Dweilen met de kraan dicht

De management buy-out, waarvoor voor 120 miljoen frank aan bankkredieten werd aangegaan, is zo goed als verwerkt. Boma – logistieke dienstverlener bij de verdeling van schoonmaakproducten – wil de nummer één worden in de Benelux en plant nog een overname in Nederland. Boma Middle East verkent ook Libanon.

Boma is bekend als worstenproducent en sponsor van FC De Kampioenen. Maar Boma bestáát. Vanuit de roze hoofdzetel in de Antwerpse IJzerlaan werkt het bedrijf aan zijn internationale strategie, met de verdeling van schoonmaakproducten.

Boma, “borstels en matten”, werd een kwarteeuw geleden opgestart. Het bedrijf, met een groepsomzet in 1998 van 470 miljoen, is sinds 1998 het logistieke centrum voor schoonmaakchemicaliën van de Duitse gigant Henkel. Mark Bresseleers, gedelegeerd bestuurder van Boma: “Elk spitst zich toe op zijn core business. Henkel legt zich toe op de productie, wij op hun logistieke activiteiten.”

Bresseleers omschrijft Boma als “een hightech-bedrijf”. Immers: “De prijs van dweilen en zeep is lager dan de toegevoegde waarde ( nvdr – totaal 129 miljoen in 1997) die wij met de opslag, de behandeling en de verdeling creëren.” De informatica van ons Dos/Dob System (delivery on the site/branch) verwerkt via e-mail de bestellingen, de leveringen, de facturen en de klantenvragen. “Een Europese primeur van e-commerce in onze sector,” noemt gedelegeerd bestuurder Robin de Wolf het systeem. Op de hoofdzetel staan zo’n 2000 standaardproducten met een waarde van 40 miljoen, die maandelijks roteren. Over heel België levert Boma aan zo’n 1500 schoonmaakwerven.

Gedelegeerd bestuurder Stijn Wildiers: “Hoe groter en internationaler de klant wordt, hoe meer leveranciers rekening houden met de plaatselijke wetgeving op het vlak van veiligheid en gezondheid. Vandaar dat schoonmaakbedrijven de logistiek en de paperasserij liever aan ons uitbesteden. Naar schatting behelst de distributie in eigen beheer 3 tot 4% van de kosten, zodat bedrijven ook daarom dat gedeelte liever afschuiven.”

Boma komt van ver.

Walter Bresseleers startte in 1972 met een eenmansbedrijfje. Na tien jaar boekte dat een omzet van 50 miljoen en nog een decennium later werd de kaap van 200 miljoen gehaald. Sindsdien groeit het jaarlijks gemiddeld met 15%. Het gamma van borstels en matten werd uitgebreid tot machines en chemicaliën. Met een overname van het Brusselse Eberhaerd (1993) en de opening van een bijzetel in Wallonië (eerst in Eupen, 1991, later in Battice, Herve, 1994) is Boma in heel België actief. Voor 1998 wordt gerekend met een omzet van een half miljard frank.

“Na verloop van jaren zat ik ‘s nachts facturen te schrijven,” aldus Walter Bresseleers. “Vandaar dat ik broer Mark en collega Frank Wildiers, sinds 1975 medebestuurder en aandeelhouder, vroeg in 1996 naar een overnemer uit te kijken.” Loeff, Claeys, Verbeke stelde een management buy-out voor.

De gedelegeerd bestuurders Walter Bresseleers en Frank Wildiers droegen hun functie én hun aandelen over aan een jong managementteam. Vanaf 1999 controleren Mark Bresseleers en neef Luc Bresseleers, Stijn Wildiers (Franks zoon) en Robin de Wolf elk 25%. Juridisch-technisch gebeurde de mbo via de overname van de aandelen van (het oude) Boma door Boma International (ex-Eberhaerd), die in 1998 zijn gefusioneerd. Voor de mbo werd 120 miljoen frank aan kredieten afgesloten bij Generale Bank en de vroegere Kredietbank. Boma had in 1997 een eigen vermogen van 156 miljoen tegenover 396 miljoen frank schulden.

“Het wordt vechten om de bankkredieten af te betalen,” weet Mark Bresseleers. “De verhouding wordt, dankzij de omzetstijging, gezonder in de boeken van 1998. Boma wordt in de Benelux de absolute nummer één in de distributie van schoonmaakmateriaal. Een overname in Nederland – een vraag van de klanten – staat concreet op het programma.”

Walter Bresseleers zat ondertussen niet stil en investeerde met een lokale partner 7 miljoen in Boma Middle East, dat zich toelegt op Libanon. “Er valt daar heel wat op te kuisen,” zegt Kempenaar Walter Bresseleers, die er in 1999 op een omzet hoopt van 12 miljoen frank.

Mark Bresseleers is naar eigen zeggen “trots dat het bedrijf met de mbo in Vlaamse handen bleef”, maar staart zich niet blind op de controle. “In de praktijk zijn nogal wat mbo’s niet meer dan een interne voorbereiding voor de opname in een grotere groep,” weet hij. “Maar laten we geen problemen oplossen voor ze zich voordoen. Vandaag is de groei prioritair.”

HBR