EEN SELECTIEF OUTSOURCER
EXEMPLARISCH.
In maart vorig jaar loste Solvay een typisch probleem op dankzij een uitbestedingsovereenkomst met IBM Global Services. Solvay had twee rekencentra – één in Salzgitter (bij Hannover) en één in Brussel. Samen werkten daar veertig mensen die onder meer verantwoordelijk waren voor de geïntegreerde bedrijfstoepassing van Solvay, een tien jaar oude R/2 mainframeoplossing van SAP. Maar de Belgische chemiereus wou overschakelen naar de modernere SAP R/3 versie, die op goedkopere minicomputers onder Unix zou draaien.
Op termijn zou dat de dood van de rekencentra betekenen, terwijl Solvay in de overgangsperiode zowel zijn mainframe-ploeg zou moeten onderhouden als Unix-informatici aantrekken en de nieuwe ontwikkelingen financieren.
De rekencentra waren ook, zelfs samengevoegd, met hun 300 Mips een ordegrootte te klein om schaalvoordelen te realiseren. Outsourcing zou dus eigenlijk altijd goedkoper horen te zijn.
Vanuit die optiek (en vanuit de geproclameerde politiek om zich te concentreren op zijn core business) keek Solvay uit naar een overnemer voor zijn mainframecentra, die tegelijk een goede service, een 20% lagere prijs en een carrièrewaarborg voor het overgenomen personeel – veelal burgerlijk ingenieurs, vaak met aanzienlijke anciënniteit – kon geven. IBM kreeg tenslotte de voorkeur boven Philips Origin en Debis. De computercentra van IBM in Salzgitter en Zaventem sloten geografisch mooi aan bij de gegeven situatie, maar vooral bood mainframespecialist IBM de beste garantie voor het personeel, zowel inhoudelijk als qua vastheid van betrekking. “Er is niet alleen het gunstige human resources profiel van IBM, wij deden ook voldoende zaken met hen om enige invloed te kunnen uitoefenen,” zegt informatica-directeur François Boomans van Solvay, die voordien meer dan twintig jaar personeelsdirecteur van Solvay is geweest. De timing was minder dan perfect: in dezelfde week kondigde Renault de sluiting van zijn fabriek in Vilvoorde aan.
SELECTIEF.
Solvay structureerde de deal onder de vorm van een tijdelijke joint venture (25,1% Solvay, 74,9% IBM), die de overdracht, maar vooral het terugschroeven ervan, moest mogelijk maken. Na een jaar is de joint venture nu echter helemaal aan IBM overgedragen en is de overeenkomst een klassieke outsourcingdeal geworden. “Het personeel wou liever niet tussen twee bedrijven in blijven hangen,” zegt François Boomans. Dit soort joint ventures, licht hij toe, kan trouwens niet lang standhouden omdat de minderheidspartner opziet tegen de investeringen die moeten gebeuren. Na de outsourcing blijven ongeveer 10 percent van de kosten van het contract intern, onder andere onder de vorm van de twee medewerkers die als interface fungeren tussen IBM en de Solvay-gebruikers.
Solvay – ruim 34.000 personeelsleden, 311 miljard frank omzet in 1997 – is een zeer selectief outsourcer. De nu al 25 HP 9000 Unix-machines waarop het SAP R/3 systeem internationaal draait, worden beheerd door IBM, maar de toepassingen en de machines zelf zijn eigendom van Solvay. Het netwerk en de helpdesk zijn uitbesteed aan Digital Equipment/Compaq (Compaq), het beheer van het vijftigtal HP 3000-computers aan Atos en de pc’s aan Dell.
BRUNO LEIJNSE
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier