Dorpse Charme
Washington DC is een mooie stad waar de moderne architectuur niet alles overheerst. De hoofdstad van de Verenigde Staten trekt dan ook 20 miljoen toeristen per jaar, die vooral gecharmeerd worden door de aantrekkelijke kleinschaligheid van de oudere wijken.
Washington, District of Columbia, heeft grosso modo de vorm van een rechthoek, afgebakend door de Potomac-rivier en de Western, Eastern en Southern Avenues. Op het einde van de 18de eeuw stelde de staat Maryland dit grondgebied ter beschikking om er de hoofdstad van de Verenigde Staten te bouwen, die genoemd werd naar de eerste president. Virginia had in 1788 ook een stuk land aangeboden op de zuidelijke oever van de Potomac (waar de tweede president, John Quincy Adams, tijdens zijn ambtstermijn van 1797 tot 1801 in zijn blootje placht te gaan zwemmen), maar recupereerde dit grondgebied in 1846. Toch bevinden zich daar het Pentagon (Ministerie van Defensie) en de beroemde begraafplaats Arlington.
De stad in haar geheel werd ontworpen door een Fransman, Pierre Charles l’Enfant. Hij bedacht de prestigieuze Mall, de’squares’ en de ‘circles’ van waaruit triomfantelijke lanen vertrekken. Vandaag telt de hoofdstad van de Verenigde Staten zowat 600.000 inwoners, waarvan 57 procent zwarten. Hoewel de stad grotendeels werd gebouwd door slaven, groeide ze in minder dan één generatie uit tot het epicentrum van de strijd tegen de slavernij. Wat evenwel niet betekent dat de rassendiscriminatie in Washington DC definitief is uitgeroeid; de criminaliteits- en werkloosheidscijfers behoorden ooit tot de hoogste van het hele land. De zaken evolueren echter in positieve zin, zegt de blanke democratische burgemeester Anthony A. Williams. Hij volgde onlangs zijn zwarte collega Marion Barry op, die 16 jaar lang in het stadhuis zetelde.
In elk geval is het volkomen veilig in de wijken die door toeristen worden bezocht. Washington DC is een van de favoriete vakantiebestemmingen in de Verenigde Staten; de stad ontvangt jaarlijks 20 miljoen bezoekers. Je kunt er lekker eten, de hotelaccommodatie is prima en er zijn heel wat leuke terrasjes. Er zijn monumenten en architectuur van hoog niveau, talrijke boekhandels en een cultureel aanbod (vooral in de musea) dat bijna nergens zijn gelijke heeft.
De Amerikaanse hoofdstad is een van de weinige ter wereld waar de regeringsgebouwen zo druk bezocht worden: het Witte Huis, het Congres en het Supreme Court in het Capitool, het FBI, het Pentagon, enzovoort. De statige lanen, de groene ruimten en de monumenten rond de Mall, zoals de obelisk ter ere van George Washington, zijn beslist een bezoek waard – maar je leert veel meer over het dagelijks leven van de gemiddelde burger in wijken als Georgetown met zijn pittoresk Chesapeake & Ohio Canal, de Dupont Circle met zijn bohémien-sfeertje of Adams-Morgan met zijn clubs, shops en restaurants. Overigens: een op twee van die ‘gemiddelde burgers’ heeft tenminste een diploma van doctor in de rechten…
Ook de groten der aarde nestelen zich graag in deze wijken. De Kennedy’s woonden er voor John het tot president bracht; Elisabeth Taylor toen ze met senator John Warner getrouwd was; de Grahams, eigenaars van de Washington Post (lees de uitstekende ‘Personal History’ van Katharine Graham, Pulitzer Prize ’98, Ed. Vintage). Mocht je gaan tafelen in restaurant ‘Chez Nora’, dan hoef je niet verbaasd op te kijken als de Clintons een tafeltje verder zitten… De mannen van de geheime dienst drinken in deze buurt een glas met buitenlandse spionnen (in ‘Le Pied de Cochon’ maakte de Rus Vitaly Yurschenko zich via de toiletten uit de voeten, toen hij in de smiezen kreeg met wie hij zat te borrelen).
In die wijken,
waar vooral welgestelde blanken wonen, heerst eigenaardig genoeg een tamelijk uitgesproken dorpsmentaliteit met de daarbij horende sociale controle. Washington DC mag dan al het centrum zijn van de kapitalistische en democratische westerse wereld, schandalen als Watergate of de affaire Lewinsky zijn op politieke schaal niets anders dan de sublimatie van de sociale controle in een klein gehucht.
Dit grote dorp is echter heel aantrekkelijk voor de toerist die zich weinig gelegen laat aan de intriges in de hogere kringen tijdens recepties, diners en andere gesofistikeerde feestjes. Je kunt er makkelijk een week blijven zonder uitgekeken te raken, maar je moet wel het juiste tijdstip kiezen: het kan er namelijk heel warm en heel koud zijn. De lente, het begin van de zomer en de herfst zijn de beste periodes.
In de zone rond de Mall, die het Capitool verbindt met het Lincoln Memorial (een afstand van twee mijl), trekt het Witte Huis uiteraard alle aandacht. Weinigen weten dat dit gebouw de reputatie heeft een spookhuis te zijn: Maureen, de dochter van Ronald Reagan, beweert nog altijd dat ze in de Lincoln Bedroom ooit een geestverschijning in een rode jurk heeft ontmoet. Van een andere orde was de ontmoeting die Barbara Bush de stuipen op het lijf joeg, toen ze in het zwembad het gezelschap kreeg van een rat die blijkbaar ook een frisse duik wist te waarderen…
De architectuur
in Washington DC omvat alle bouwstijlen die in de mode waren van de 18de eeuw tot vandaag. In tegenstelling tot heel wat andere Amerikaanse steden, is de moderne architectuur niet alomtegenwoordig. Een handvol namen: Marcel Breuer (Department of Housing and Urban Development, 1968), Philip Johnson (David Lloyd Kreeger House, 1967; Pre-Columbian Museum in Dumbarton Oaks, 1963), Skidmore, Owings & Merrill (Hirshorn Museum, 1974; National Geographic, 1984), Maya Ying Lin (Vietnam Veterans Memorial, 1982), Ludwig Mies van der Rohe (Martin Luther King Memorial Library, 1972) en de ontwerper van de piramide voor het Louvre in Parijs, I.M. Pei (National Gallery of Art, 1978; Third Church of Christ, 1970; Town Center Plaza, 1962).
In de talrijke boekhandels vindt men culturele agenda’s, adressenlijsten en uitstekende stadsgidsen. Vooral ‘The Rough Guide’ en ‘Access’ zijn praktisch en heel compleet: bezienswaardigheden, musea, monumenten, restaurants, hotels, winkels,…
Voor cultuurminnende bezoekers biedt Washington DC een schat aan oude en hedendaagse kunst. Je kunt er ‘De boodschap van de engel aan Maria’ van Jan van Eyck gaan bewonderen, ‘De verzoeking van Sint-Antonius’ van Breugel, ‘De Kruisafneming’ van Rembrandt, ‘Het meisje met de rode hoed’ van Vermeer, ‘Napoleon’ van David en ‘De acrobatenfamilie’ van Picasso, naast werken van Fra Angelico, Botticelli, da Vinci en Velázquez, maar ook kubisme, impressionisme, pop-art, enzovoort.
Een mensenleven is te kort om alles te gaan bekijken, van de grootste musea tot de kleinste privé-collecties; en dan zijn er ook nog de meer didactische musea, zoals bijvoorbeeld dat van de lucht- en de ruimtevaart.
Washington DC is een indrukwekkende stad, maar haar ware grandeur schuilt in de wijken die er heel aantrekkelijk dorps uitzien.
SERGE VANMAERCKE
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier