Luc Huysmans
Electrabel vrijwaart zich van de rechtsonzekerheid waarmee zijn concurrenten worden geconfronteerd
Dit land blinkt zelden uit in een coherente, geïntegreerde visie of aanpak. Het energiebeleid – versnipperd over federale, regionale, provinciale en soms zelfs gemeentelijke bevoegdheden – vormt daar helaas geen uitzondering op.
De aanpassingen aan het Vlaams decreet voor hernieuwbare energie kunnen op weinig begrip rekenen in de sector. Nadat eerst de zonnepanelensector in het geweer was gekomen tegen de wijzigingen, blaast nu ook de biomassasector alarm. Het nieuwe wetsontwerp beïnvloedt de inkomstenkant van lopende investeringen en snijdt rechtstreeks in de verhoopte winsten.
De uit de pan rijzende facturen in de zonnepanelensector noopten de Vlaamse minister van Energie, Freya Van Den Bossche, ertoe snel te handelen. Of het daarbij nodig was de subsidies voor de andere technologieën te herbekijken, is een andere zaak. De rechtsonzekerheid loert om de hoek. Want vorige week werd ook de aangekondigde grondige evaluatie van het bestaande subsidiesysteem op gang gefloten. Die moet eind dit jaar uitmonden in beslissingen. Dus vragen de uitbaters van biomassacentrales zich terecht af waarom de markt nu dooreen wordt geschud, als die er over enkele maanden volledig anders uit kan zien.
Bij de evaluatie bestaan geen taboes. Als het model met groenestroom- en warmtekrachtkoppelingscertificaten niet voldoet, gaat het desnoods integraal op de schopstoel. Voor- en tegenstanders van het systeem hebben allebei zinnige argumenten aan te dragen. Maar hoe dan ook verhoogt de aankondiging de rechtsonzekerheid. Gevolg: twijfelende of afhakende investeerders, die wellicht hun projecten uitstellen tot na de evaluatie.
Tegenover die onzekerheid staat de behandeling van de Max Green-centrale van Electrabel en Ackermans & van Haaren. De centrale moet tevreden zijn met minder certificaten en dus inkomsten dan aanvankelijk gepland, maar verkreeg wel zekerheid tot 2021 over die bedragen. De Vlaamse overheid ging er ook mee akkoord een schadevergoeding te betalen indien ze toch knibbelt aan die belofte.
Natuurlijk heeft Electrabel meer onderhandelingskracht dan pakweg A&S Energy of Greenpower Merksplas. Toch zou het al te gemakkelijk zijn om de energiereus met de vinger te wijzen. Vanuit het standpunt van de energiereus is het zelfs een daad van goed bestuur. Het bedrijf vrijwaart zich van de rechtsonzekerheid waarmee zijn kleinere concurrenten worden geconfronteerd.
Het voordeel van een grote biomassacentrale als Max Green is dat de doelstelling van het Europese Klimaatplan om tegen 2020 13 procent hernieuwbare energie te halen, plots een flink stuk dichterbij komt. Het nadeel is dat door de grote stijging van het aanbod de markt van groenestroomcertificaten in elkaar stuikt. Dat bemoeilijkt de positie van de kleinere marktspelers.
De zorg voor het onnodig subsidiëren van technologieën die het niet meer nodig hebben – voor het maatschappelijke draagvlak en voor de factuur van de eindconsument – is een goed voornemen. De kunst bestaat erin om te vermijden dat daarmee de weg naar de hel wordt geplaveid: een weinig investeringsvriendelijke en op termijn inefficiënte en dure markt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier