EKO-TUINEN De grammatika van de natuur
Het begrip eko-tuin roept prekerig groen fanatisme
en dwingende voorschriften op. Niets blijkt
minder waar.
De natuurlijke tuin houdt gewoon rekening met de oorspronkelijke omgeving.
En brengt een serene sfeer.
LUC DE DECKER
FOTO’S : ERIK TANGHE
Al op de licht krommende oprit glijdt de stress weldadig van je af. Je zoëven nog fel belaagde zenuwen ontspannen zich door een verkwikkende mentale massage. Daarvoor zorgt een decor dat een natuurlijke spontaneïteit ademt. Het aangename gevoel en het estetische genoegen worden hier niet opgewekt door de barokke bombarie en m’as-tu vu van een formele Franse tuin. In de strakke struktuur en naarstige verzamelwoede van vele tuinen echoot immers nog de koortsachtigheid van het dagelijkse werk. Deze oprit verwelkomt evenwel tussen een hoge beukenhaag en een zoom van (onder meer) fluweelgroen hoefblad, rijzig welriekend fluitekruid en wilde narcis. Verder van de kant rijst een bos van es, eik en wilg op. Niet toevallig gaat het om snelgroeiers. “Hier leggen we een energiebos aan. Met wat snoei- en hakwerk hebben we ons eigen brandhout, ” legt Rosette Van Cauteren later uit.
Een samengaan
van mooi, natuurlijk én funktioneel. Nochtans druist het koncept van de natuurlijke tuin juist in tegen het nutsidee dat al eeuwenlang onze tuinkultuur domineert. De gastvrouw verwoordt de tegenstelling met meer gevoel voor nuance. De plaats waar ze ons begroet, krijgt in die kontekst symbolische waarde : bij de klimhortensia die de noordelijke huisgevel tot aan de nok tooit. De weelderige klimmer bewijst dat ook een ietwat donkere noordkant kans geeft aan een prachtige bloei. Alsof de natuur beklemtoont : begraaf de vooroordelen. Die filozofie van respekt en vrijheid typeert Van Cauteren. Ze voegt ze eraan toe : “Verwar liefhebbers van eko-tuinen niet met groene fundamentalisten. Bij ons tref je niet meteen de aanhang van de geitewollensokken. Utopieën jagen we niet na. Haalbare doelstellingen staan voorop. Ons basisprincipe ? We proberen te werken volgens de logika van de natuur. “
Een blik op de tuin doet nog een aantal misverstanden smelten. Een natuurlijke tuin blijkt beslist geen zootje ongeregeld, waar de mensenhand ver vandaan blijft. Struktuur en kleurenpalet spelen wel degelijk een prominente rol. “Met de eko-tuin blijven vele stijlen mogelijk. We willen er juist geen enkele opdringen. Sommige natuurlijke tuinen zijn door de leek niet te onderscheiden van de gewone sierhof. Wij zoeken alleen naar oplossingen die passen in het eko-systeem, ” verduidelijkt Van Cauteren. “Dat betekent aandacht voor inheemse planten. Wat meestal neerkomt op het herontdekken van de pracht van grassen en planten die we door het dominante idee van de opbrengsttuin steeds geweerd hebben. Eens ze als konkurrenten voor de nutsgewassen gezien werden, kregen ze het etiket van onkruid. “
Zelfs rond en tegen de huisgevels vinden we een samenvatting van Van Cauterens devies. Tussen de cementtegels groeit de rode spoorbloem. Ondanks de naam bestaat er zowel een rozerode als witte variant, die volop bloeit van mei tot oktober. “Je licht hier en daar een tegel, plant of zaait één keer en de rest gebeurt vanzelf. Ze komen elk jaar terug. De vogels brengen nog ander zaad mee. ” Aan de zuidgevel vinden we tevens kamperfoelie en zelfs een winterharde (blauwe) boscoop-druivelaar. Maar ook keurig vormgeknipte buxus en een verrassend omvangrijke exotische cymbidium op het terras ontbreken niet. “Je merkt dat ik niet fanatiek ben. Buxus brengt struktuur in de winter en je moet me ook mijn folietjes gunnen. Ik experimenteer graag. “
Na een carrière
bij de educatieve uitgeverij De Garve, trokken Rosette en haar man, die vroeger dan verwacht een punt zette achter een loopbaan bij een chemiereus, naar Kalmthout. In de buurt van het befaamde arboretum vonden ze een bevallige Kempense villa op een terrein van zowat twee hektare. Van de oude verwaarloosde boomgaard, de boszijde en de weiden lieten ze een deel intakt. Achter het huis legde het echtpaar een 3000 m² ruime eko-siertuin aan. Dat is het domein van Rosette. Haar man houdt het veeleer bij de moestuin. Rosette verklapt het geheim van de biologische moestuin : “Vergeet die moeilijke kombinaties van tagetes tussen prei en dies meer. Dé sleutel is rotatie. Deel de tuin in bedden in en zorg dat het vele jaren duurt voor er hetzelfde gewas op het hetzelfde bed geplant wordt. Op die simpele manier voorkom je de grootste problemen. De eko-toepassing is ook in de siertuin veel eenvoudiger dan gevreesd. Je moet wel de logika van de natuur willen volgen. Van een taal moet je ook de grammatika beheersen. Dat is het uitgangspunt voor alle uitdrukkingen, of het nu om een reportage, poëzie of een roman gaat. Helaas verwaarloosden we de grammatika van het eko-systeem. We keken alleen naar de opbrengst en vergaten de kern. Dat is hetzelfde als boeken produceren om een mooie wand te vormen. Op de duur weet niemand nog wat de woorden tussen die kaften betekenen. “
Terwijl haar man, een burgerlijk ingenieur, zich boog over onderzoek op de moestuin, de fruitbomen en het komposteren, richtten Rosette en enkele medestanders Vesel op, de Vereniging Ekologische Siertuin en Landschap (1), wiens bakermat lag in milieuvereniging Velt, de Vereniging voor Ekologische Leef- en Teeltwijze (2). Vesel richt zich zowel tot beginners, liefhebbers als vaklui. Het uitgeven kon Rosette blijkbaar niet laten. Ze zorgt niet alleen voor het infoblad, maar schreef samen met tuinarchitekt John Rigaux het handboek De ekologische siertuin, dat als basis fungeerde voor de zesdelige tv-reeks Siertuinen ekologisch bekeken (3). De uitgave werd bescheiden en goedkoop opgezet, maar bevat een schat aan heldere informatie. Je vindt er niet meteen voorbeelden om haarfijn na te bootsen, maar je kan kreatief aan de slag met de plantenlijsten voor kruid-, struik- en boomlaag.
Uiteraard ontbreken de tips voor waterpartijen niet. Ekologisch bewuste tuiniers versmaden de vijvers uit kunstfolie of polyester. Ze zijn niet enkel gevoelig voor scheuren of doorboringen, ze bestaan ook uit milieu-onvriendelijk materiaal. In gemetselde of betonbekkens doemen ook al gauw barsten op. We gaan dan maar te rade bij Rosette, die klei aanbeveelt : “Elastisch, relatief goedkoop en milieuvriendelijk. ” Ze vertelt het op het tegelterras met uitzicht op haar omvangrijke vijver. “Een bospoel, ” korrigeert ze. “Tegen de herfst valt hij droog. Toen we hier kwamen, wilden we hem waterdicht maken en de bomen eromheen rooien om er een zonnige plaats van te maken. Gelukkig zagen we in dat we de harmonie zouden verstoren. We lieten alles betijen (op wat geregeld snoeiwerk na). In de lente verschijnen hier eenden met hun kroost. In de zomer groeien de dikkopjes uit tot kikkers en komen vele vogels, eekhoorns, egels en konijnen drinken. Als de poel in de herfst droogvalt, verwijderen we de gevallen bladeren. De winterregens en sneeuw vullen de poel weer op en de kringloop herbegint. Van allerhande complexe toestanden met cirkulatiepomp en verluchtingssystemen hebben we geen last. “
Herstel of behoud
van landschap en milieu behoort wel degelijk tot de basisfilozofie van de eko-tuinder. Rosette zucht : “België en vooral Vlaanderen heeft zozeer verkaveld, dat de overlevingskans van inheemse flora en fauna in gevaar komt. Zelfs een kleine stadstuin kan een uitstekende bijdrage vormen om dat euvel enigszins te herstellen. De hof wordt dan een schuilplaats voor vogels en misschien wel amfibieën, een groene oaze. Plant bijvoorbeeld bomen, struiken en klimplanten met eetbare vruchten, zaden of bessen voor vogels en andere dieren. Enkele voorbeelden ? Lijsterbes, hulst, hazelaar, eik, klimop en kardinaalsmuts. ” Dit aspekt krijgt stilaan ruimere aandacht. In het kader van het Europees Jaar van het Natuurbehoud roept WWF op om elke mogelijkheid, zelfs een gevel en een balkon, te benutten als schakel in het netwerk van de natuur.
“Kies planten in funktie van bodem en (mikro-)klimaat, ” zo luidt een andere vuistregel. Meer uitleg hierover kregen we van Freddy Sparenberg. Deze jonge ekonomist wuifde een beloftevolle loopbaan in het bankwezen vaarwel om zich volop te wijden aan zijn wilde-plantenkwekerij Ecoflora (4), een kwasi-unicum in ons land. In Rosières vond hij een gedroomd terrein, waar door de helling en schaduwwerking een aantal mikroklimaten zich pal naast mekaar bevinden. Er liggen zelfs verschillende politieke klimaten : de taalgrens loopt dwars door de kwekerij, maar daar ondervindt de natuur duidelijk geen last van. De tuinder evenmin : de Wilrijkenaar studeerde in Louvain-la-Neuve, zijn vrouw komt uit Charleroi. De prille dertiger liet de komfortabele carrière links liggen “omdat ik bewust kies voor wat ik graag doe. Het werk is te belangrijk en slorpt te veel tijd op om daarop een uitzondering te maken. Onverantwoord ? Ik neem een commercieel risico, de markt is nog niet bijster groot, maar ze groeit. Ik geloof er rotsvast in. “
Het Europees Jaar heeft meer mensen in Wallonië aangespoord om de tuin natuurlijker te bejegenen. Tot dusver vond Sparenberg vooral afzet in de as Antwerpen-Mechelen-Waals-Brabant. Stilaan ontwaakt ook de interesse van professionele aanleggers, ze nemen nu al 25 procent van de omzet voor hun rekening. Sommige klanten komen speciaal voor de medicinale eigenschappen. De smeerwortel, bijvoorbeeld, heelt wonden. Valkruid wordt aangeraden bij gekloven huid en brandwonden. Het (oranje) sap van de stinkende gouwe (de echte naam) doet daadwerkelijk wratten verdwijnen. Imkers halen veldsalie, reseda en andere bloeiers die bijen aantrekken. “Mensen ontdekken weer de waarde van de natuur. “
Sparenberg kweekt inheemse wilde planten. Hij rekent er ook de immigranten bij : planten, zoals de overblijvende ossetong, die zich hier al geruime tijd spontaan in het eko-systeem geïntegreerd hebben. “Puristen diskussiëren daarover wel eens. ” Zoek geen navrante politieke grond om de nadruk op het inheemse te verklaren. “Het komt er enkel op aan de juiste plant in de juiste bodem in het juiste klimaat te plaatsen. Dat is een garantie voor een onderhoudsvriendelijke tuin. In de natuurlijke omstandigheden groeien en helen planten zichzelf. Als er dan nog bladluizen optreden, bijvoorbeeld, verschijnen er ook wel insekten zoals lieveheersbeestjes, die ze onschadelijk maken. Als je maar de natuurlijke samenhang, de biotoop respekteert. Een beetje organische meststof in de potgrond volstaat dan wel. Neen, geen turf. Die is omstreden omdat hij gewonnen wordt in ekologisch waardevolle gebieden. Daarom houden we het op kokosturf. “
Eko-tuinen
zijn geen marginaal verschijnsel meer. Dat bewijst ook de interesse van Avant Garden (5), één van de toonaangevende huizen voor tuinontwerp en -aanleg in België. Hun meest opzienbarende eko-projekt vinden we bij het Huis van de Toekomst (6) in Vilvoorde. Peter Adams : “Zelfs de bindsels om de bomen vast te maken, bestaan uit gerecycleerd materiaal. Voor de verlichting opteerden we voor een Bega-armatuur, die ekologische principes en design kombineert. De lampen zijn energiezuinig. In een verdere faze hopen we er geschikte zonnepaneeltjes bij te vinden. “
Zijn medevennoot Luk Logist wijst op het waterzuiveringssysteem, dat het afvalwater van het huis opnieuw bruikbaar maakt. Philip Meyfroot, ingenieur bij het projekt, stippelt de route uit : “Een voorbezinkzone in een septische tank houdt het grootste deel van het slib tegen. Daarna stroomt het water in een biorotor, die zuurstof geeft aan de mikro-organismen die het zuiveringswerk verder opknappen. Na een nabezinktank wordt het naar een bron gepompt. ” Volgt een weg terug door een rietveld, dat aangelegd werd met de steun van de Gentse prof De Maeseneer. Logist vult aan : “Riet, smalbladige lisdodde en mattenbies zuiveren verder. We laten de beek meanderen. Pas toen beken recht getrokken werden, verloren ze hun zuiverende kracht (mede door de overrompelende hoeveelheid vuilnis). ” Adams konkludeert : “Gebruikstuin, ekologie en estetische harmonie kunnen perfekt samenvallen. Je leert ook dat je niet om het even welke plant om het even waar kan planten. Maar dat zou elke goede tuinder moeten weten. “
Info : (1) Vesel : Vogelenzangstraat 67, 2920 Kalmthout. tel. (03) 666.68.39.
(2) Velt : Lt. Caluwaertstraat 3, 2160 Wommelgem. tel. (03) 353.80.53.
(3) De ekologische siertuin : 247 blz., 795 fr. Verkrijgbaar bij Vesel : Rek. nr. 001-1656135-33. Vermelding Siertuinboek.
(4) Ecoflora : Rue de Genval 42, 1331 Rosières. tel. (02) 652.07.78. Open Deur op zondag 18 juni van 10 tot 17 u.
(5) Avant Garden : Kasteelpark, Turnhoutsebaan 385, 2110 Wijnegem. tel. (03) 353.68.64.
(6) Huis van de Toekomst : Indringingsweg 1, 1800 Vilvoorde. tel. (02) 263.01.33.
Bospoel voor een Kempense villa in Kalmthout. Alles laten betijen en geen last van complexe toestanden met circulatiepomp en verluchtingssystemen.
De bloemenpracht van de “onbekende schone”.
De “echte koekoeksbloem” in een ekologische tuin in Rosières. De juiste plant in de juiste bodem in het juiste klimaat.
Het “hofje” van het huis van de toekomst in Vilvoorde. Een rietveld (boven) en een bron (onder) zuiveren het water op natuurlijke wijze. Geen surrealisme, maar een reële tuin van de toekomst.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier