Trends in het spoor van de Vlaamse offshore industrie, bestemming Verenigde Staten: ‘Onze delegatie is hier zeer welkom, het potentieel is groot’

Offshore windenergie © Getty Images
Daan Killemaes
Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

Voor de Vlaamse offshore industrie is de tijd rijp voor schaalvergroting en internationale expansie. Trends volgt deze week vanuit Baltimore een delegatie bedrijven in hun bestorming van de Amerikaanse markt.

Deze week verzamelt de wereldwijde offshore industrie aan de Amerikaanse oostkust in Baltimore, op een boogscheut van Washington. Op een driedaagse beurs, georganiseerd door het International Offshore Wind Partnering Forum, dat de belangen van de Amerikaanse offshore industrie behartigt, prijzen honderden bedrijven uit tientallen landen hun offshore expertise aan.

Het Westen lonkt voor de sector, want de Verenigde Staten hebben de ambitie uitgesproken om tegen 2030 tot 30 gigawatt (GW) aan windturbines op zee te bouwen. Bovendien hebben de VS voorlopig onvoldoende expertise en productiecapaciteit om die plannen waar te maken.

Vlaamse offshore industrie heeft stevige reputatie

De Vlaamse offshore industrie kan uiteraard niet op het appel ontbreken in Baltimore. De sector heeft de voorbije jaren een stevige reputatie opgebouwd in het buitenland. DEME en Jan De Nul, wereldleiders in maritieme bouwwerken, trekken vanzelfsprekend de kar, maar in een regie van Flanders Investment and Trade (FIT) tekenen ook zeventien andere bedrijven en organisaties present in Baltimore.

“De tijd is rijp dat we ook de kleinere bedrijven betrekken in de jacht op de contracten. DEME en Jan De Nul fungeren daarbij als locomotief. Onze bedrijven krijgen meteen mooie geloofsbrieven als deze wereldleiders naar hen verwijzen als potentiële toeleveraars. We mogen dankbaar zijn dat DEME en Jan De Nul onze offshore industrie op de wereldkaart gezet heeft”, zegt Ralph Moreau, de vertegenwoordiger van FIT in de VS.

Van de protectionistische reflexen die de VS vaak tonen in hun handelsbeleid is in Baltimore weinig sprake. Ralph Moreau: “Deze beurs, die voor de tiende keer georganiseerd wordt, is opgericht om buitenlandse expertise aan te trekken. Onze delegatie is hier zeer welkom.

“Het is voor onze exportmogelijkheden ook een godsgeschenk dat wij in België beginnen aan de bouw van een energie-eiland voor onze kust om de windenergie vlotter te connecteren met het land. Voor de Amerikanen is dat nog sciencefiction. Met dat eiland tonen we dat we enkele stappen vooruit zijn.”

‘Potentieel is groot’

De verovering van de Amerikaanse markt is de volgende logische stap in het groeiproces van de Vlaamse offshore industrie, die in het vorige decennium het vak leerde met de bouw van de windturbineparken voor de Belgische kust. Met deze leercurve in de achterzak is de sector klaar voor export en internationale schaalvergroting.

“Het potentieel is groot dankzij onze heel brede expertise en de aanhoudende internationale groei van onze afzetmarkten. De productie van windturbines is het enige wat we niet doen bij de bouw van een windmolenpark. Belgische bedrijven zijn betrokken bij elk nieuw windmolenpark in het buitenland. België staat in de offshore business voor kwaliteit en innovatie”, zegt Christophe Dhaene, voorzitter van de Belgian Offshore Cluster, een vzw die de belangen behartigt van de toeleveraars voor de windindustrie op zee. Als CEO van e-Bo Enterprises is Dhaene ook in Baltimore present als leverancier van beveiligde netwerken, onder meer voor de offshore industrie.  

De volgende dagen brengt Trends verslag uit vanuit Baltimore. Volg het in dit dossier.  

Lees ook:

Partner Content