Effectiseringsmarkt ontdooit heel langzaam

De excessen op de markt van herverpakte kredieten liggen mee aan de basis van de Grote Crisis. Zolang die markt nog op apegapen ligt, heeft de economie er niets aan.

Het handeltje oogde fantastisch. Banken herverpakten op grote schaal eerder toegekende kredieten in nieuwe beleggingsproducten en verkochten deze producten – de zogenaamde asset backed securities, waarvan de CDO’s de meest beruchte zijn – door aan investeerders. De banken konden via deze operaties kapitaal op hun balans vrijmaken (waardoor ze nieuwe kredieten konden toekennen) en intussen verdienden ze goed geld als tussenpersoon in deze handel. Toen echter bleek dat er op grote schaal slechte Amerikaanse hypotheken in de producten waren gemengd, stortte de handel in en werden het banksysteem en de economie in de val meegesleurd.

De productie van deze effecten ligt momenteel nog zo goed als stil. De jongste maanden gebeurden maar vier transacties: een in het Verenigd Koninkrijk, twee in Nederland en een in Duitsland. Het zijn nog maar de eerste signalen dat de markt heel langzaam ontdooit. “We verwachten de volgende maanden nog nieuwe transacties. Maar het gaat om klassieke, eenvoudige ‘plain vanilla’-effectiseringen”, zegt Amador Malnero, hoofd effectisering van ING België. Van CDO’s is nog absoluut geen sprake. Die zijn nog totaal onverkoopbaar.

Het goede nieuws is dat de excessen samen met de markt verdwenen zijn, maar het slechte nieuws is dat een belangrijke financieringsbron voor de economie is opgedroogd. En dat net op een moment dat de banken het moeilijk hebben om de economie van voldoende kredieten te voorzien. Verschillende waarnemers vrezen dat zonder een gezonde effectiseringsmarkt het economische herstel onvoldoende gefinancierd raakt.

Te hoge risicopremie

De belangrijkste reden dat de markt nog plat ligt, is dat de operaties niet rendabel zijn voor de banken die de effecten uitgeven. Beleggers vragen nog altijd een te hoge risicopremie voor ze opnieuw zulke herverpakte beleggingsproducten durven aan te kopen. Voor een bank heeft het daarom geen zin bestaande leningen door te verkopen aan deze beleggers. Het nodige vertrouwen keert maar heel langzaam terug.

Toch zijn er vorig jaar voor tientallen miljarden effectiseringsoperaties gedaan door de Europese banken. Die effecten zijn echter niet ontworpen om door te verkopen aan beleggers, maar dienen als onderpand om bij de Europese Centrale Bank (nood)kredieten te kunnen krijgen. De ECB aanvaardt immers hypotheken (waarvan de banken er veel in portefeuille hebben) pas als onderpand als ze gebundeld en herverpakt worden in asset backed securities (ABS). In België hebben bijvoorbeeld BNP Paribas Fortis, ING België, KBC of Landbouwkrediet leningen uit de eigen balans omgebouwd tot effecten die bij de ECB ingewisseld kunnen worden voor vers geld.

Intussen zijn ook maatregelen genomen om nieuwe excessen te voorkomen. Zo moeten de banken vermelden, tot de laatste individuele lening toe, uit welke kredieten een ABS is opgebouwd. De administratieve rompslomp wordt niet min. Belangrijker is nog dat de banken voortaan ook “skin in the game” houden. Dat betekent dat de banken minstens 5 procent van de ontworpen ABS op de eigen balans moeten houden, waardoor ze dus ook delen in de verliezen op deze effecten. Dat moet de banken motiveren om enkel kwaliteitsvolle ABS uit te geven, waarbij er niet langer giftige kredieten (zoals Amerikaanse hypotheken die aan mensen zonder inkomen werden toegekend) in de portefeuille zijn vermengd.

Onderzoek toont aan dat heel wat banken het niet meer zo nauw namen met de kwaliteit van de kredieten, precies omdat deze kredieten toch doorverkocht werden aan andere beleggers. Vooral de Europese banken kunnen echter niet lachen met deze nieuwe spelregels. Ze voelen zich zwaar gestraft voor wat uiteindelijk Amerikaanse zonden zijn. Toezichthouders moeten uitkijken dat ze de markt de keel niet dicht- knijpen.

D.K.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content