‘Focus ligt voortaan op kaasproductie’

JAN DESMET "De verkoop van de groothandel geeft onze kaasproductie meer kansen." © Kris Van Exel

Na meer dan tachtig jaar geeft de familie Desmet haar kaasgroothandel Triporteur uit Wervik uit handen. Voortaan gaat de aandacht van Jan Desmet volledig naar de productie van eigen kaasmerken, zoals Flandrien. “Sinds de opstart in 2013 verdubbelde de productie elk jaar. Met de verkoop van de groothandel krijgt die nu meer kansen.”

Het was ongetwijfeld met pijn in het hart dat Jan Desmet zijn handtekening onder de verkoopakte van de familiale kaasgroothandel Triporteur zette. “Ik besef dat ik een stukje familiaal erfgoed heb afgestoten, maar voor het bedrijf is dit de beste oplossing. Omdat de afzet per klant te klein is, wordt het steeds moeilijker om te overleven als gespecialiseerde kaasgroothandel. Bovendien hebben we door het snelle succes van onze kaasmerken een chronisch ruimtegebrek op de site in Wervik”, verantwoordt de telg van de derde generatie zijn beslissing.

De nieuwe eigenaar van Triporteur is Didier De Brauwer van de Tieltse Debra Group, een van de grootste slacht- en productiebedrijven van varkensvlees in ons land. Drie jaar geleden kocht hij met Rafina uit Lauwe al een groothandel en leverancier van verse producten voor slagerijen, supermarkten, marktkramers, grootkeukens en traiteurs. De afzetmarkt van Rafina overlapt sterk met die van Triporteur, waardoor de acquisitie veel synergievoordelen belooft. De vertegenwoordigers kunnen voortaan op stap met enkele honderden kaassoorten extra in portefeuille.

Voor de verkoop deed Triporteur geen beroep op een gespecialiseerde bemiddelaar. “We hebben Didier De Brauwer eerder per toeval ontmoet”, zegt Jan Desmet. “Rafina is de ideale match, want het bedrijf ligt slechts een tiental kilometer hier vandaan en dat is perfect haalbaar voor onze werknemers. Zij waren onze grootste bezorgdheid bij de beslissing. Maar ook onze klanten zullen tevreden zijn, want net als Triporteur is Rafina een familiale kmo.”

Sterke kaasmerken

Triporteur is het Franse woord voor bakfiets. Daarmee bracht André Desmet vanaf 1934 zijn assortiment kaas aan de man bij de lokale voedingswinkels. Later breidden zijn zoon Jean-Pierre en zijn kleinzoon Jan de activiteiten uit tot een groothandel met een jaarlijkse omzet van 8 miljoen euro.

Rond de eeuwwisseling was er de snelle opkomst van sterke kaasmerken zoals Leerdammer, Beemster en Brugge Kaas. “We speelden aanvankelijk op die trend in door zelf merken te ontwikkelen. In 2003 lanceerden we Vlaskaas en een jaar later Jeunesss Light. De productie gebeurde bij derden, de verkoop brachten we onder in de vennootschap ID Fresh”, vertelt Jan Desmet.

In de portfolio van eigen merken zat er nog één grote lacune: een klassieke Goudse kaas. “Meer dan 50 procent van de Belgische kaasmarkt bestaat uit dat type. Er zijn twee strekkingen in de markt: ofwel produceer je zo goedkoop mogelijk, ofwel zo goed mogelijk. Alles wat daartussen zit, heeft het moeilijk”, schetst Jan Desmet de markt. “Wij kozen voor de laatste optie en ontwikkelden de Flandrienkaas. Daarmee spelen we in op de vraag van de klanten naar authentieke producten, bij voorkeur uit de eigen regio.”

Met de naam Flandrien geeft het bedrijf een knipoog naar de coureurs die door weer en wind over de kasseien dokkeren. “De naam is zeker geen toeval, want ook onze kaas heeft veel karakter”, zegt Jan Desmet, een wielertoerist die jaarlijks zo’n 5000 kilometer rijdt.

Internationale ambities

Grootvader André droomde al jaren geleden van een eigen productie. Kleinzoon Jan was de eerste die het aandurfde. De aanvangsinvestering voor het nieuwe bedrijfje dat de naam De Kazerij kreeg, bedroeg 4,5 miljoen euro en dat is allesbehalve peanuts voor een familiale kmo. “Ons bedrijf was al een tijdje schuldenvrij en de banken geloofden gelukkig snel in ons project”, zegt Jan Desmet.

Begin 2013 kon hij de eerste bollen Flandrienkaas leveren. Jaar na jaar verdubbelde de productie: 250 ton in 2014, 500 ton in 2015 en vorig jaar al 1000 ton. Daarmee bouwde De Kazerij een mooie voorsprong uit op het businessplan dat pas in 2018 een productie van 750 ton voorzag.

Dat de verkoop van de Flandrienkaas – die bestaat in vier leeftijden – een hoge vlucht heeft genomen, is geen toeval. Zo sleepte De Kazerij vorig najaar liefst vier prijzen in de wacht op de World Cheese Awards in San Sebastian.

De snelle groei noopte Jan Desmet wel vroeger dan gedacht extra investeringen te doen. Er kwamen twee nieuwe melktanks bij (500.000 euro) en vorig jaar investeerde De Kazerij in een robot om de kaas te behandelen (1 miljoen euro). “Tijdens het rijpen moeten we regelmatig de bollen omdraaien. Vroeger gebeurde dat manueel, maar ergonomisch was dat niet verantwoord.”

Dankzij de verkoop van Triporteur kan Jan Desmet een andere bottleneck in zijn productieproces oplossen. “We hadden al een tijdje te kampen met een gebrek aan rijpingscapaciteit en moesten daarvoor zelfs een beroep doen op derden”, zegt Jan Desmet. “Binnenkort kunnen we het magazijn dat nu nog gebruikt wordt voor de groothandel in gebruik nemen. Dan groeit onze rijpingscapaciteit in één klap van 350 naar 600 ton.”

Na enkele jaren van ongebreidelde groei, wil Jan Desmet het de komende jaren wat rustiger doen. “Een groeiritme van 10 à 15 procent lijkt ons gezond”, zegt hij. “Al blijven we uitkijken naar kansen. Er zijn nog veel mogelijkheden in Frankrijk, maar wellicht ook in tal van andere Europese landen. Met enkele andere ambachtelijke voedingsproducenten hebben we onze krachten gebundeld in BeDelicious.”

Dirk Van Thuyne, fotografie Kris Van Exel

“Met onze Flandrienkaas spelen we in op de vraag naar authentieke producten, bij voorkeur uit de eigen regio”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content