Digitale televisie: hoeveel betaalt de klant én wat krijgt hij (niet)?
Belgacom en Telenet loodsen België binnen in de wereld van de digitale televisie. Wat bieden ze? Wat willen ze? De buurlanden hebben er al ervaring mee. En wat blijkt? Succes is allesbehalve zeker.
In dit dossier testen we ook hoe de digitale tv van Belgacom en Telenet momenteel presteert. Volgende week gaan we na hoe Belgacom en Telenet hun omzet kunnen opdrijven.
Van alle onbelangrijke dingen in het leven is televisie ongetwijfeld het allerbelangrijkste. Het is gespreksstof nummer één aan de koffieautomaat, maar ook bron van ergernis of kritiek en oorzaak van niet weinig familieruzies. Televisie mag qua tijdsbesteding dan wel terrein verliezen op het internet, het blijft het massamedium bij uitstek en dus ook de geliefkoosde plek voor grote adverteerders.
Ondertussen probeert een lange lijst van bedrijven op de een of andere manier geld te verdienen met het medium: de omroepen zelf, de producenten van programma’s of de bedenkers van reclamespots, maar ook de fabrikanten van zend- en ontvangstapparatuur en de distributeurs van televisiesignalen (zoals kabelnetten of aanbieders van programmapakketten op satelliet).
Die distributie verloopt steeds vaker digitaal en gecomprimeerd: tien digitale zenders nemen niet méér bandbreedte in dan één traditioneel (analoog) televisiesignaal. Zowel Belgacom als Telenet onderstrepen in hun reclamecampagnes dan ook de overvloed aan nieuwe zenders die via digitale tv de huiskamer binnenkomen. Sommige kanalen zijn gratis – of liever: opgenomen in het basispakket voor een vaste maandelijkse prijs -, terwijl voor andere moet worden bijbetaald.
Belgacom-klanten krijgen een uitgebreid basispakket, maar kunnen zich ook op individuele zenders abonneren, Telenet werkt met pakketten. Op het einde van de maand willen beide distributeurs vooral hogere bedragen kunnen aanrekenen op hun facturen, een digitale kijker moet met andere woorden meer geld in het laatje brengen dan zijn analoge collega.
Voorzover de verlokking van nieuws- en muziekkanalen, een overdosis aan voetbal of erotiek niet zou volstaan, werpen Belgacom en Telenet zich ook op als de videotheek aan huis. Met de afstandsbediening bladert u door een reeks kaskrakers en klassiekers. Bestellen kan met één druk op de knop en kost bij Belgacom 2 tot 3 euro, bij Telenet gemiddeld 4 euro per film. Ook televisieprogramma’s worden op die manier herverpakt.
De strategie van Belgacom: klantenbinding
Telenet en Belgacom mogen met hun aanbod dan wel in elkaars vaarwater zitten, toch is hun strategie niet zomaar vergelijkbaar. Voor Belgacom is televisie een nieuw gegeven. Bovendien doet het bedrijf ook nog een beroep op een relatief nieuwe technologie die ervoor zorgt dat beelden over een internetachtig netwerk verstuurd kunnen worden. Topman Didier Bellens hoopt met digitale televisie in de eerste plaats klanten aan zich te binden. Wie Belgacom TV in huis haalt, heeft daarvoor een ADSL-verbinding en dus ook een telefoonabonnement nodig. Een duidelijker voorbeeld van wat de sector zo graag triple play noemt – het samen aanbieden van telefonie, internetaansluiting en (digitale) televisie – kan men zich niet indenken. Al staat één kabel waarover toevallig drie verschillende diensten lopen natuurlijk nog niet gelijk aan een uitgekiende commerciële strategie. De kassa begint pas echt te rinkelen voor Belgacom wanneer het erin slaagt nieuwe diensten te ontwikkelen die televisie, internet en telefonie samenbrengen als argument om vooral bij één provider klant te blijven. In de VS zorgen gelijkaardige aanbieders van ADSL-tv er bijvoorbeeld voor dat uw televisietoestel u verwittigt wanneer er een telefoongesprek binnenkomt en meteen op het scherm meldt wie u probeert te bellen.
Belgacom heeft zeker nog heel wat ruimte om de drie diensten niet alleen technisch, maar ook promotioneel aan elkaar te koppelen. Met andere woorden: uw telefoongesprekken, uw internetverbinding én tientallen televisiekanalen voor een vast maandelijks bedrag. Het is een manier voor de operator om producten die sterk in prijs gedaald zijn toch nog te valoriseren. Naarmate ook telefoongesprekken via de internetverbinding lopen, stijgen de technische mogelijkheden om nieuwe diensten op het platform aan te bieden en dalen de operationele kosten voor Belgacom.
De strategie van Telenet: meer euro’s per klant
Voor Telenet liggen de kaarten anders, want het Vlaamse telecombedrijf heeft al langer de drie ingrediënten voor triple play in huis. De Mechelaars zijn niet alleen Vlaams marktleider met internetabonnementen, ze bereiken met hun kabelnetten ook twee derde van de Vlaamse televisiehuishoudens én bieden in scherpe concurrentie met Belgacom telefoniediensten aan. Prioriteit nummer één is dan ook het opdrijven van de gemiddelde uitgaven per klant. Net als Belgacom, ziet Telenet immers de prijs voor telefoongesprekken sterk dalen. Hetzelfde mag verwacht worden van internetaansluitingen in de nabije toekomst.
Televisie moet soelaas brengen, zeker wanneer naast het kabelabonnement inkomsten gehaald kunnen worden uit extra zenders en de occasionele bestelling van een film of televisie-uitzending. Of voor wie zich helemaal wil onderdompelen in de terminologie van de sector: triple play moet de average revenue per user of ARPU doen stijgen.
Het buitenland: wisselend succes
België is een laatbloeier als het over digitale televisie gaat. Een blik over de landsgrenzen laat zien dat de nieuwe technologie zeker geen geldkoe is. In Duitsland, Italië en Spanje werden de twee lokale aanbieders telkens door een gebrek aan abonnees in elkaars armen gedwongen. Het Britse ITV Digital betaalde zich blauw aan een weinig renderend voetbalcontract en ging kopje onder. Het keerde terug als succesvol gratis aanbieder van digitale etherzenders. Sky Digital, een pakket van honderden kanalen dat in Groot-Brittannië via de satelliet uitzendt, doet het prima, al moet het bedrijf evengoed toegeven dat het aantal abonnees stilaan een plafond bereikt heeft. De dienst telt ondertussen meer dan 7,8 miljoen kijkers in Groot-Brittannië en Ierland en stond vorig boekjaar voor een winst van zo’n 370 miljoen euro.
In Frankrijk zijn nog steeds twee pakketten via satelliet actief, wordt het gratis aanbod via de ether verder uitgebouwd en laat internetprovider Free zien hoe succesvol een goedkoop triple-play-aanbod wel kan zijn. De Franse firma, een dochter van de beursgenoteerde Groupe Iliad, biedt voor 30 euro per maand een snelle en ongelimiteerde internetconnectie, gratis telefoongesprekken naar vaste lijnen in heel Frankrijk en meer dan 80 gratis televisiekanalen aan, naast zowat 180 betaalzenders die apart aangerekend worden. Free is Frankrijks tweede grootste internetprovider met meer dan 1,3 miljoen klanten (goed voor 17,6 % marktaandeel). Zowat 10 % van de klanten betaalt per maand extra voor een of meer televisiekanalen. Iliad mocht de eerste helft van dit jaar 24,1 miljoen euro nettowinst in de boeken schrijven, 56,5 % meer dan in de eerste zes maanden van 2004.
Raphael Cockx
Het Franse Free biedt voor 30 euro per maand: l snelle en ongelimiteerde internettoegang l gratis telefoongesprekken naar vaste lijnen in heel Frankrijk l meer dan 80 televisiekanalen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier