Een schop voor het leven
Bijna 150 jaar geleden smeedde het familiebedrijf Polet de eerste spadebladen. Van smidse groeide het uit tot een hoogtechnologische onderneming met respect voor het ambacht. Al veranderde er sinds 2010 veel: nieuwe eigenaars, nieuwe kapitaalinjectie, nieuwe markten, nieuwe smidse en een nieuwe CEO: Paul De Neve (65).
“Koop u een schop van Polet”, zei mijn schoonvader zaliger ooit. “Dan zit ge goed voor ‘t leven.” En zo geschiedde. Polet is al tientallen jaren een begrip als producent en leverancier van kwaliteitsvol gereedschap, zowel voor de vakman, de doe-het-zelver als de hobbyist. Het bedrijf groeide jarenlang, traag maar gestaag, onder de vleugels van de broers-aandeelhouders Piet en Jo De Coninck. De eerste deed de sales en financiën, de tweede de productie. Al kende het bedrijf ook moeilijke jaren, want ondanks die sterke reputatie moest het opboksen tegen almaar goedkopere gereedschappen, onder meer geproduceerd in China. De broers hielden de productie in eigen land, in Borsbeke.
Toen het bedrijf op de grenzen van zijn groei stootte, kwamen in 2010 externe partners in de spotlights. Polet trok Sobradis en Scala International aan als strategische aandeelhouders om zijn verdere groei te ondersteunen. Sobradis nv is de holding van de familie Joris Brantegem met expertise in de uitbouw van retailformules en de positionering van merken. Scala International is aandeelhouder van Scala Plastics. De derde partner was de investeringsvennootschap PMV, die zorgde voor een langetermijninvestering via een achtergestelde lening. De broers De Coninck zetten in 2011 een stap opzij (ze zijn nog minderheidsaandeelhouder met elk 14,83 %). Paul De Neve werd de nieuwe frontman, binnengehaald door Bart Van Hooland en Joris Brantegem. En vorig jaar nam Polet de ambachtelijke gereedschappensmederij Denolf uit Wichelen over.
Win-win
150 jaar geleden is Polet gestart als een smidse. “Sinds vorig jaar zijn we weer voor een stuk een smidse te worden”, zegt Paul De Neve. “We beseften dat de kwaliteit die we opgebouwd hadden in die 150 jaar gebaseerd is op die smidse, maar morgen moet je die reputatie ook nog waard zijn. Twee broers in Wichelen, Chris en Stefaan Denolf, smeedden nog altijd op de ambachtelijke manier, en kenden daarmee veel succes. Daarom hebben we contact gezocht met Denolf Smederij.”
Wat in eerste instantie een nauwe samenwerking moest worden tussen Polet Quality Products en Denolf, mondde uit in een acquisitie. Denolf is een kleinschalig bedrijf met veel stielkennis waaraan Polet de industriële knowhow toevoegt. “Het klikte meteen en we zagen allebei een win-winsituatie”, zegt De Neve. “Als je een bedrijf overneemt, moet je voldoende empathie aan de dag leggen om één cultuur te creëren, anders zit je met twee kampen. Eind 2013 verhuisden de installaties van Denolf van Wichelen naar Borsbeke. Stefaan en Chris Denolf produceren nu voor ons een reeks gereedschappen uit hoogwaardig staal, Polet Traditional. Dat is voor mij de Rolls-Royce onder het tuingereedschap. Elk stuk is handgesmeed, waardoor geen enkele spade, schoffel of hak identiek is. We kunnen ze zelfs personaliseren, met een extra scherpe rand of een afwijkende vorm. We verdelen ze via speciaalzaken en mikken vooral op de tuin- en bouwaannemers, kabelleggers en boomkwekers.”
Stap naar industrie
Anno 2014 heeft het bedrijf een uitgebreid assortiment gereedschap voor zowel de tuin- als de bouwsector: van spades en schoffels over sproeipistolen en kraanstukken tot gespecialiseerde tools voor de vakman, en zelfs een reeks tuingereedschap voor kinderen. Maar in de nabije toekomst wil het zich ook meer profileren als toeleverancier voor de industrie.
Paul: “We bouwen die poot nu uit, via marktonderzoek, om behoeftes te detecteren bij klanten. Denolf leverde trouwens ook aan de industrie. Er zijn industriëlen die niet weten dat wij de machines en knowhow hebben. Zodra het gaat om staal of ijzer, kunnen we veel. Dankzij onze ovens, die opwarmen tot 800 graden, kunnen we alles vervormen en smeden. Zoals lepels om stalen te nemen in hoogovens, maar evengoed treinsleutels om het sein op groen of rood te zetten. Zelfs Natuurpunt kwam bij ons langs voor stalen borden.”
De Neve hamert op de familiale cultuur. “De oorspronkelijke familie heeft het roer niet meer in handen, maar Polet is nog even familiaal. Er is geen verloop sinds 2010. Regelmatig krijg ik spontane sollicitaties. Als zich interessante profielen aandienen, durf ik ze aan te werven zonder dat ze gebudgetteerd zijn. Ik zweer bij empathie en transparantie. Mijn managementteam is op de hoogte van mijn gesprekken met de raad van bestuur. Dit bedrijf is als een Zwitsers horloge: iedereen is sterk op elkaar ingespeeld. Ik ben een man van minimale regels en procedures. Ik treed enkel op als ik een zwakke schakel zie. Wanneer het goed gaat, applaudisseer ik. Je moet de mensen de kans geven hun sterke punten te ontwikkelen. Geef je personeel ruimte. Maar als een schaap te ver van de kudde wegloopt, roep ik het snel terug.”
Tegen de wind in
Polet blijft produceren in eigen land, maar vanzelfsprekend is dat niet met de hoge loonkosten en concurrentie. De Neve: “Je hebt bedrijven die de kwaliteit naar beneden trekken om almaar goedkoper te kunnen verkopen. Er is een ondergrens, en die verkoopt ook. Maar dat is net de kracht van Polet: wij doen daar niet aan mee. We laten ons niet verleiden in te boeten op kwaliteit, al moet je voor je verschillende soorten klanten wel gradaties in kwaliteit hebben. De concurrentie is moordend, we merken dat ook aan onze leveranciers. De minimumhoeveelheden van bepaalde staalsoorten die we afnemen verhogen, omdat collega’s er noodgedwongen mee stoppen. Maar we blijven hier produceren, desnoods met de kop tegen de wind in.”
Hier produceren is voor Polet de enige garantie om flexibel in te spelen op de klanten. “Maar we hopen wel dat de volgende regering een bedrijfsvriendelijker klimaat creëert”, zegt De Neve. “Meer subsidies voor O&O, bijvoorbeeld. Elke dag denken we na over welke nieuwe, creatieve producten. Een business developer en externe partner (het ontwerpbureau Pars Pro Toto, nvdr) helpen ons daarbij. We besteden almaar meer aandacht aan ergonomie. Onze producten zijn oerdegelijk, maar ze moeten ook de rug van de gebruikers sparen via langere stelen of lichter, handgesmeed staal. Ik geloof in functioneel design. We gaan regelmatig met teams naar onze leveranciers: wat is de ideale staalsoort, welke nieuwe staalsoorten zijn er in aantocht…?”
Geen grote risico’s
Polet voert z’n spades ook almaar vaker uit naar de buurlanden: Frankrijk, Nederland en Duitsland. Maar het komt niet in de verleiding ook naar verre markten te exporteren. Hun producten zijn transport- en logistiekgevoelig en het bedrijf wil stap voor stap groeien, zonder grote risico’s te nemen. De Neve: “In het buitenland mikken we op het topsegment in de distributie. We breken momenteel door in Nederland met het merk Polet en leveren exclusief aan de BoerenBond (de Hollandse versie van Aveve, nvdr). We denken er ook aan naar de Britse markt te trekken. Britten hebben groene vingers.”
Paul De Neve is een man van vele markten en vele bedrijven. Naast Vandemoortele verdiende hij zijn strepen bij onder meer Louis De Poortere, Galenco, Palm Breweries, Chiquita Europa en Nutricia. Vandaag is hij ook CEO van Scala Plastics. “Ik zal een bedrijf nooit als een rokende puinhoop achterlaten. Ik hou ervan het beste uit mensen te halen.”
SAM DE KEGEL, FOTOGRAFIE WIM KEMPENAERS
“Dit bedrijf is als een Zwitsers horloge: iedereen is heel sterk op elkaar ingespeeld”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier