EEN AUDI OP DE MAAN
Het Duitse wetenschapscollectief de Part Time Scientists bouwt sinds 2008 aan een maanmobiel. Sinds vorig jaar werkt het daarvoor samen met Audi. Eind 2017 moet de Audi Lunar Quattro op de maan rijden.
Wat een spannend idee: tegen eind 2017 wil Audi een auto op de maan zetten. Dat plan past in een wedstrijd die Google heeft uitgeschreven, de Lunar XPrize. Wie als eerste op de maan een voertuig aan de praat krijgt, krijgt 20 miljoen dollar. Wie als tweede over de streep komt, 5 miljoen. Audi heeft die handschoen opgenomen. Niet dat er een herkenbare, vierdeurse Audi over het maanoppervlak zal stuiven: het wordt een karretje, aangedreven door zonne-energie. De chauffeur zit gewoon op aarde, met een afstandsbediening.
Audi laat zijn eigen ingenieurs de maanmobiel niet ontwerpen. Het zorgt wel voor testfaciliteiten, en stelt kennis en een grote zak sponsorgeld ter beschikking. Het voertuig bouwen en het op de maan krijgen, laat het concern over aan een Duits wetenschapscollectief, de Part Time Scientists. Die houden kantoor op een bedrijventerrein in Mahlsdorf, net buiten Berlijn. Medewerker Sven Przywarra toont een testmodel van de Audi Lunar Quattro. Het voertuig meet pakweg 1 meter op 70 centimeter, rolt op vier bolle wieltjes en heeft een ‘kop’ met drie ogen. Die kop is de camera, die beelden van de expeditie naar de aarde zal sturen, zoals het wedstrijdreglement voorschrijft. Een ander verplicht onderdeel is een rit van 500 meter. Dat is niet ver.
Sven Przywarra: “Nou, zelfs één meter rijden op de maan is al een opgave. Het maanzand, of regoliet, is extreem fijn. Meteen na de landing kan het voertuig zichzelf al ingraven, of zich vastrijden in een hoop stenen.” Daarom kunnen de wielassen onafhankelijk van elkaar roteren, in alle richtingen, als mensenarmen in hun kommen.
Hitte en vrieskou
Heel wat onderdelen van de Lunar Quattro zijn met 3D-printers gemaakt, wat een enorme besparing op schroeven en bijgevolg op gewicht opleverde. Op de testbanken van Audi werd de maanmobiel onderworpen aan heftige temperatuurcontrasten, want op de maan heerst tegelijk gloeiende hitte en vrieskou, vanwege het verschil tussen de zonbeschenen delen en die in de schaduw. Als de avond valt, zakt de temperatuur van +120 naar -150 graden. Robert Böhme, de chef van de Part Time Scientists: “Het is goed mogelijk dat de maanwagen de maannacht niet overleeft. Maar gelukkig duurt één dag er ongeveer 14 aardse dagen. Dat moet volstaan om zijn traject af te werken.”
Op een vulkanisch Canarisch eiland doorstond de Lunar Quattro met vlag en wimpel een ruige vuurproef die – de zwaartekracht en de afstand daargelaten – vergelijkbaar was met een maanrit. De afstand is niet te onderschatten: een signaal van de remote control op aarde is 5 seconden onderweg. Vooraleer het commando ‘hard remmen’ arriveert, ligt het wagentje al ondersteboven op de bodem van een maankrater, zou je denken. Sven Przywarra: “Toch is 5 seconden vertraging werkbaar. Op Mars zouden dat enkele minuten zijn, dat is iets heel anders. Dankzij het brede zicht van de camera komen obstakels ruimschoots op tijd in beeld. Ook is het gebied waar we zullen opereren in kaart gebracht.” Bovendien, legt Sven Przywarra uit, rijdt deze Audi aan een veilige topsnelheid van 3,5 kilometer per uur.
Vorsprung durch Technik
De Part Time Scientists sleutelen al sinds 2008 aan de maanwagen. De samenwerking met Audi dateert van vorig jaar. Hoe hebben beide elkaar gevonden? “Audi is op ons toegestapt”, zegt Sven Przywarra. Tijdens een lezing van Robert Böhme in Hamburg zat een bestuurslid van Audi in de zaal. Er kwamen gesprekken uit voort en zo ging de bal aan het rollen.
Voor een bedrijf dat ‘Vorsprung durch Technik‘ in zijn wapenschild voert, is een maanmissie natuurlijk gefundenes Fressen. Stefan Knirsch, die verantwoordelijk is voor de technologische ontwikkelingen bij Audi, liet in de Duitse krant Die Welt verstaan dat de hoge eisen waaraan een maanwagen moet voldoen, hun nut zullen bewijzen hier op aarde: een koetswerk met een minimaal gewicht en een maximale stijfheid, 4×4-aandrijving in het kwadraat en rijden op zonnekracht – het is vast geen toeval dat de toekomstige Audi Q6 zonnecellen in het dak heeft.
Toch is Sven Przywarra er zeker van dat het Audi vooral om het publicitaire effect te doen is. “Als het lukt met de Lunar Quattro op de maan te rijden, zal dat in het lang en het breed in de media komen. Telkens als de naam wordt genoemd en de vier ringen van Audi mee in beeld komen, is dat een enorme reclame voor het merk.”
De designers van Audi hebben de maanmobiel onder handen genomen en een visuele lijn meegegeven die “de identiteit van Audi weerspiegelt”. Sven Przywarra: “We hebben ons best moeten doen om alle technologie in die vorm te laten passen. Maar hij ziet er wel elegant uit zo. Ons prototype was heel wat bonkiger.”
Daar komt bij dat Audi de jongste tijd zich wel vaker profileert op ruimtevaart. Een Amerikaanse reclamespot voor de Audi R8 van begin dit jaar vergelijkt een rit in de R8 V10 met de lancering van een raket, onder het motto: “Choosing the moon brings out the best of us“.
Stuitersprong van 500 meter
Hoe staat het met de rest van de mededingers? Drieëndertig ploegen schreven zich in. Daar blijven er zestien van over en de Part Time Scientists behoren tot de top, daar zijn waarnemers het over eens. De andere toppers zijn Astrobotics en Moon Express uit de Verenigde Staten, Team Indus van India, het Japanse Hakuto en Space-IL van Israël. Met andere woorden: de Part Time Scientists verdedigen de Europese kleuren. Al prijken op de officiële deelnemerslijst nog een ploeg uit Italië en een uit Hongarije. “Ik wil niet gemeen klinken”, zegt chef Robert Böhme, “maar dat zijn geen ernstige concurrenten. Je kunt zelf je oordeel vormen als je op YouTube naar de documentaire Moonshot kijkt, waarin ieders aanpak in korte episodes wordt toegelicht.” Sven Przywarra is gecharmeerd door het concept van de Israëli’s. Zij bedachten een apparaat dat, zodra het landt, prompt een stuitersprong van 500 meter maakt. Rijden doet het niet, maar het voldoet aan de vereiste om 500 meter af te leggen over het maanoppervlak.
De ambitie van de Part Time Scientists reikt verder dan het luttele overbruggen van een halve kilometer afstand. Robert Böhme: “We willen naar de plek rijden waar de Apollo 17-missie de maanjeep achterliet. Die staat daar al ruim 43 jaar geparkeerd. De nylon, het plastic, het titanium, het leder en het rubber van dat voertuig zijn jarenlang onderhevig geweest aan de extreme contrasten van dag en nacht, en aan ongefilterde kosmische straling. Via spectraalanalyse willen we nagaan wat dat met die materialen heeft gedaan.”
Nieuwe markten
De organisatoren zetten de wedstrijd neer als een ongelofelijk jongensavontuur. Maar de Google Xprize vertelt ook een ideologisch verhaal. Over het frisse privé-initiatief, dat vindingrijk en wendbaar uit de hoek komt vergeleken met de logge, in hun routine vastgeroeste agentschappen van de staatsruimtevaart. Het minste wat je kunt zeggen, is dat Google consequent is in zijn vrijemarktvisie. De deelnemers mogen niet afhangen van overheidssubsidies en moeten zorgen dat ze op eigen houtje hun voertuig op de maan krijgen. Of zoals Robert Böhme het zegt: “Wat wij willen bewijzen, is dat ruimtevaart goedkoper, toegankelijker en op een andere manier mogelijk is dan wat je kent van NASA en ESA.”
De 35 Part Time Scientists zijn zelf typevoorbeelden van de ondernemende drive waar Google zo dol op is. Ze leerden elkaar kennen via het mond-tot-mondcircuit en verenigingen als de Chaos Computer Club, een Duits collectief van hackers. Enthousiasme voor ruimtevaart is wat hen bindt. In het begin waren de Part Time Scientists ook werkelijk parttimers. Iedereen had een gewone baan, naast het werk dat ze deden voor de maanwagen. Intussen zijn er enkele voltijdse contracten en op het hoofdkwartier in Berlijn zijn twaalf mensen aan de slag, terwijl anderen, al naargelang van de behoefte, meewerken vanuit andere steden en zelfs andere continenten.
Met zijn wedstrijd wil Google ook de fundamenten leggen voor nieuwe markten. Zoals toerisme op de maan. Of mijnbouw. In de Verenigde Staten broedt al iemand op het idee om de as van overledenen te laten bezorgen in de zee der Stilte, een weidse maankrater. Wat is voor de Part Time Scientists een mogelijk verdienmodel op lange termijn? Ze doen toch niet uitsluitend mee voor het plezier? Sven Przywarra: “Wij zien het meeste heil in wetenschappelijke toepassingen. Maantoerisme betekent pret voor enkele superrijken, wetenschap heeft meer nut en komt meer mensen ten goede. Farmaceutische bedrijven zouden op de maan geneesmiddelen kunnen testen of samenstellen, want kristalgroei verloopt er anders dan op aarde. Wij zouden een dienstverlenend bedrijf kunnen worden in die sector.”
Break-even
Tot op de maan dan maar, eind volgend jaar? Al valt er nog een hindernis te nemen. Wie zijn vracht naar de maan wil schieten, moet een beroep doen op privétransporteurs, zoals SpaceX, dat onder meer het ISS-ruimtestation bevoorraadt. Als je de tarieven van zulke firma’s ziet, stelt een hoofdprijs van 20 miljoen dollar plots niets meer voor. Dat vindt Lieven Roesems, ruimtevaartwatcher en de voorzitter voor België van BIS (British Interplanetary Society). “Voor een vlucht met de Falcon 9 van SpaceX mag je beginnen te rekenen vanaf 40 miljoen dollar.”
Hij betwijfelt dat de maanwagen, zelfs met sponsoring van Audi, ooit de aardkorst zal verlaten. “De kosten zijn een meervoud van het prijzengeld.” Zijn er dan geen voorbeelden van privé-initiatiefjes die kunnen meeliften met de cargo van een grote draagraket? Lieven Roesems: “O jazeker, het gaat dan om pico- of nanosatellieten, die bijvoorbeeld vanuit universiteiten worden meegestuurd. Maar die meten 10 op 10 op 10 centimeter. Andere zijn hooguit zo groot als een wasmachine.”
De Lunar Audi Quattro past nog net in een vaatwasser, maar de landingsmodule die hem zacht op de maan moet zetten, heeft de afmetingen van een kamer en weegt meer dan een halve ton. Bovendien gaan er twéé Audi’s mee. Robert Böhme: “Als er een in panne valt, kunnen we voort met de andere, zodat alles niet voor niks is geweest.”
Die lading op de maan krijgen belooft nog een karwei te worden, want de Part Time Scientists hebben nog geen lancering geboekt. Sven Przywarra: “We hebben lang op de Dnepr gerekend, een omgebouwde intercontinentale raket uit de Sovjettijd. Maar door de recente geopolitieke verwikkelingen ligt het contact met Rusland wat moeilijk. Andere opties zijn de Falcon 9 of de Indiase Antrix.” Zorgen maakt hij zich niet. “We zijn aan het onderhandelen. Het volle pond hoeven we zeker niet te betalen. Ons pakket neemt bijlange niet de volledige capaciteit van een vrachtraket in. Komt wel in orde.”
FILIP HUYSEGEMS IN BERLIJN
“Zelfs één meter rijden op de maan is al een opgave”
“Wat wij willen bewijzen, is dat ruimtevaart goedkoper, toegankelijker en op een andere manier mogelijk is dan wat je kent van NASA en ESA”
In de Verenigde Staten broedt al iemand op het idee om de as van overledenen te laten bezorgen in de Zee der Stilte.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier