“Gabriëls zet een stap terug naar de 19de eeuw”

Kun je een beleid voor ‘corporate social responsibility’ uitwerken zonder een bloedhekel aan ondernemers te hebben? “Ik ben zelf een ondernemer,” zegt Renaat Landuyt, minister van Werkgelegenheid. Hij wil het socialisme verwezenlijken met liberale methoden.

RENAAT LANDUYT(MINISTER WERKGELEGENHEID). “Ik ben al langer ondernemer van een KMO – mijn advocatenkantoor – dan politicus. Ook zou ik een bestuursmandaat opnemen. Het is niet omdat je sociale en ecologische normen hanteert dat je tegen een goedlopend bedrijf bent. Sloganesk uitgedrukt: als we met liberale methoden het socialisme kunnen verwezenlijken, waarom dan niet. En misschien is dat de echte inhoud van Adam Smith.”

Kan ‘corporate social responsibility’ dan bestaan zonder de nieuwlichterij van nu?

LANDUYT. “Adam Smith zal zich vaak in zijn graf hebben omgedraaid bij het zien van de toepassing van zijn recepten door de ondernemers. Hij staat voor verantwoord ondernemen en wij actualiseren zijn verhaal. Ik zit op de lijn van Simon Zadek van het Londense Institute of Social and Ethical Accountability. Hoe kanaliseer je het spontane ondernemen naar een hoger niveau, dát is de uitdaging. Misschien gebeurt dat in het bedrijfsleven meer dan de buitenwereld denkt, daarom is het goed dat het geëxpliciteerd wordt. Als Ford Genk beslist in Genk te blijven, ben ik zeker dat een CSR-redenering meetelt.”

Is het begrip corporate social responsibility wollig?

LANDUYT. “Ja. CSR is voor mij: aandacht besteden aan het sociale, ecologische en economische en het moet worden toegepast bij het levenslang leren in de bedrijven, bij een breed diversiteitsbeleid en, het moeilijkste punt, bij meer respect voor alle stakeholders van een bedrijf. Winst als enige richtsnoer is tegen CSR. Ik leg niks op, zeker geen wet, en steun op een bestaande dynamiek bij bedrijven en in de samenleving.”

De overheid wil de stouteriken bijsturen?

LANDUYT. “Ik zie, bijvoorbeeld op het VEV-congres over duurzaam ondernemen, de spanning tussen de leiders en hun basis. Het terrein zegt: wij moeten de boel draaiend houden, we hebben het al moeilijk genoeg. Dat is correct. Mijn houding is er niet één van wantrouwen, maar één van: ik neem jullie, bedrijven, op je woord als je zegt verantwoord te willen ondernemen. Laten we het samen doen.”

De regering-Verhofstadt is tegen reglementitis. Betekent CSR niet: méér labels, handvesten, regelgeving?

LANDUYT. “De overheid speelt in op de bestaande labellingbeweging, wat is de Iso-kwaliteitsregeling anders. Dat kan ook op een evenwichtige wijze over de kwaliteit van bijvoorbeeld het personeelsbeleid. De overheid oriënteert zich op de spontane normen die ontstaan. Mijn uitgangspunt is: we raken niet aan de markt of aan het winstmechanisme als brandstof voor verdere actie. Een autobedrijf dat verstandig wil produceren, calculeert echter de milieuvereisten al in in zijn manier van werken en denkt voor de langere termijn ecologisch. Je kan winst maken op een menselijke wijze. Er is geen enkele overheidsinstelling die iets kan opleggen aan de markt zonder afspraken op wereldvlak.”

Bij uw ‘triple bottomline’ is het economische een ondergeschoven kind?

LANDUYT. “De bedrijven zijn sterk op economisch vlak, daarin moeten we ze niet begeleiden. Het Actieplan Ondernemen van minister Jaak Gabriëls beklemtoont het economische en vergeet het ecologische en het sociale. Dat is een stap naar de negentiende eeuw.”

U zegt: de bedrijven worden machtiger dan de staten door de globalisering. Maar Bekaert noch C&A heft belastingen.

LANDUYT. “Ik wil de spirit en de werkwijze van de kleine ondernemingen, waar je spontaan veel CSR hebt, overplanten op de multinationals. Dergelijke ondernemingen hebben een verpletterende macht over hun werknemers, dat bepaalt de kwaliteit of de ravage in hun leven. Dat is geen verwijt maar een vaststelling. Er is steeds minder onderscheid tussen publiek en privé. Gratis openbaar vervoer kunnen wij evengoed organiseren met privé-bedrijven, mits enkele afspraken.”

Moeten bedrijven beslissingen nemen die aan de politiek toekomen? Moet de vestiging van Picanol in China de mensenrechten daar verbeteren?

LANDUYT (lacht) . “Ik ben van Ieper. Het juiste uitgangspunt is dat Picanol als modern bedrijf dezelfde sociale omgang met zijn mensen heeft in China als in Ieper. Dus zonder kinderarbeid als grote plaag. Dat wil niet zeggen dat meteen dezelfde lonen betaald moeten worden. Ik vind het een probleem dat mijn collega, minister van Welzijn Mieke Vogels, een prijs geeft aan een bedrijf voor zijn mensvriendelijke houding als blijkt dat datzelfde bedrijf in het buitenland niet eens kindvriendelijk is.”

Frans Crols

Mieke Vogels geeft een prijs aan een bedrijf voor zijn mensvriendelijke houding, maar datzelfde bedrijf is in het buitenland niet eens kindvriendelijk .”

Renaat Landuyt, minister Werkgelegenheid

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content