Door goedkopere stroom dreigt Engie-deal staatskas 1,5 miljard euro te kosten
Het langer openhouden van de kerncentrales dreigt de overheid zowat 1,5 miljard euro te kosten omdat de stroomprijzen sneller dalen dan verwacht. Dat blijkt volgens Het Laatste Nieuws uit een rapport dat de internationale zakenbank Lazard in opdracht van de regering opstelde.
Als de huidige stroomprijzen zich de komende jaren doorzetten, kost de levensduurverlenging van Doel 4 en Tihange 3 België zowat 146 miljoen euro per jaar. Over de volledige periode van tien jaar wordt dat dus bijna 1,5 miljard euro.
Dat is een gevolg van de deal die de regering eind vorig jaar sloot met Engie. In het akkoord staat dat de Franse uitbater van de centrales van de Belgische staat een gegarandeerde prijs krijgt voor de opgewekte elektriciteit. Levert de stroom meer op, dan vloeit het overschot naar de Belgische staat. Maar wordt die voor minder verkocht, dan past de Belgische overheid bij.
Dalende elektriciteitsprijs
De grens ligt concreet op 81 euro per MWh, en de overheid ging ervan uit dat de stroomprijs pas vanaf 2028 daaronder zou zakken. Maar op de groothandelsmarkt wordt vandaag slechts 64 euro per MWh betaald voor 2027. Hoewel niemand een glazen bol heeft, achten experts de kans groot dat de elektriciteitsprijs de komende jaren een dalende trend zal vertonen. Volgens ramingen kunnen de kosten in het slechtste geval zelfs oplopen tot 1,8 miljard.
Het kabinet van federaal energieminister Tinne Van der Straeten zegt in een reactie dat de garantieprijs die Engie ontvangt kostengebaseerd is en dus vooral aantoont dat kernenergie niet zo goedkoop is als sommigen beweren. Tegelijkertijd wijst het kabinet er ook op dat de overeenkomst met Engie eveneens als bedoeling had om ons energie-onafhankelijker te maken.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier