Een konijn met een neus voor zaken

Het productiehuis Luna Kabuza uit Oostende mag dan drie man sterk zijn en op zolderkamers werken, de peuterserie Hopla is intussen verkocht aan zenders in Canada en Nieuw-Zeeland. Geen evidentie in een markt die door Walt Disney en Universal wordt verziekt.

Knusser kan bijna niet. Hopla, het driedimensionale konijn met de kolenzwarte ogen, wordt gemaakt door twee vaders van vier kinderen die in dezelfde Oostendse tuinwijk wonen. Alle activiteit concentreert zich in de woonkamer van tekenaar Bert Smets en op de zolderkamer van componist-scenarist Piet Soete. Smets werkte als illustrator voor de kinderbladen Doremi en Zonnekind van Uitgeverij Averbode en gaf les in 3D-tekentechnieken toen hij in 1998 zijn buurman Piet Soete leerde kennen. Soete stond twintig jaar voor de klas in het lager onderwijs, werkte een tijdje achter de schermen bij de VRT en schreef in zijn vrije tijd kindermusicals. De twee vonden het tv-aanbod voor peuters maar povertjes en vatten daarom het idee op om een driedimensionale tekenfilmserie te maken voor de allerkleinsten.

Het idee kreeg een nieuwe wending toen ze in mei 1999 Johan Verstreken tegen het lijf liepen. De gewezen TV1-presentator stelde voor om de productie en de promotie te doen. “Johan heeft ons weer met de voeten op de grond gebracht,” zegt Bert Smets. “Om ons oorspronkelijke plan uit te voeren, hadden we zeven mensen in dienst moeten nemen.” Na ettelijke brainstormsessies kwam Hopla tevoorschijn. Het konijn bleek wel een gok waard. “Onze kinderen zagen Hopla meteen zitten,” zegt Smets.

In augustus 1999 toog het drietal aan het werk om een proefcassette samen te stellen waarmee ze naar de MIP-televisiebeurs van Cannes zouden trekken. De oogjes van Johan Verstreken mogen dan al met die van Bambi zijn vergeleken, naïef is hij niet. “Voor we al onze spaarcenten in het project zouden pompen, wilden we de markt aftasten. En Cannes was daarvoor de uitgelezen gelegenheid. Wij hebben zowat alle stands afgedweild en we hebben veel bemoedigende reacties gekregen. Op de beurs kwamen we ook mensen tegen van VTM, VRT en VT4. Zij keken raar op, want we hadden in België met geen woord over Hopla gerept.”

Verstreken gaat er prat op dat hij zijn VRT-contacten niet heeft aangesproken om Hopla te verkopen. “Een paar maanden na de beurs heb ik telefoon gekregen van Christina von Wackerbarth ( nvdr – hoofd VRT-televisie). Ze had ergens opgevangen dat wij bezig waren met een tekenfilmserie. Toen ik het project kwam toelichten, waren ze meteen enthousiast. In januari 2000 heeft de VRT de eerste reeks van 52 afleveringen besteld.”

Ouderlijk huis in pand

Meteen was voor Verstreken het bewijs geleverd dat Hopla een toekomst had. Op 13 januari 2000 werd de BVBA Luna Kabuza Productions opgericht. In september 2000 ging Hopla voor het eerst op antenne. De openbare omroep bestelde na de eerste reeks nog 26 afleveringen en op dit moment wordt onderhandeld over een nieuwe bestelling.

Het drietal heeft de volledige investering (ruim 18.000 euro plus 19.000 euro maatschappelijk kapitaal) voor eigen rekening genomen. “De banken waren op zijn zachtst gezegd sceptisch”, zegt Johan Verstreken. “Eén bank vroeg voor een lening mijn huis én het huis van mijn ouders in pand. Toen werd het een beetje angstaanjagend. We hebben ook privé-investeerders aangesproken, maar die wilden dan weer een meerderheid van de aandelen. Wij hielden liever zelf de touwtjes in handen en daarom hebben we ons spaargeld bijeengeschraapt.”

Een groot deel van de investering ging naar de batterij Macintosh-computers die opgesteld staat in de woonkamer van Bert Smets, en naar de geluidsstudio die op de zolderkamer van Piet Soete werd gebouwd. Producer Johan Verstreken hield in die beginfase zoveel mogelijk de vinger op de knip. “Ook nu probeer ik investeringen uit te stellen tot ze echt noodzakelijk zijn. Software voor 3D en muziek is vaak al na een paar maanden verouderd. Je moet dus uitkijken als je iets aanschaft.”

De overvolle markt van de animatiefilms laat Luna Kabuza geen andere keuze. “De tekenfilmmarkt is compleet ingestort,” zegt Johan Verstreken. “Multinationals als Walt Disney en Universal gebruiken tekenfilms als promotiemateriaal. Wie een bepaald aantal langspeelfilms koopt, krijgt er gratis een animatiereeks bij. Daar kunnen wij niet tegenop.” Alleen door de productiekosten tot het absolute minimum te beperken, kan Luna Kabuza enigszins concurreren met de groten. “Wij werken met drie elk zestig tot soms zeventig uren per week. We doen alles zelf, behalve de boekhouding en een stukje lobbying dat we hebben uitbesteed aan iemand met veel contacten in de wereld van 3D-animatie.”

Sloom konijn

Ondanks de kritiek van sommige commerciële zenders dat Hopla te traag zou zijn in vergelijking met het flitsende Pokémon, vond Luna Kabuza vrijwel onmiddellijk afzet voor zijn 3D-konijn. In 2000 tekende de nationale omroep van Slovenië. In 2001 volgden TéléQuebec uit Canada en twee commerciële zenders uit Israël en Nieuw-Zeeland. Uiteraard weerspiegelt dat ogenschijnlijke succes zich voorlopig niet in de cijfers. In het opstartjaar werd een negatief bedrijfsresultaat opgetekend van zo’n 2454 euro en ook 2001 werd lichtjes negatief afgesloten. Reden tot bezorgdheid is dat echter allerminst. Luna Kabuza genereerde in 2000 een cashflow van 3470 euro en beschikte in dat jaar over een eigen vermogen van 3644 euro. Johan Verstreken: “We liggen voor op ons schema. Een break-even is in zicht.” Piet Soete treedt hem bij. “We kunnen al weer zout op de aardappelen doen. Maar denk niet dat we hier rijk van worden. Ik verdien op dit moment een stuk minder dan toen ik in het onderwijs stond.”

Het financiële evenwicht komt er misschien dankzij de verkoop van Hopla-boekjes en -video’s. Van de eerste reeks zijn tot nog toe 68.000 exemplaren verkocht en dat is ook naar kinderboekennormen een bestseller. “De tweede reeks zou het nog beter doen,” zegt Bert Smets. In oktober van dit jaar verschijnt de derde reeks. Tegelijk werken Smets en Soete aan een hard board Hopla-boekje. “Onze opstartkosten proberen we te dekken met de verkoop van de boekjes en de video’s,” zegt Johan Verstreken.

Als Luna Kabuza wil groeien, moet het in de eerste plaats meer afnemers vinden voor de bestaande Hopla-reeks van 78 afleveringen. Die verovering van nieuwe afzetgebieden verloopt echter met de nodige behoedzaamheid. “Er hangt elke week een Koreaan aan de lijn die dolenthousiast is over Hopla. Voorlopig houden we de boot af in Azië, omdat ze er daar niet voor terugschrikken de proefcassettes die je opstuurt gewoon uit te zenden en verder te verkopen. We doen geen zaken in Azië vóór we daar iemand hebben die onze belangen verdedigt.”

Prix Jeunesse

Hopla werd genomineerd voor de prestigieuze Prix Jeunesse, die eerder deze maand in München werd uitgereikt, maar greep naast de prijzen. Toch bereidt Luna Kabuza zich voor op een verhoogde vraag uit het buitenland. Verstreken: “Een goeie advocaat is het geheim van geslaagde zaken met het buitenland. Wij tekenen alleen óns contract. Het zou niet de eerste keer zijn dat het begrip ‘exclusiviteit’ plots op een heel andere manier kan worden geïnterpreteerd.”

Wouter De Broeck [{ssquf}]

“De tekenfilmmarkt is compleet ingestort. Multinationals als Walt Disney en Universal gebruiken tekenfilms als promotiemateriaal.”