Drie jaar na de bubbel

Rare Earth Elements (REE) of zeldzame aardelementen beleefden hun glorieperiode in 2010 en 2011, toen China, dat het overgrote deel van de productie controleert, nieuwe uitvoerbeperkingen en heffingen oplegde en de prijzen in de hoogte schoten. De vreugde was van korte duur, want de voorbije drie jaar ging het alleen maar bergaf. Het uitbreken van de financiële crisis, een overaanbod in bepaalde deelsegmenten en de zoektocht naar alternatieven voor REE maakte dat de prijshausse geen lang leven beschoren was.

Het gaat om een groep van zeventien metalen die in de ertsstructuren van de bodem voorkomen. Ze worden in kleine hoeveelheden gebruikt, maar zijn onmisbaar voor bepaalde toepassingen. In 2014 is er aan de aanbodzijde nog maar weinig veranderd. China is nog altijd de dominante speler, met een aandeel van 92,1 %, tegenover 97,6 % in 2010. De overheid stuurt wel aan op een consolidatie van de sector.

Dominant China

Het Chinese ministerie van Industrie en Informatietechnologie liet weten dat het land in 2013 ongeveer 80.400 ton REE heeft geproduceerd. Daarmee werd slechts 85,7 % van het vooraf vastgelegde productiequotum van 93.800 ton opgebruikt. Nog volgens het ministerie daalde de gezamenlijke winst van de hele Chinese REE-industrie vorig jaar met 28 %, tot 7,74 miljard yuan of ongeveer 1,25 miljard USD. De prijzen van de meeste REE zijn de voorbije twaalf maanden aan het uitbodemen. Verschillende REE noteren nog altijd tot 90 % onder de recordprijs uit 2011. Dat is onder meer het geval bij cerium en lanthanumoxide, waarvan de overcapaciteit blijft aanhouden. De situatie is iets gunstiger bij terbium, europium en dysprosium.

De wereldwijde vraag naar REE wordt verwacht tussen nu en 2020 jaarlijks met 6 tot 10 % toe te nemen. China zal dominant blijven wat de productie van zogenaamde ‘heavy REE’ betreft, de varianten waar de schaarste het hoogst is. Intussen komen er buiten China steeds meer producenten van ‘light REE’ bij. De grootste, niet-Chinese REE-producenten – gemeten volgens hun beurswaarde – zijn Molycorp uit de Verenigde Staten en Lynas uit Australië. Ze worden op ruime afstand gevolgd door Alkane, Rare Element Resources, Tasman Metals, Avalon en Ucore.

Risicovolle belegging

De Wereld Handels Organisatie (WTO) in Genève oordeelde eerder dit jaar dat het Chinese systeem van uitvoerheffingen en quota voor molybdeen, tungsten en Rare Earth Elements (REE) een overtreding van de internationale handelsregels inhoudt. De Verenigde Staten, Japan, Australië en de Europese Unie hadden daarover in 2012 bij de WTO een zaak tegen China aangespannen. China zal beroep aantekenen tegen de beslissing van de WTO, maar in de praktijk zal aan het marktevenwicht weinig veranderen. Het doel van de klagers – lagere prijzen – is inmiddels al lang bereikt. China komt, los van de beslissing van de WTO, tegemoet aan de vraag naar een doorzichtigere prijsvorming met het opzetten van de eerste handelsbeurs voor REE. Vorige week startte namelijk de Baotou Rare Earths Products Exchange, waar onder meer europium, cerium en praseodymium worden verhandeld. De dagelijkse prijsschommelingen worden er beperkt tot 6 %.

Het neerwaartse prijsrisico is intussen vrij klein. Nu bij veel afnemers de voorraden weer genormaliseerd zijn, komt de vraag stilaan weer op gang. Toch blijft investeren in individuele REE-bedrijven een riskante onderneming. Beleggers kunnen wel terecht bij twee trackers die een gespreide investering mogelijk maken.

Market Vectors Rare Earth/Strategic Metals ETF

De meest liquide manier om in REE te investeren, is via de tracker Market Vectors Rare Earth/Strategic Metals ETF (REMX) van uitgever Van Eck Global. Die noteert sinds eind 2010 op de NYSE, met als tickersymbool REMX. Het gemiddelde handelsvolume in de voorbije drie maanden bedraagt ongeveer 15.000 stuks. REMX werd eind oktober 2010 gelanceerd en noteert nu 70 % onder de top van drie maanden geleden. De uitgever ziet de beleggingshorizon iets breder, want naast REE wordt ook in bedrijven geïnvesteerd die actief zijn in de zogenoemde strategische metalen. Van Eck onderscheidt 26 van zulke metalen, waaronder kobalt, molybdeen, magnesium, lithium, germanium en titanium.

De onderliggende waarde van de tracker is de Market Vectors Rare Earth/Strategic Metals-index die op dit moment is samengesteld uit 22 bedrijven. De top tien staat in voor 61 % van de kapitalisatiegewogen index. De Franse mijngroep Eramet is de grootste participatie, met 8,1 %. Daarna volgen Assore Ltd. uit Zuid-Afrika (mangaan en chroom) met 7,8 % en het Australische Iluka Resources (titanium en zirconium) met 7,5 %. China Rare Earth Holdings, Molycorp, Alkane en Lynas Corp. vertegenwoordigen de REE-sector.

Aan het einde van elk kwartaal worden de wegingen aangepast, waarbij geen enkel individueel bedrijf een participatie van meer dan 8 % in de index mag hebben. Ongeveer de helft van de bedrijven uit de index heeft een beurswaarde die hoger ligt dan 1 miljard USD. De gemiddelde koers-boekwaardeverhouding van de bedrijven uit de index bedraagt 1,1. Het jaarlijkse kostenpercentage werd vastgelegd op 0,57 %.

RBS Zeldzame aardmetalen

Het certificaat van uitgever RBS Markets is een alternatief voor wie liever iets dichter bij huis investeert. Het noteert op Euronext met als ISIN-code NL0009679620. In tegenstelling tot REMX richt het certificaat zich uitsluitend op zeldzame aardmetalen. De introductieprijs begin 2011 bedroeg 10,5 EUR, maar de jongste weken schommelt de waarde rond 1,3 EUR. De jaarlijkse beheersvergoeding bedraagt 0,95 %.

HET NEERWAARTSE PRIJSRISICO VOOR ZELDZAME AARDMETALEN IS VRIJ BEPERKT.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content