Dromen van de top
Eind mei 1953 stuurde Jan Morris van The Times vanuit Nepal deze boodschap naar Londen: ‘Het hoogste kamp is opgegeven door weersomstandigheden.’ Het was een gecodeerd bericht om te rapporteren dat een Britse expeditie (Edmund Hillary en Tenzing Norgay) de top van de Everest had bereikt. Het nieuws bereikte London de ochtend van de troonbestijging van Elizabeth II.
Nu, 62 jaar later, zal Elizabeth II weldra de langst regerende Britse vorst zijn. Maar ook de Everest liet weer van zich horen. U herinnert zich ongetwijfeld de vreselijke beelden van de aardbeving die Nepal teisterde en die meer dan 9000 dodelijke slachtoffers maakte, onder wie 22 klimmers op de flanken van de Everest. Jan Morris heeft ondertussen de gezegende leeftijd van 88 jaar bereikt, ze heeft een reeks schitterende geschiedenisboeken geschreven en heeft er vlak na de ramp in The New Stateman voor gepleit de Everest definitief voor klimmers te sluiten en als een heilige plaats te beschouwen.
Dat is een respectabel voorstel. Maar ik ben het er niet mee eens. De top van de Everest bereiken stond sinds begin vorige eeuw symbool voor de onmogelijk geachte droom. Die droom was voorafgegaan door de Zuidpool bereiken en werd gevolgd door de hoop ooit een voet op de maan te zetten. Stuk voor stuk onmogelijk geachte dromen, die toch zijn gerealiseerd. Maar waarom zou je in hemelsnaam de Everest beklimmen? Het enige zinvolle antwoord kwam van George Leigh Mallory, de man die in 1924 al zo dicht bij het doel was geraakt: wij beklimmen de Everest omdat hij er is.
Je moet een man geen schepen leren bouwen, maar hem laten dromen van de zee. De mensheid heeft dromen nodig, hoge idealen, schitterende projecten. We hebben behoefte aan Grote Verhalen. We hoeven die niet allemaal zelf uit te voeren, dat kunnen we overlaten aan zogenoemde avonturiers. Een klein aantal mensen heeft een gen dat hen aanzet tot risico’s die we onze zonen en dochters liever niet zien nemen. Maar die kleine groep vertegenwoordigt die duizenden vaders en moeders die het bij louter dromen houden en zo voor een stabiele samenleving zorgen. De dromers, de avonturiers — die men tegenwoordig zo graag ondernemers noemt — mislukken meestal, maar als ze slagen, worden grenzen verlegd, wordt het onmogelijk geachte toch mogelijk, wordt heel grote economische meerwaarde gerealiseerd. Vaak betaalt de avonturier een hoge prijs (Mallory stierf in de buurt van de top van de Everest), af en toe is eeuwige roem zijn deel, maar bijna altijd kan de gemeenschap van nuchtere zielen meegenieten van nieuwe kennis, unieke ervaringen, nieuwe instrumenten, nieuwe rijkdommen of minstens opwindende verhalen.
En draai het ook maar om. Voor elke Hillary en Norgay staan er duizenden sherpa’s, fabrikanten van zuurstofmaskers, ontwerpers van nog betere stijgijzers De succesvolle avonturier is een heel klein topje van een zeer brede piramide. Daarom is zijn succes meer nog dan een persoonlijk succes, de triomf van een hele gemeenschap. Als een avonturier faalt, heeft de gemeenschap zelden het gevoel dat ze collectief heeft gefaald. Avonturiers leveren dus vooral een positieve bijdrage tot een gemeenschap. Zolang het een relatief kleine groep blijft.
De Everest is een heilige berg. Maar ook een droom voor duizenden. Meestal avonturiers, en de jongste jaren vooral voor mensen met veel geld. Ik zou aan die kleine groep hun droom niet willen ontnemen.
Bijna alle mensen met wie ik spreek, in leeftijd variërend van 20 tot 92, vertellen me hoe verwarrend en bedreigend ze deze tijden ervaren. Dromen zijn in enkele jaren tijd veranderd in nachtmerries. Ons beschermen tegen vluchtelingen, de Grieken helpen een economische en humanitaire ramp te vermijden, de opwarming der aarde ondergaan, ons beschermen tegen terrorisme en de sociale zekerheid veiligstellen. Het zijn belangrijke doelstellingen, maar geen dromen. Ze inspireren niet. Ze dragen vooral bij tot een algemeen gevoel van dreiging. We hebben behoefte aan grote verhalen, wilde dromen, verre horizonten. We hebben dringend een nieuwe Everest nodig. Een positieve uitdaging die nu onmogelijk lijkt, maar die over tien jaar is gerealiseerd. In afwachting zou ik dus de dromers-bergbeklimmers niet ontmoedigen.
De auteur is professor-emeritus aan de Vlerick Business School.
MARC BUELENS
Een klein aantal mensen heeft een gen dat hen aanzet tot risico’s die we onze zonen en dochters liever niet zien nemen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier