Een machine in beweging
Een langetermijnvisie op architectuur. De flexibiliteit en de kwaliteit van gebouwen gebruiken. Met deze renovatie van het Meurop-gebouw toont Coussée & Goris ons de weg naar teruggevonden pareltjes.
“Een architect slaagt in zijn opdracht wanneer het gebouw dat hij ontwerpt, samensmelt met de wensen van zijn gebruikers. Alleen dan krijgt het gebouw een werkelijke toegevoegde waarde.” De toon is gezet. In een paar woorden geeft Klaas Goris gestalte aan de filosofie die het Gentse architectenbureau tijdens de hele renovatie van het vroegere Meurop-gebouw in Brussel voor het departement architectuur van de hogeschool Sint-Lucas heeft gehanteerd. “Een dergelijk gebouw in het stadscentrum moet worden bewaard en gerecupereerd, op voorwaarde dat de essentie van zijn architecturale kwaliteiten bewaard blijft. Wij wilden een project dat voor iedereen begrijpbaar en leesbaar was, een leefbare machine, een symbool voor de open geest van een architectuurschool met hoge artistieke kwaliteiten.”
Een geslaagd initiatief. De ingrepen van Coussée & Goris zijn als een filigraanwerk: kleine, bijna onmerkbare ingrepen die toch een duidelijke stempel nalaten.
Modernistische aanpak
Het door Stynen & Bresseleers ontworpen gebouw voor Meurop blijft een van de mooiste pareltjes van het modernisme. Het werd tot in 1970 door de Belgische onderneming gebruikt als toonzaal voor avant-gardistisch meubilair. Het gebouw wordt gekenmerkt door een sobere industriële, functionele stijl en is bijzonder correct gebouwd. Het gebouw is eigendom van het departement architectuur van de hogeschool Sint-Lucas, dat zich er in 1995 gevestigd heeft. Coussée & Goris behouden de originele structuur van het gebouw. In de grote ruimten, die door een paar betonnen zuilen worden ondersteund, konden de architecten hun verbeelding de vrije loop laten. Het hoofdkenmerk van het gebouw, zijn transparantie, werd bewaard en zelfs nog versterkt.
Op de begane grond opteerden Coussée & Goris voor een link met de stad. De gevel met zijn ramen creëert een interactie binnen-buiten. Een effect dat nog wordt versterkt door de bestemming die de ruimten kregen: een voor het publiek toegankelijke tentoonstellingsgalerij, bar en cafetaria en het onthaal. Hier bevindt zich ook de ingang van het auditorium met 150 plaatsen.
De vijf verdiepingen van het gebouw zijn praktisch identiek ingedeeld. De atelierruimten zijn opgedeeld met grote glazen wanden die afwisselen met tussenliggende bufferzones. Deze tussenruimten zijn uitgerust met computers en kunnen ook dienst doen als vergaderzaal. “Ze liggen in de buurt van de trappen en hebben een akoestische taak,” preciseert Klaas Goris. “Ze dempen al het lawaai uit de ateliers en vangen zo het zwakke punt van de glazen structuur op. Die structuur werd bewust gekozen omwille van de transparantie en de interactie tussen de studenten. De samenwerking wordt gestimuleerd, terwijl het industriële idee van het gebouw op basis van grote open ruimten behouden blijft.”
De klaslokalen bevinden zich aan de Paleizenstraat. De bibliotheek ligt op de vierde verdieping, de vijfde verdieping biedt ruimte voor een landschapsbureau en een vergaderruimte met een mooi uitzicht op de stad.
Coussée & Goris kozen voor eenvoudige en functionele materialen (gegalvaniseerd staal, glas en beton), die het karakter van het gebouw bestendigen. Een project dat werd afgerond met een volledige vernieuwing van de technische installaties voor een totale kostprijs van 1,5 miljoen euro. Zonder enige twijfel een mooie prestatie.
Véronique Pirson [{ssquf}]
De ingrepen van Coussée & Goris zijn als een filigraanwerk: kleine, bijna onmerkbare ingrepen die toch een duidelijke stempel nalaten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier