge. De PS wil enkel een verstrenging als er extra geld naar de sociale zekerheid gaat. En wat te denken van het eenheidsstatuut voor arbeiders en bedienden? Alle berekeningen tonen dat daar een belangrijk prijskaartje aan hangt. Volgens de regering moeten de werkgevers niet te veel zeuren. Zij mogen tevreden zijn, het eenheidsstatuut zal heel wat juridische problemen vermijden.

Het concurrentiebeleid van de regering is ook steevast een waslijst van maatregelen die uiteenlopende sectoren moeten sussen. Competitiviteitsmaatregelen staan in België te veel gelijk met cadeaus, waarbij de best lobbyende sectoren langs de kassa mogen passeren. De horeca en de bouw krijgen goedkopere overuren, de handel krijgt een RSZ-korting op de laagste lonen. En als één sector een cadeau krijgt, moet ook een andere iets krijgen.

Terwijl het land diepgaande en vooral duidelijke ingrepen nodig heeft: een verregaande lineaire lastenverlaging op arbeid over de sectoren heen, en een gedeeltelijke compensatie daarvan door een hervorming van de consumptiebelastingen. Dat kan door allerlei lagere btw-tarieven bij te sturen. Maar nu kun je er al gif op innemen dat daar fel protest tegen komt. Ook van de werkgevers.

Als na de volgende verkiezingen de grote discussie over de belastingshift losbarst, is het de vraag of het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) zijn sectoren in de pas kan houden. Zo zullen sectoren zoals de bouw en de horeca verwijzen naar hun moeilijke economische situatie om blijvende fiscale uitzonderingsmaatregelen af te dwingen. Waarmee België opnieuw wordt gegijzeld door de klassieke koehandel van de belangengroepen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content