Doorbraak
Op de autosalon in Brussel prezenteert Chrysler zijn nieuwe Voyager-gamma. De wereldmarktleider inzake monovolumes wil duidelijk een doorbraak forceren in Europa.
De Europese invasie van de Chrysler Voyager begon in 1988, op de autosalon in Parijs. Drie jaar later waren de “gewone” Voyager met korte wielbasis en de Grand Voyager met lange wielbasis goed voor een Europees marktaandeel van iets meer dan 20 %, een cijfer dat tot en met het afgelopen jaar werd gehandhaafd.
De produktie van Voyagers met turbodieselmotoren in Graz (Oostenrijk) betekende voor de monovolume van Chrysler een groeiend sukses op de Europese markt. Heel wat komponenten van de Oostenrijkse “Euro-Voyagers” worden trouwens geleverd door Europese fabrikanten.
Het design van de Voyager, dat sterk deed denken aan een omgebouwde bestelwagen, was echter dringend aan vernieuwing toe. Wat de vormgeving betreft, kan de Voyager ’96 beslist zeer geslaagd genoemd worden. Met hun afgeronde vormen en vloeiende lijnen sluiten de Voyagers aan bij de nieuwe designtrends van de Europese monovolumes.
Zowel de lange als de korte versie lijkt kleiner dan de voorganger maar toch zijn beide uitvoeringen iets langer, breder en hoger. Dit neemt echter niet weg dat de nieuwe Voyagers zeer handelbaar zijn in het stadsverkeer ; ze hebben trouwens een kleinere draaicirkel dan de oude modellen.
Alleen jammer dat de SE, de basisversie van de korte Voyager (919.600 frank, BTW inbegrepen), niet standaard voorzien is van ABS (in optie voor 41.500 frank). Dit in tegenstelling tot de Grand Voyager SE, waar het ABS-systeem wel tot de standaarduitrusting behoort.
De nieuwe Voyagers zijn beschikbaar met drie verschillende motoren. Twee daarvan slikken benzine : de nieuwe viercilinder (2429 cc, 150 Din pk) en een krachtige V6 die niet zo zuinig omspringt met de dure brandstof. Onze voorkeur gaat echter naar de bekende turbodiesel, die met zijn hoog koppel een grote dosis rijplezier te bieden heeft.
Wie per jaar niet voldoende kilometers aflegt om de aanschaf van een diesel te verantwoorden, doet beslist een goede zaak met de nieuwe viercilinder benzinemotor. De korte Voyager met deze krachtbron is naar ons gevoel de meest evenwichtige versie van de nieuwe gamma. De 2.4 benzine en de 2.5 turbodiesel zijn gekoppeld aan een handgeschakelde vijfversnellingsbak, terwijl de V6 uitgerust is met een automatische gangwissel.
Een opmerkelijk detail, ten slotte : zowel de korte als de lange Voyager biedt, zelfs bij volledige bezetting van alle zitplaatsen, meer dan voldoende ruimte om de bagage op te bergen. En dat is niet zo evident bij heel wat andere monovolumes.
PATRICK OP DE BEECK
Chrysler Voyager Afgeronde vormen en vloeiende lijnen sluiten aan bij de nieuwe designtrends van de Europese monovolumes.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier