“Er komt een akkoord”

Walter Nonneman, Ufsia-prof en ex-kabinetschef van voormalig premier Jean-Luc Dehaene, denkt dat werkgevers en vakbonden wel een akkoord over de loonnorm zullen sluiten. Maar hij is daar helemaal niet blij mee. Afschaffen is zijn voorstel. En de automatische indexering meteen ook.

De sociale partners zaten afgelopen maandag, 25 november, en ook gisteren, woensdag, weer rond de tafel in een poging om het sociaal overleg vlot te trekken. Een week eerder was de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven voor de dag gekomen met zijn technische berekeningen voor de loonnorm: tussen 5,1% en 6% luidde het verdict. Gevolg: de vakbonden werden de boom ingejaagd en de werkgevers waren min of meer tevreden (zie kader: Het probleem van vakbonden, werkgevers en regering). Het leek erop dat een akkoord verder weg was dan ooit. Walter Nonneman denkt van niet. Nonneman is professor economie aan de Ufsia en was van 1997 tot 1999 kabinetschef van ex-premier Jean-Luc Dehaene (CD&V). Hij maakte toen van op de eerste rij de periode mee dat de regering-Dehaene zelf een sociaal plan uitwerkte nadat het sociaal overleg mislukt was.

WALTER NONNEMAN (UFSIA). “Het sociaal overleg verloopt vaak volgens hetzelfde scenario. Als de sociale partners geen akkoord kunnen bereiken, richten ze zich tot de regering met de boodschap: ‘Als jullie een inspanning leveren, wordt een akkoord mogelijk’. De regering moet zorgen voor ‘smeergeld’ voor het overleg. We zullen nu eerst een politieke strijd krijgen tussen rood-groen en blauw. Rood-groen zal wél geld willen uittrekken en blauw zal dat niet willen. Maar met de verkiezingen in het vooruitzicht zal ook de VLD iets vinden om niet verantwoordelijk gesteld te worden voor het mislukken van het overleg en om niet zelf een norm te moeten opleggen.”

Het is toch de opdracht van de regering om tussenbeide te komen?

NONNEMAN. “Ik zal antwoorden met een anekdote over George Schultz, de minister van Arbeid in de regering- Nixon. Er dreigde toen een nationale staking van de havenarbeiders. Er werd aan Schultz gevraagd: ‘Wat ga je doen?’ En hij antwoordde: ‘Niets. De arbeidsmarkt is iets tussen werkgevers en werknemers, we hebben als regering daarin geen verantwoordelijkheid.’ En inderdaad, in een tripartiet overleg zal de regering altijd betalen. De overheid moet meer afstand nemen van het overleg.”

Is de loonnorm dan geen goed instrument?

NONNEMAN. “De loonnorm heeft vaak averechtse effecten. Voor sectoren in expansie is de norm veel te laag. Die hebben arbeidskrachten nodig en kunnen geen werknemers aantrekken met een beter salaris. Sectoren die het slecht doen, moeten daarentegen minder kunnen betalen zodat de mensen er weggaan. Zo’n gemiddelde loonnorm is triple nonsens. Je maakt de werking van de arbeidsmarkt er inflexibel mee.”

De regering moet zich dus beperken tot het creëren van meer flexibiliteit in de arbeidsmarkt?

NONNEMAN. “Die flexibiliteit is broodnodig als er zich economische schokken voordoen in België. Een monetair beleid kan sinds de Economische en Monetaire Unie niet meer gevoerd worden. Dan blijft het budgettaire beleid over, maar dat is erg beperkt, en het ingrijpen op de arbeidsmarkt. Dat laatste betekent dat de prijzen – de lonen dus – aangepast moeten worden aan de economische realiteit, maar dat kan vandaag met de loonnorm niet. Die installeert de rigiditeit. De Belgen zijn gelukkig erg handig in het omzeilen van allerlei rigiditeiten, maar dat lijkt me wel een slechte basis om je maatschappij vorm te geven.”

De loonnorm heeft toch wel resultaat geboekt. België heeft een gedeelte van zijn loonachterstand tegenover de buurlanden ermee ingehaald.

NONNEMAN. “De werkgevers voelen zich beschermd door de loonnorm. En uiteraard kan die niet zomaar afgeschaft worden. Ook de automatische prijscompensatie moet sneuvelen. En eigenlijk moeten we nog een stap verder zetten en ook de algemeen-verbindend-verklaring van de cao’s, waardoor de cao wettelijk verplicht wordt voor alle bedrijven, afschaffen. Dat is wel zeer radicaal, maar in Frankrijk bijvoorbeeld werkt het overleg zeer gedecentraliseerd en toch goed. Momenteel is die situatie niet zo’n groot probleem, maar als Europa in een deflatoire spiraal verzeilt, kunnen andere landen de stijgende werkloosheid opvangen via stagnerende of zelfs dalende reële lonen, terwijl dat in België uitgesloten is. Het afschaffen van de automatische indexering is niet noodzakelijk slechter voor de mensen. Want door meer flexibiliteit in de lonen creëer je tewerkstelling en vermijd je werkloosheid.”

In uw model verschuift het overleg van de sector naar de onderneming. Is dat wenselijk in een land met zo’n hoge syndicalisatiegraad?

NONNEMAN. “Waarom is die syndicalisatiegraad zo hoog? Omdat het Belgische overheidsapparaat allerlei functies heeft gegeven aan die vakbonden, zoals de uitbetaling van werkloosheidsuitkeringen, een adviesfunctie, een indirecte betrokkenheid bij de gezondheidszorg enzovoort.”

Guido Muelenaer

guido.muelenaer@trends.be

“Een loonnorm is triple nonsens.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content