Een knap staaltje

Voestalpine Sadef uit het West-Vlaamse Gits investeert jaarlijks 7 miljoen euro in de ontwikkeling van koudgewalste stalen profielen. Het bedrijf laat mooie cijfers optekenen, wat resulteert in een aanzienlijke maatschappelijke bijdrage.

De koudgewalste stalen profielen van voestalpine Sadef, opgericht in 1947, zijn licht en montagevriendelijk. Daardoor vinden ze hun weg niet alleen naar de bouwsector, maar worden ze ook gebruikt in bijvoorbeeld kranen, industriële voertuigen en zonnepaneelconstructies. Het bedrijf is een dochter van voestalpine AG, een internationale groep die actief is in vijftig landen en meer dan 48.000 werknemers telt — van wie vijfhonderd onderzoekers. Onderzoek & Ontwikkeling staat centraal in de groep: jaarlijks wordt meer dan 140 miljoen euro geïnvesteerd in innovaties. Voestalpine Sadef herinvesteert 2,5 procent van zijn omzet in O&O. Dat vertaalt zich elk jaar in meer dan honderd nieuwe producten.

“Continu investeren in nieuwe technologieën en procesverbeteringen is essentieel om de juiste oplossingen te kunnen blijven bieden aan onze klanten”, zegt managing director Peter Verbrugge. “Het koud vervormen van staal is een innovatieve uitdaging. Gelukkig krijgen we van voestalpine de nodige middelen en het volle vertrouwen om ons bedrijf verder te ontwikkelen volgens onze eigen inzichten. Maar een aandeelhouder verwacht dan wel dat we financieel gezond en dus winstgevend zijn.” En dat is ook zo: in het boekjaar 2013-2014 bedroeg de bedrijfswinst (ebit) van voestalpine Sadef ruim 26 miljoen euro bij een omzet van bijna 200 miljoen euro.

Steentje bijdragen

Ondernemingen die mooie omzet- en winstcijfers laten optekenen, worden weliswaar geconfronteerd met forse belastingen en sociale bijdragen. “Elk bedrijf moet zijn steentje bijdragen in de maatschappij”, meent Verbrugge. “We profiteren mee van de infrastructuur rond ons en kunnen terugvallen op gezonde en geschoolde werkkrachten. Uiteraard verwacht je als ondernemer dan wel dat je bijdrages op een correcte en efficiënte manier worden benut. Daar wringt het schoentje soms. Mocht de overheid de geïnde middelen met dezelfde efficiëntie en geestdrift inzetten als die van de gemiddelde ondernemer, dan zou er veel meer mogelijk zijn.”

“Als onderdeel van een internationale groep krijgen we dagelijks de kans onszelf te meten en te vergelijken met zusterbedrijven in alle mogelijke landen en continenten ter wereld. De hoge loonlasten en de talrijke belastingen spelen de Belgische ondernemer sowieso parten. Ook de sociale partijen, die menen met confrontatie en weerspannigheid meer te bereiken dan met overleg en vooruitziendheid, zorgen ervoor dat we het in een internationale context almaar moeilijker krijgen. Politiek voeren laten we liever over aan anderen, maar we kunnen niet ontkennen dat ondernemen in België niet vanzelfsprekend is.”

Lokale geldschieter

Ook de gemeenten zien volgens Peter Verbrugge in lokale ondernemingen vaak een geldschieter. “Door de verhoging van de opcentiemen bij de belasting van onroerend goed en de heffing op vermogen, is een bedrijf als voestalpine Sadef genoodzaakt om bepaalde investeringen te verschuiven naar het buitenland”, zegt Verbrugge. “In heel wat andere Europese landen zien we een veel slimmere aanpak. Enkel indien de federale en lokale overheden een langetermijnvisie voor de industrie ontwikkelen, zullen bedrijven duurzaam verder blijven investeren in België.”

Roel Van Espen

Onderzoek & ontwikkeling staat centraal: voestalpine Sadef komt elk jaar met minstens honderd nieuwe producten.