Een absurde dood
Het saillante leven van Albert Camus (1913-1960) wordt detailrijk gereconstrueerd in de kolossale biografie van Olivier Todd.
Nauwelijks acht maanden oud is Albert Camus wanneer zijn vader in de oorlogsherfst van 1914 gewond raakt aan het front. Kort daarop bezwijkt hij aan zijn verwondingen. Hij laat een straatarme vrouw en twee kinderen achter in de toenmalige kolonie Algerije. Tijdens zijn tienerjaren overleeft Albert ternauwernood tbc. Ondanks de bittere armoede en de ziekte slaagt hij erin een diploma filosofie te halen. Een studiebeurs en allerhande klussen houden hem financieel op de been.
Uit deze moeizaam opgegroeide volksjongen sproot de zelfverzekerde Don Juan, verbeten polemist en Nobelprijswinnaar Literatuur (1957) voort, wiens filosofisch gestoelde romans als La Peste en L’étranger nog altijd gretig worden gelezen. Over de controversiële filosoof-romancier Camus schreef de Frans-Britse auteur-journalist Olivier Todd een monumentale biografie. Vier jaar na de oorspronkelijke Franse uitgave ligt eindelijk de vertaling Albert Camus – Een leven klaar. Een turf die het waarschijnlijk erg goed zal doen bij verstokte lezers die binnen enkele weken heel wat leestijd stelen op vakantie.
Op 4 januari 1960 kwam Camus om het leven bij een auto-ongeluk. Zijn uitgever Michel Gallimard zat aan het stuur, raakte van de weg en botste tegen een plataan. Camus was op slag dood, zijn uitgever stierf vijf dagen later. Tegen zijn vrienden zei Camus vaak dat niets zo absurd was als omkomen bij een auto-ongeluk. Een kleine twee jaar eerder had hij zich teruggetrokken op het platteland om ongestoord te kunnen schrijven. Met het geld van de Nobelprijs had hij een huis gekocht in de Vaucluse. Eindelijk draaide hij Parijs de rug toe. In de decennia voordien had hij er zich volop in de polemiek gestort.
Aanvankelijk gedijde Camus in de Communistische Partij. Toen hij echter wat kritischer om zich heen keek en dit ook uitte, werd hij prompt uit de partij gekieperd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog dook Camus onder met het verzet. Hij bracht het blad Combat uit, waarin hij na de oorlog niet langer de politiek, maar de moraal centraal wilde plaatsen. Dit was typisch Camus: hij had de godsdienst de rug toegekeerd en stelde er een humanistische bijbel voor in de plaats. Zonder moraal was het leven onmogelijk. Daarmee kwam hij frontaal in botsing met de existentialistische kliek rond Jean-Paul Sartre, die toen het mooie weer maakte bij de Parijse intelligentsia. Het conflict nam legendarische proporties aan. Todd, zelf een discipel van Sartre die zich na diens dood zwaar tegen hem keerde, onthult nu dat de aanslepende strijd lang niet alleen met ideologie en filosofie te maken had, maar ook en vooral met vrouwen. Sartre-kompaan Simone de Beauvoir zou zich zelfs zo scherp en onverzoenlijk tegen Camus hebben opgesteld uit wraak, omdat hij haar avances resoluut afgewezen had. Filosofen strijden niet alleen om Grote Ideeën.
Olivier Todd, Albert Camus – Een leven. Bezige Bij, 881 blz., 1950 fr.
luc de decker
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier