‘Dit land is niet trots genoeg op zijn orkesten’

Symfonische orkesten staan voor moeilijke jaren. Subsidies onder druk, een vergrijzend publiek en niet meteen riante sponsorcontracten om dat op te vangen. Hans Verbugt, intendant van deFilharmonie, hoopt dat de volgende minister van Cultuur een helikoptervisie heeft.

Afgerond 10 miljoen euro bedraagt het jaarbudget van deFilharmonie. Daarvan betaalt de Vlaamse regering er 7 aan het orkest uit Antwerpen. Intendant Hans Verbugt heeft 80 muzikanten voltijds in dienst. Als er niets verandert, dreigt dat eerder te zakken naar 75 dan te stijgen naar de wenselijke 85.

De Nederlander Verbugt verruilde ruim vier jaar geleden het Conservatorium van Amsterdam voor deFilharmonie. Het Antwerpse orkest zag de afgelopen jaren zijn subsidies niet dalen, maar omdat het subsidiebedrag al vijf jaar niet is geïndexeerd, staat het jaarbudget wel onder druk. “Maar je hoort mij niet klagen”, zegt Verbugt. “Mijn Nederlandse collega’s hebben hardere noten te kraken.”

Elk gesubsidieerd orkest probeert alternatieve inkomstenbronnen aan te boren. Tien jaar geleden bedroeg het percentage eigen inkomsten bij deFilharmonie 15 procent. Hoe zit dat tegenwoordig?

HANS VERBUGT. “Dat percentage is ongeveer gelijk gebleven, al betekent dat wel dat in absolute cijfers de inkomsten met 20 procent zijn gestegen. Die positieve evolutie is vooral aan de ticketinkomsten te danken. Al is een kanttekening wel op zijn plaats: sinds we in maart 2012 voor de verbouwingen uit de Elisabethzaal zijn vertrokken, hebben we een substantieel aandeel ticketinkomsten ingeboet. Een deel van ons publiek dat traditioneel naar de concerten in de Elisabethzaal kwam, is ons niet naar De Roma of deSingel gevolgd. De terugval bedraagt tussen 10 en 15 procent.

“Positief is wel dat we sinds dit seizoen de ticketinkomsten weer zien stijgen. We compenseren de tijdelijke terugval nu blijkbaar door nieuw publiek aan te trekken. We hopen dat wanneer we in oktober 2016 de nieuwe Elisabethzaal betrekken, een deel van wie ons heeft verlaten weer terugkomt. Ik ga ervan uit dat ons aantal concerten in Antwerpen dan toeneemt en dat wij op de lange termijn weer meer publiek trekken.”

In de andere zalen waar u speelt, is er geen dalende ticketverkoop?

VERBUGT. “Daar is onze ticketverkoop op niveau gebleven. In Gent en Hasselt is die zelfs lichtjes toegenomen. Van alle Belgische orkesten trekken wij in de Gentse Bijloke nog altijd het grootste publiek. In Brussel is het voor ons moeilijker om voet aan de grond te krijgen.”

Brengen sponsorinkomsten voldoende soelaas?

VERBUGT. “Het niveau van inkomsten uit het bedrijfsleven blijft de jongste jaren nagenoeg stabiel. Sommige sponsors haken af, andere komen erbij. Sponsoring ligt lastig voor alle orkesten in Vlaanderen. Als Nederlander vind ik dat wel vreemd. Bij het Rotterdams Philharmonisch Orkest was sponsoring een vanzelfsprekend onderdeel in de financiering. Hier is die traditie veel minder aanwezig. Dankzij een aantal nieuwe formules met businessseats en gala-avonden slagen we er wel in het bedrijfsleven aan ons te binden, maar ik ontken niet dat het moeizaam gaat.”

Omdat het klassieke concerten zijn of omdat die sponsors de crisis voelen?

VERBUGT. “Het is een combinatie. Er is bovendien wereldwijd een crisis in de klassieke muziek aan de gang. Er is minder draagvlak bij de overheid en de publieke belangstelling voor klassieke orkestprojecten loopt terug. De zalen zijn echt wel minder vol dan vijf of tien jaar geleden. Dat is niet typisch voor Vlaanderen en België.

“Publiek behouden is één ding, maar nieuw publiek vinden is nog wat anders. Als je kijkt naar de demografie van een stad als Antwerpen dan weet je dat er iets moet gebeuren. Twee op de drie kinderen zijn hier van allochtone origine. Dat betekent meestal dat ze niet opgroeien met klassieke muziek. Ons publiek vergrijst en krimpt langzaam, terwijl de jeugd in Antwerpen zelfs in het onderwijs niet meer wordt geconfronteerd met klassiek. Die mensen worden dus niet gemakkelijk ons publiek.”

Is het dan wachten tot de laatste het licht uitdoet?

VERBUGT. “Wij evolueren wel als orkest. Bijvoorbeeld door de programmatie thematisch te vernieuwen. En we investeren ook bewust veel in educatie. Daarin onderscheiden wij ons van andere orkesten. Dat levert trouwens veel publiek op. De concerten die wij voor kinderen doen, hebben een bezetting van 95 tot 100 procent. Met onze locatie- en communityprojecten bereiken we jaarlijks 15.000 kinderen.

“Aan de andere kant heb je als orkest ook een kerntaak. In ons geval is dat het klassieke repertoire van Haydn tot Henderickx op hoog niveau te spelen. Dat is wat wij doen en wie wij zijn. Wij moeten ons als orkest niet profileren met basgitaren, steeldrums of een panfluit. Wij zijn een orkest voor het klassieke repertoire. Daar hebben we de afgelopen jaren ook centen voor gekregen en daarover is een beheersovereenkomst afgesloten.”

deFilharmonie trok dit jaar ook naar Oostenrijk en Duitsland voor een prestigieuze tournee. Dat kost veel geld. Waarom doet u dat dan?

VERBUGT. “Het beeld dat wij met overheidsgeld naar China of Japan trekken, is fundamenteel onjuist. We hebben daar de jongste jaren concerttournees gedaan, maar we krijgen voor die buitenlandse concerten telkens een goede uitkoopsom. Een buitenlandse concerttour moet voor ons kostendekkend zijn. Dat criterium vinden we heel belangrijk.

“Waarom gaan we dan naar buitenland? Om ons internationaal te meten en te presenteren. Om te weten hoe de pers op ons reageert. Zo speelden we twee maanden geleden in de matinee in het Concertgebouw van Amsterdam. Dat is de belangrijkste serie in Nederland en als je daar dan een heel positieve pers over krijgt, dan is dat een belangrijke referentie voor het orkest.”

Orkesten als Brussels Philharmonic en deFilharmonie halen in het buitenland steevast laaiende recensies, terwijl ze hier nauwelijks nog in de krantenkolommen staan. Hoe verklaart u dat?

VERBUGT. (lacht) “Ik kan dat enkel verklaren door een gebrek aan fierheid op de eigen orkesten. Ik ben daar niet gefrustreerd over, maar het mag weleens gezegd worden. Dat geldt trouwens niet enkel voor de pers. Er zijn hier twee gesubsidieerde orkesten. Die verdienen echt wel de steun van de overheid en het bedrijfsleven.”

Met twee symfonische orkesten bent u wel heel selectief. Het Vlaams Symfonie Orkest krijgt ook 1 miljoen euro subsidies. Bovendien is er nog de Vlaamse Opera en telt Brussel nog het Nationaal Orkest en het orkest van de Munt.

VERBUGT. “Ja, er is een symfonisch overaanbod. Ook in Vlaanderen praten we als sector onvoldoende over samenwerking. Maar wat verwacht u van mij? Ik ben bereid om voor elke arbeidsplaats bij deFilharmonie te vechten.”

En uw collega’s van de andere orkesten zeggen natuurlijk net hetzelfde.

VERBUGT. “We hebben te veel overheden in dit land. Het ontbreekt daardoor aan een helikoptervisie en dus zijn vraag en aanbod niet op elkaar afgestemd. deFilharmonie heeft in Antwerpen haar plaats. Het probleem van het symfonische overaanbod speelt meer in Brussel.

“Voor de toekomst wordt de profilering van de orkesten belangrijker. Als Brussels Philharmonic en deFilharmonie te veel op elkaar gaan lijken, is dat een probleem. Te veel van hetzelfde is niet goed. Misschien moet de overheid dat gewoon beter aansturen. En dan is er wel degelijk plaats voor twee symfonische orkesten. Meer lijkt me te veel voor Vlaanderen.

“In die context proberen wij het profiel waar wij in geloven te versterken. Voor ons is dat het grotere symfonische repertoire. Daarnaast vinden we wel dat we als orkest flexibel moeten zijn en daarom hebben we ook een serie kamermuziek. Bovendien investeren we ook in sociaal-maatschappelijke en educatieve projecten als het opMaatorkest.”

deFilharmonie heeft voor Studio 100 ook de muziek voor de musical 14-18 opgenomen. Gaat u meer zulke opdrachten uitvoeren?

VERBUGT. “Zeker. Het is mijn verantwoordelijkheid om onze muzikanten zo veel mogelijk zinvol aan het werk te houden binnen de beheersovereenkomst. De vraag hoeveel een muzikant met een voltijdse aanstelling moet werken, wordt steeds luider gesteld. Het is daarom onze taak om muzikanten binnen hun aanstelling zo veel mogelijk aan het werk te houden. En als we geen concerten hebben verkocht in een bepaalde week, dan kunnen we onze muzikanten perfect inzetten voor een opname van een musical. Daar doen ze niet al te moeilijk over, want ze begrijpen steeds meer dat die flexibiliteit en veelzijdigheid een deel is van het muzikant-zijn in deze moderne tijd.”

Capaciteit efficiënt benutten, heet zoiets. Valt efficiëntie te rijmen met uw artistieke opdracht?

VERBUGT. “Ik vind efficiëntie belangrijk. Onze muzikanten hebben één baan, en daarvoor worden ze betaald. Dat bedrijfsmatig denken is misschien wel Hollands, maar ik vind dat een onderdeel van onze opdracht. Voor mijn part mag de volgende minister ons heel duidelijk afrekenen op efficiëntie. Ik pleit er al aantal jaar voor om te kijken hoe doelmatig er in de orkesten wordt gewerkt. En ik ben wat dat betreft gerust: wij maken onze artistieke taken meer dan waar, terwijl onze mensen meer uren werken dan hun collega’s bij andere orkesten.”

ROELAND BYL, FOTOGRAFIE THOMAS DE BOEVER

“Het beeld dat wij met overheidsgeld naar China of Japan trekken is fundamenteel onjuist”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content