‘Een oude dame heeft meer gezag dan een puber’

De Biennale des Antiquaires in Parijs opent vandaag voor de 25ste keer haar deuren. “Een oude dame, maar wel de meest prestigieuze kunst- en antiekbeurs ter wereld”, vindt Georges De Jonckheere, wereldvermaarde dealer in oude meesters. Trends sprak met de belangrijkste Belg in de Franse antiekwereld over zijn revolutionaire ideeën voor de beurs.

F irst come, first serve. Het is een devies dat weinig topantiquairs hanteren. En zeker niet op beurzen genre Tefaf of Biennale des Antiquaires. Kijk maar eens goed rond: nog vóór de opening plakt menig ‘bolletje’ op de topstukken die al op voorhand verkocht of toegewezen zijn. Galerie De Jonckheere, de wereldberoemde Belgische dealer in oude kunst met een filiaal in hartje Parijs en op de Zavel, doet daar niet aan mee. “Ik toon alles in wereldpremière op de beurs”, zegt Georges De Jonckheere trots. “Niemand krijgt het aanbod op voorhand te zien. Zo is het verrassingseffect voor iedereen even groot.” Wat mogen de verzamelaars en museumdirecteurs zoal verwachten als ze op de Biennale des Antiquairs in Parijs naar zijn stand snellen? “49 doeken, die nooit eerder getoond zijn. Waaronder een paar magnifieke Breughels.”

TRENDS. In zijn huidige gedaante is de Biennale aan haar 25ste editie toe. Als standhouder bent u er al bij sinds 1978. Wat is volgens u de belangrijkste evolutie van de beurs?

GEORGES DE JONCKHEERE. “De smaak van het publiek is veranderd. Nu vallen mensen veel meer op museumkwaliteit, zeldzaamheid en curiositeit. Het publiek heeft meer smaak en meer kennis dan vroeger. Ik heb als galerist mijn aanbod aangepast: we doen meer onderzoek en zoeken naar topstukken die geen bandwerk waren in het oeuvre van de kunstenaar. Toen ik aan het einde van de jaren zeventig begon, was het simpel: er was een kunst- en antiekbeurs in Firenze en in Brussel en er was de biënnale van Parijs. Van Maastricht was nog geen sprake. Laat staan van de beurzen in Moskou of Sjanghai. De biënnale van Parijs is altijd de meest prestigieuze kunst- en antiekbeurs ter wereld gebleven. Ze diende als inspiratie voor vele andere.”

Met dat verschil dat Parijs om de twee jaar plaatsvindt, terwijl Tefaf in Maastricht of Brafa in Brussel geen biënnales zijn.

DE JONCKHEERE. “Met zo’n concentratie aan verzamelaars en antiquairs in Parijs, vind ik het ongepast dat de beurs maar tweejaarlijks is. Samen met een aantal collega’s pleit ik al lang voor een jaarlijks evenement. De beurs moet een vaste jaarlijkse afspraak met de wereldtop zijn. Net zoals Sotheby’s of Christie’s tweemaal per jaar een grote themaveiling houden. De onderhandelingen om het event elk jaar te organiseren zijn volop bezig. Al duurt het lang om het Syndicat National des Antiquairs, Grand Palais en de president van de beurs Hervé Aaron op één lijn te krijgen. Ik wil ook graag de beurs uitbreiden van 85 standhouders naar een 120-tal galeristen. Momenteel is voor de brandveiligheid de exporuimte relatief beperkt in Grand Palais.”

Stoot u als ‘kleine Belg’ niet op weerstand, nu u een heilig instituut als de Biennale wil hervormen?

DE JONCKHEERE. “Ik opende mijn galerie in Parijs in 1983. Ik ben lang genoeg in Parijs om volledig deel uit te maken van de scene. En ik pleit misschien wel vurig voor een jaarlijkse beurs, maar ik ben zeker niet de enige.”

U noemt de beurs ‘de meest prestigieuze ter wereld’ omdat het standgeld hoger is dan dat van Tefaf?

DE JONCKHEERE. “Nee, niet daarom. Het is fout om die twee beurzen tegen elkaar uit te spelen, want dezelfde dealers staan op beide evenementen. Het niveau van kwaliteit en prestige is precies hetzelfde, de selectie en ‘vetting’ zijn even streng. Het echte prestige zit ‘m in de locatie, Grand Palais, en in de ouderdom van de beurs. De Biennale is als een oude dame: die heeft meer natuurlijk gezag dan een jongere in zijn puberteit, zoals Tefaf.”

U maakte vorig jaar uw rentree op Brafa, de kunst- en antiekbeurs in Brussel. Is dat geen stap terug, in vergelijking met Maastricht of Parijs?

DE JONCKHEERE. “Het was lang geleden dat we nog eens exposeerden in Brussel. En ik moet zeggen: ik was aangenaam verrast over het niveau van de exposanten en bezoekers. Er hangt een echte koopsfeer, die niet kunstmatig of oppervlakkig is. Zowel handelaars als verzamelaars kunnen er zaken en vondsten doen. Ik ben zeer positief over Brafa, maar het niveau van Parijs halen ze in Brussel wellicht nooit. Dat hoeft ook niet. ”

Biennale des Antiquaires, van 15 tot 22 september in Grand Palais, Parijs. www.bdafrance.eu

Galerie De Jonckheere, Grote Zavel 40 in Brussel en Rue Faubourg Saint-Honoré 100 in Parijs.

Thijs Demeulemeester

“Samen met een aantal collega’s pleit ik al lang voor een jaarlijks evenement in Parijs”