Er kan er maar één de beste zijn
Europa wil tegen 2010 de sterkste en meest dynamische economische zone ter wereld zijn. Hoe de regeringsleiders die ambitieuze doelstelling zullen realiseren, vernemen we volgende week: tijdens de Top van Lissabon.
De meest dynamische economische zone ter wereld, met meer kwaliteitsbanen en een grotere sociale samenhang. En dat allemaal tegen 2010.
Durft er nog iemand te beweren dat Europa geen ambities heeft? De voorbije maanden werkte de Europese Commissie een resem voorstellen uit om die doelstellingen te halen. Het is nu aan Guy, Tony, Gerhard, Jacques en de andere regeringsleiders om ze volgende week, tijdens de Europese Top van Lissabon, te bevestigen en in nationaal beleid te verankeren.
De Commissie mikt hoog, maar toch denkt ze dat de doelstellingen verantwoord zijn. Het gaat immers goed met de Europese economie. Ze groeit dit en volgend jaar met 3% en er komen elk jaar 1,5 miljoen extra banen bij. De toestand van de Europese betalingsbalans is goed, de inflatie is onder controle en de lidstaten hebben meer dan behoorlijk hun best gedaan om hun begrotingstekort te verminderen en de overheidsschuld te verlagen.
Een schaduwvlek is de werkloosheid, die onaanvaardbaar hoog blijft (10% of 15 miljoen mensen). Bovendien hebben we ten aanzien van Amerika een aanzienlijke achterstand opgelopen wat betreft economische groei, mondialisering van het bedrijfsleven en informatietechnologie.
e-handel.
De gunstige economische toestand is het ideale moment om op termijn duurzame economische groei, volledige tewerkstelling en sociale samenhang waar te maken en om van Europa tegen 2010 de beste plaats ter wereld te maken om te leven en te werken. Om dat te bereiken, houdt Europa vast aan een aantal bestaande richtlijnen, vervat in het groei- en stabiliteitspact: loonmatiging, verbetering van de overheidsfinanciën, gebruik van de groei voor mogelijke belastinghervorming en -verlaging, vermindering van de fiscale druk op arbeid, doorvoering van lastige hervormingen in het stelsel van de bijdragen en uitkeringen, en een cruciale hervorming van het pensioenstelsel. Daar bovenop komt dan een gerichte politiek voor de ombouw tot een kenniseconomie en de versterking (modernisering) van het Europees sociaal model.
Om die kenniseconomie te realiseren, moet dringend werk worden gemaakt van de uitbouw van de e-handel. Op dit ogenblik halen de Amerikanen vier keer meer winst uit deze activiteit dan wij. Tegen 2003 zou dat nog maar het dubbele zijn (645 miljard dollar, tegenover 358 miljard dollar in Europa). Het openbreken van de Europese telecommunicatiemarkt heeft ons op het goede spoor gezet, maar nu is het de beurt aan de lokale netwerken om tegen eind 2000 met substantieel lagere tarieven zoveel mogelijk burgers op internet te zetten.
Beurs.
De interne markt mag dan al een succes zijn, er is zeker ruimte voor verbetering. Zo wil de Commissie tegen eind dit jaar alle belemmeringen op het vrije verkeer van diensten wegwerken. Een snelle, Europese patentregeling moet een feit zijn in 2001. Een jaar later zouden de regels kunnen vastliggen voor de nog veel te ‘nationalistische’ overheidsaanbestedingen (in waarde 12% van het bruto binnenlands product), die dan in 2003 overal elektronisch kunnen gebeuren. De Commissie wil tegen juni ook een akkoord bereiken over het statuut van de Europese onderneming, een gespreksthema dat nu al dertig jaar op tafel ligt en altijd werd geblokkeerd omwille van de onenigheid over de informatie en consultatie van de werknemers in die structuur.
De volledige integratie van de financiële markten is een ander belangrijk actiepunt. Momenteel bedraagt de beurskapitalisatie in Europa nauwelijks de helft van die in de VS. Dit vermindert de financieringsmogelijkheden voor de bedrijven en verhoogt de kostprijs van kapitaal. De Europese kapitaalmarkt is met haar 33 beurzen veel te versplinterd, zeker in vergelijking met de VS. Het is tijd om vaste afspraken te maken om de volledige integratie van de financiële diensten en van de kapitaalmarkt te realiseren tegen 2005.
De kenniseconomie kan alleen worden gerealiseerd als er meer mensen worden aangetrokken om een bedrijf op te richten. Concreet wil de Commissie vrouwen aanmoedigen om een eigen zaak op te starten. Daarnaast wil ze ook de mogelijkheid voorzien van een ‘tweede kans’ wanneer het de eerste keer fout is gelopen, en formules stimuleren van werknemersparticipatie.
Tewerkstelling.
Minstens even belangrijk als de ombouw van de economie is de versteviging (modernisering) van het Europees sociaal model. Werken moet worden aangemoedigd, want het is de beste remedie tegen sociale uitsluiting. De Commissie gaat voor niet minder dan volledige tewerkstelling. Dit betekent dat de tewerkstellingsgraad in de Unie zou stijgen van 61% vandaag tot 65% in 2005 en tot 70% in 2010. De werkloosheidsgraad zou in dat jaar niet hoger zijn dan 4% (nu is dat 10%). Het aantal vrouwen met een baan kan in de komende tien jaar stijgen van 51% naar 60%.
Zoveel mogelijk mensen economisch actief krijgen en houden, is ook de beste garantie om het sociale systeem leefbaar te houden. Er is ruimte voor verbetering, en daarom krijgt de Commissie de taak om de ‘beste’ (duurzaamste) modellen en oplossingen die in de lidstaten worden toegepast, aan de andere voor te leggen zodat die ze eventueel kunnen volgen. Op die manier wil Europa de sociale zekerheid ook betaalbaar houden.
De sociale partners wordt gevraagd gesprekken te beginnen over alle aspecten van de kennismaatschappij. Belangrijke onderwerpen zijn het levenslang leren, de mogelijkheden van meer tewerkstelling, sociale insluiting en nieuwe vormen van werknemersparticipatie.
De terugkoppeling van de sociale doelstellingen naar de ontwikkeling van de kenniseconomie loopt over onderwijs en vorming. De groep van 18- tot 24-jarigen die alleen lager secundair onderwijs genoten, moet in de Europese Unie gehalveerd zijn tegen 2005. Tegen die datum zouden alle burgers ook internet moeten kunnen gebruiken. Daartoe moeten alle openbare besturen gedurende twee jaar internettraining aanbieden.
Het plan dat in Lissabon zal worden besproken, is ambitieus. Het lijdt geen twijfel dat de regeringsleiders het eens zullen worden over de principes. De praktische uitwerking van die principes wordt een andere kwestie…
huib crauwels
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier