Een voorproefje van rijkdom

Een jaar zonder verkiezingen in Latijns-Amerika – wat een rust. Economisch blijven de meeste landen goed vooruitboeren.

Voor Latijns-Amerika zal het een jaar van gestage economische groei worden. De inflatie zal teruglopen: in 2001 zullen alle belangrijke economieën in Latijns-Amerika inflatiepercentages laten zien die voor het eerst sinds de jaren dertig van de vorige eeuw nergens in de dubbele cijfers komen. Het zullen twaalf gelukzalige maanden worden, waarin geen belangrijke presidentsverkiezingen zullen plaatsvinden en waarin politici zich met praktische zaken kunnen bezighouden, zoals ervoor zorgen dat de democratie ook werkt. Over het hele halfrond zal de democratie tegen het einde van het jaar een krachtiger indruk maken, ondanks de onvaste greep die het op sommige wat armere Andeslanden heeft. Maar de economische groei zal nog niet krachtig genoeg zijn om de armoedecijfers drastisch te drukken of om ervoor te zorgen dat er een goed gevoel ontstaat.

Over het geheel genomen zal het de regio moeilijker vallen om in 2001 sneller te groeien dan de 4,5% die het in 2000 bereikte. Maar de groei zal evenwichtiger zijn verdeeld. Mexico’s oververhitte economie zal afkoelen, net zoals die van de Verenigde Staten, en de olieprijs zal dalen. Na een expansie van meer dan 7% in 2000, het hoogste cijfer sinds 1981, zal de Mexicaanse groei terugvallen naar een respectabele 4%. Maar, verder naar het zuiden, valt er een snellere groei te verwachten in Brazilië, waarmee ook andere landen geholpen kunnen zijn.

Slechte exportcijfers blijven in Latijns-Amerika voor een belemmering zorgen. Het speuren naar nieuwe markten ligt ten grondslag aan het belang dat de regio hecht aan een vrijhandelszone voor Noord- en Latijns-Amerika (FTAA). Dat zal het belangrijkste gespreksonderwerp zijn op de derde topontmoeting van de beide Amerika’s in april in Quebec, waar 34 politieke leiders van het westelijk halfrond elkaar zullen ontmoeten (iedereen zal aanwezig zijn behalve Fidel Castro van Cuba). Het zal Latijns-Amerika de gelegenheid bieden om bij de nieuwe regering in Washington krachtig aan haar eisen vast te houden. Maar de FTAA-onderhandelingen krijgen pas een dringend karakter ná de ontmoeting in Quebec als het Amerikaanse Congres de president versnelde onderhandelingsbevoegdheid geeft bij handelsovereenkomsten.

Het andere grote onderwerp in Quebec zal Colombia zijn. Rond april zal een door de Verenigde Staten getrainde nieuwe legereenheid zo goed als gereed staan om in actie te komen in de zuidelijke laaglanden van Colombia – waar een groot deel van de wereldproductie van cocaïne vandaan komt. De legereenheid zal zich richten op de drugsindustrie, maar ook op de antiregeringsguerrilla’s. Verwacht er geen al te grote resultaten van. Er zal in 2001 geen einde komen aan de Colombiaanse nachtmerrie van kidnappingen en afpersingen door de guerrilla’s en van massaslachtingen onder burgers door rechtse paramilitaire groepen. Verwacht ook geen belangrijke stappen in de richting van vrede voordat er in 2002 een opvolger is gekozen voor president Andrés Pastrana.

Elders is de hoop op verandering groter – en nergens is dat meer het geval dan in Mexico. Na de dramatische nederlaag van de Partido Revolucionario Institucional (PRI) zal Vicente Fox op 1 december 2000 in een adembenemend tempo aan zijn presidentschap beginnen: hij zal grote schoonmaak houden onder het corrupte politiekorps en grondwetswijzigingen doorvoeren die meer macht zullen geven aan het lokaal bestuur. Maar president Fox zal ook ondervinden dat regeren moeilijker is dan campagne voeren. Hij zal op verzet stuiten in het Congres en bij de gevestigde belangengroepen. Dat verzet kan zelfs gewelddadig zijn, zij het slechts in incidentele gevallen. De Mexicaanse politiek zal veel herrie veroorzaken, maar daarin zal ze dan eindelijk lijken op die van andere democratische landen.

Tegen de achtergrond van een vertragende economie zal Fox een belastinghervorming doordrukken die tot doel heeft de overheidsinkomsten te verhogen evenals de uitgaven voor de gezondheidszorg en het onderwijs. Hij zal waarschijnlijk uit zijn op geleidelijke veranderingen in het belastingstelsel. Evenmin zal hij er gemakkelijk in slagen om steun uit het Congres te krijgen voor een andere hervorming, die erop is gericht om particuliere investeringen toe te staan op het gebied van elektriciteit en olie. De verwachting is dat hij die kwestie in zijn voordeel zal beslissen, ook al is het misschien nog niet in 2001. In augustus krijgt Fox te maken met een eerste test die moet uitwijzen of de bevolking zijn beleid steunt in een belangrijke gouverneursverkiezing in de grensstaat Baja California, waar zijn PAN-partij sinds 1989 aan de macht is. De PRI op haar beurt zal officieel niet splitsen, maar in de praktijk zal de partij uiteenvallen, waarbij Fox pragmatisch steun zal krijgen van enkele technocraten en gouverneurs van de PRI, terwijl ‘die-hards’ zich tegen verandering zullen verzetten. Hun macht mag echter niet worden onderschat. Het eenpartijbestuur (natuurlijk door de PRI) heeft drie generaties lang het politieke leven in Mexico bepaald. Iets wat cultureel zo diep – en zo comfortabel – verankerd is, verdwijnt niet zomaar vanzelf.

Elders zal de verandering geleidelijker verlopen. Argentinië zal een bron van zorg blijven. President Fernando de la Rua zal blijven aanmodderen. Zijn breekbare centrum-linkse coalitie zal hij waarschijnlijk wel bij elkaar houden. Hij hoopt dat de economie uiteindelijk een opleving te zien zal geven die krachtig genoeg is om te voorkomen dat hij tijdens de verkiezingen voor het Congres in oktober een pak slaag krijgt van de Peronisten die in de oppositie zitten. De groei in Brazilië en een zwakkere dollar zouden de Argentijnse export moeten helpen en een economische groei mogelijk moeten maken van 3% tot 4%. Zou de groei of de fiscale discipline het laten afweten, dan zou Argentinië mogelijkerwijs toch noodhulp nodig kunnen hebben om zijn vaste wisselkoers te ondersteunen.

In Chili zal een krachtiger economisch herstel, met een groei van meer dan 5% in zowel 2000 als 2001, een andere centrum-linkse regering, die van Ricardo Lagos, helpen om de parlementsverkiezingen in december 2001 te winnen. Generaal Augusto Pinochet zou zijn land een dienst kunnen bewijzen door volgend jaar stilletjes te overlijden. Als dat niet gebeurt, zullen de aanklachten die tegen hem zijn ingediend inzake schendingen van de mensenrechten zich voortslepen in de Chileense rechtszalen.

Peru gaat een ongewis jaar tegemoet. De verwachting is dat de nieuwe verkiezingen die nog door de afgezette president Alberto Fujimori zijn beloofd, in april worden gehouden. Alejandro Toledo, Fujimori’s tegenstander bij de bezoedelde verkiezingen in 2000, zal een sterke kandidaat zijn; maar er zal zich nog een horde andere tegenstrevers aandienen. Het leger schuifelt nerveus heen en weer tussen de coulissen. Een coup is wel mogelijk, maar niet waarschijnlijk.

Michael Reid is redacteur van The Economist voor Noord-, Midden- en Zuid-Amerika.

MICHAEL REID

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content