Foto aan de finish

De prijs/kwaliteit- verhouding van digitale camera’s begint aantrekkelijk te worden. Een stand van zaken.

Ondanks de enorme researchbudgetten en de hoge verwachtingen nu al een decennium lang zijn digitale camera’s nog niet tot de consument doorgedrongen. Daar komt binnenkort verandering in. In de voorbije maanden verscheen een reeks constructeurs op de markt met digitale toestellen die voor lichter professioneel gebruik en zelfs voor de amateur bruikbaar en betaalbaar zijn. Dezelfde kwaliteit als een gewone camera van dezelfde prijs halen deze apparaten nog lang niet, maar hun prijs/kwaliteit-verhouding begint aanvaardbaar tot aantrekkelijk te worden. Voor de komende maanden zitten nog meer nieuwe digitale fototoestellen in de pijplijn.

Daarbij zullen niet alleen de klassieke fotomerken zich laten opmerken. Hewlett-Packard bijvoorbeeld heeft de voorbije week een PhotoSmart PC System aangekondigd, waarvan de PhotoSmart Digital Camera al meteen verkrijgbaar is en 17.990 frank kost. De rest van het systeem een Photo Scanner en Photo Printer zijn voorzien voor de herfst. HP is de belangrijkste producent van printers en ziet in de doorbraak van de digitale fotografie een unieke kans om ook in de “fotofinishing” een fiks marktaandeel te verwerven. Waarbij fotofinishing in zijn toekomstige betekenis moet worden genomen : het digitaal afprinten in fotokwaliteit van een van oorsprong digitaal beeld of van een ingescand negatief.

Al deze indicatoren wijzen erop dat de digitale fotografie eindelijk klaarstaat om vanuit de puur professionele studio-omgeving of uit de drukvoorbereiding door te breken naar een bredere professionele gebruikersomgeving en zelfs naar de consument.

Niet alle actoren binnen de fotobranche zijn het daarmee echter onvoorwaardelijk eens. In een recent interview met het Belgische fotovakblad Focale zegt directeur-generaal Staf Melsens van Kodak Benelux dat de traditionele consument “niet staat te trappelen” om de digitale fotografie te omarmen. Het aandeel van het digitale beeld in het hele foto- en imaging-gebeuren zal volgens Melsens niettemin steeds groter worden. De toenemende vertrouwdheid met de pc en het Internet zal volgens hem hierin een grote rol spelen. Daarbij moet u het digitale fotogebeuren niet al te eng met de digitale camera associëren. Volgens Melsens zal de digitale techniek zich verder uitbreiden over de gehele beeldvorming en -verwerking, of het oorspronkelijke beeld nu een negatief is dat nadien werd ingescand, dan wel of het direct van een digitale camera afkomstig is.

Met de overname

van de in Nederland meer dan honderd winkels tellende Super Photo-keten, anticipeert Kodak op deze evolutie. Melsens ziet Super Photo als het kanaal om de retailconcepten die Kodak op internationaal niveau ontwikkelt op de Nederlandse markt uit te testen. Via Super Photo wil Kodak een snel groeiend aantal concepten, producten en diensten voor digitale beeldverwerking aan de consument aanbieden. Als die succesvol blijken zal volgens de directeur-generaal van Kodak Benelux, uiteindelijk de hele fotosector in de Benelux daarvan kunnen profiteren.

Gegeneerd stilzwijgen

Sony, dat anders niet vies is van een innoverend concept, heeft pas heel onlangs eigen digitale camera’s aangekondigd. Rijkelijk laat in vergelijking met andere elektronicaconstructeurs en des te opvallender omdat juist Sony ruim tien jaar geleden als eerste vanuit Japan het bericht de wereld instuurde dat het een fototoestel in de lade liggen had dat geen film meer behoefde en dus ook geenfinishing. Een toestel waarin een magneetschijfje de plaats van de filmcassette had ingenomen, zodat het seconden na de opname het geschoten beeld zou kunnen laten zien. De Mavica zo zou het apparaat gaan heten bleek echter een zwaar en onhandig ding, het kon alleen zwartwit-foto’s maken en dan nog alleen in een resolutie die enkel voor krantenfoto’s geschikt was. Het beeld van de altijd experimenteel gebleven Mavica leek net zoveel (of zo weinig) op een moderne foto als de eerste pogingen die Daguerre honderdvijftig jaar geleden ondernam om “met licht te schrijven”. Ook de onmiddellijke beschikbaarheid van het beeld bleek relatief, want er was nogal wat apparatuur nodig om het digitale beeldje van de floppy naar een voor het menselijk oog waarneembare vorm te reproduceren. Mavica dook nadien nog een paar keer op in het nieuws zoals het monster van Loch Ness : in de komkommertijd. De winkelrekken heeft hij nooit gehaald.

Midden de jaren tachtig

ging het wachten op de digitale fotografie vakpers en vakbeurzen domineren. Op elke Photokina de tweejaarlijkse wereldfotobeurs in Keulen toonden alle grote merken, soms stiekem, soms met veel publiciteit, op zijn minst een werkend prototype van een digitale camera, in de meeste gevallen afgeleid van het topmodel uit hun reflexgamma. Als antwoord op de vraag wanneer dat model beschikbaar zou zijn, volgde meestal een vaag gemompel en op de vraag naar de prijs volgde een gegeneerd stilzwijgen.

De quadratuur van kwaliteit en opslag

De problemen waarmee de digitale fotografie traditioneel kampte, steunden op twee elementen : de kwaliteit van de beeldchip of CCD ( charge coupled device) en de opslagcapaciteit die in de camera kan worden ingebouwd. Hoe meer pixels een CCD aankan, hoe beter de kwaliteit van het opgenomen beeld. Maar : hoe groter het aantal beeldpunten dat een CCD aankan, hoe duurder hij wordt en hoe groter ook de opslagcapaciteit nodig om een beeldje vast te leggen. Reeds vroeg werden camera’s ontwikkeld die een CCD van 1,5 miljoen pixels aan boord hadden. Kodak werkte met Canon en Nikon samen aan de bouw van zo’n digitale camera op basis van een high end-camerahuis met een digitale rug, maar om de beelden te kunnen opslaan was nog een heuse vaste harde schijf ingebouwd. In de huidige digitale camera’s worden de beelden opgeslagen op een chip of op een verwisselbare PCMCIA-geheugenkaart.

Overigens is veel voorkomend misverstand een elektronisch of filmloos beeld nog lang niet synoniem van digitaal beeld. De bij de early adopters ooit zeer geliefde Canon Ion-camera bijvoorbeeld was net zomin een digitaal beeldapparaat als een VHS- of een 8 mm-videocamera dat is. De Ion nam het beeld inderdaad ook op via een CCD of beeldchip, maar schreef dat analoog signaal in die vorm weg op een schijfje (50 beelden in lage resolutie, 25 in de hogere) dat eigenlijk in niets vergelijkbaar was met een computerdiskette tenzij dat er ook een magnetische drager in stak. Deze camera’s leverden dus eigenlijk een klassiek videosignaal af. Omdat ze een analoog videosignaal opsloegen kon dat beeld in die vorm ook niet via de computer bewerkt worden met de daarvoor beschikbare software zoals Corel Draw of Adobe Photoshop. Wie de beelden van dit soort filmloze fotocamera’s op het scherm van zijn pc wilde bekijken of opslaan op de harde schijf, diende eerst een digitaliseringskaart in zijn computer te stoppen of moest beschikken over een pc met een video-ingang.

VGA voor de consument

De digitale camera voor lichter professioneel of thuisgebruik heeft een resolutie die overeenkomt met de standaard VGA-resolutie van een computermonitor en kost modaal in de buurt van 40.000 frank. De beelden worden opgeslagen op een ingebouwde chip en/of een uitwisselbaar PCMCIA-geheugenkaartje. Meestal kan op een LCD-schermpje de opname meteen gecontroleerd en eventueel gewist worden. Bij de camera hoort op zijn minst de software om de beelden over te schrijven op de harde schijf van de computer. De meeste constructeurs leveren met de camera ook de basissoftware mee om de beelden te bewerken. Sommige camera’s kunnen rechtstreeks op het tv-toestel aangesloten worden, maar de beelden van digitale camera’s zijn in principe eerder bedoeld voor computergebruik, dus voor presentatie via de monitor bijvoorbeeld. De meeste digitale fototoestellen hebben twee (sommige drie) opnamestanden. In de ene stand kan u een beperkt aantal beelden opnemen in de hoogst beschikbare resolutie. In de andere stand kunnen meer foto’s worden genomen vooraleer u de beelden naar de harde schijf van de pc moet overschrijven, maar dan zal de resolutie (en dus de beeldkwaliteit) lager liggen.

Wil men digitale beelden gebruiken voor kwaliteitsdrukwerk, dan kan men niet buiten de dure studio- of reflexcamera’s met digitale rug. Voor het “lichte” professionele gebruik (vastgoedmakelaars, verzekeringsagenten, schade-experts, het aanmaken van folders, enz.) kunnen vandaag de digitale camera’s van de betere middenklasse reeds volstaan.

Door de “popularisering” van de digitale camera worden constructeurs van hun kant geconfronteerd met de vraag via welke verkoopstructuur zij hun digitale camera het best aan de man brengen : de klassieke foto- en videozaken dan wel de computershops. Binnen bedrijven die, naast fotoproducten, ook kantooruitrusting op de markt brengen, ontstaan zo nog wel eens interne discussies over de vraag via welke afdeling de digitale camera’s naar de markt zullen worden gebracht.

Printers volgen nog

Wil u een afdruk van uw digitale prent ? Dan is u in de meeste gevallen ook aan een aangepaste printer toe, wat nog eens de kassa van de fabrikanten doet rinkelen. De gewone (kleuren)printers die in een kantoorcontext worden gebruikt en die veelal oudere inkjetprinters zijn, voldoen niet voor een degelijke foto-afdruk. Maar ook daarin komt snel verandering : de kleurenprinters ook de lager geprijsde evolueren snel naar fotokwaliteit. Daarbij worden verschillende technieken gebruikt waaronder verbeterde versies van de klassieke inkjet, de kleurensublimatie en lasertechnologie.

Kleurstofsublimatieprinters transfereren de kleurstoffen van een drager in verschillende stappen naar het afdrukpapier. Zij bereiken resoluties van 300 dpi wat voor licht professioneel gebruik reeds aanvaardbare kwaliteit biedt. Kodak gebruikt deze technologie al meerdere jaren in zijn Digital Print System, waarmee o.m. in een aantal Fnac-zaken vanaf negatief, dia of foto kleurenkopieën gemaakt kunnen worden.

Bij de nieuwste inkjetprinters die o.m. door Canon en Hewlett-Packard gebruikt worden, zijn de kleuren in lagen opgebouwd, zodat zelfs subtiele kleurnuances van huidtinten gekend kwaliteitscriterium in de beeldreproductie natuurlijk worden afgedrukt. Bij deze nieuwe generatie inkjetprinters bevat elke pixel tot vier inktdruppels van de vier basiskleuren. Volgens een mededeling van HP zal de PhotoSmart Photo Printer, die deze zomer in de VS en in de herfst in België wordt geïntroduceerd, zelfs tot 8 inktdruppels per punt kunnen gaan. Dergelijke inkjetprinters kunnen afdrukken op normaal papier, glanspapier, transparanten, hoogglansfilm enzovoort.

Voor HP wordt dit een hoogst interessante nieuwe business, niet enkel in de verkoop van hardware, maar vooral door de verkoop van allerlei verbruiksproducten, zoals papier en inkten. De geheugenkaarten van de nieuwe PhotoSmart HP-camera het equivalent van een filmrolletje dus zijn alvast proprietary, verzekert men ons bij HP. Kassa !

GUIDO MEULEMAN/BNL

LACH, U KOMT OP PC Interface is standaard, geheugenkaarten niet.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content