Boudewijn Vanpeteghem

Di Rupo premier? En waarom niet?

Boudewijn Vanpeteghem Boudewijn Vanpeteghem is redacteur bij Trends.

Er zijn verscheidene redenen waarom PS-voorzitter Elio Di Rupo meer dan ooit kans maakt om zijn intrek te kunnen nemen in de Wetstraat 16. Niet het minst omdat het erop lijkt dat CD&V die kelk aan zich voorbij wil laten gaan.

De regeringen-Leterme hebben er weinig van gebakken. Daardoor werd partijvoorzitster Marianne Thyssen het gezicht van de CD&V-verkiezingscampagne. Zou de politica geen interesse hebben om de eerste vrouwelijke premier van het land te worden en daarmee haar plaats in de geschiedenisboeken verzekerd te zien? Moeilijk te zeggen, maar het is een feit dat ze noodgedwongen en met lood in de benen op het Belgische politieke toneel is komen staan. Haar hart klopt(e) in Europa.

In de rangen van de Vlaamse christendemocratie is bovendien te horen dat een Franstalige premier het maar eens moet proberen. Thyssen zelf zegt dat haar partij vier van haar kopmannen hun tanden stuk heeft laten bijten op het verzet van de Franstaligen tegen een staatshervorming. Trop is te veel, vinden ze bij CD&V.

Di Rupo als eerste minister kan een goede zaak betekenen voor de broodnodige staatshervorming. Met hem aan het roer zal de PS zich meegaander opstellen. Ze kan dit des te gemakkelijker doen omdat ze de moordende electorale aanval van erfvijand MR, die daardoor intern hevig verdeeld geraakte, heeft afgeslagen. Van Ecolo, die haar op haar linkerflank pijn kan doen, hoeft ze in het communautaire dossier weinig te vrezen.

Coalitiepartner cdH hoeft geen bron van partijpolitieke bekommernis te zijn. Haar voorzitster, de Brusselse Joëlle Milquet, komt deze dagen communautair bijna hysterisch uit de hoek. Zouden ze in die partij echt allemaal op diezelfde golflengte zitten? De Waal Benoît Lutgen, die Milquet moet opvolgen als partijhoofd, moet daar toch anders over denken, niet?

Hoe dan ook, het komt Di Rupo goed uit dat CD&V en cdH openlijk hun verdeeldheid etaleren in televisiedebatten. Van een christendemocratische politieke familie is nauwelijks nog sprake. En de aanwezigheid van het FDF in de MR bemoeilijkt het samenleven in de liberale familie. Daar komt bij dat de aan de macht zijnde generatie Franstalige liberalen met weemoed terugdenkt aan de tijd van Guy Verhofstadt. Ze neemt het voorzitter Alexander De Croo van Open Vld kwalijk dat hij de regering heeft doen vallen.

Rest ons de socialistische familie, die zich als een twee-eenheid aan de kiezer presenteert. Begrijpelijk, maar licht hypocriet als je bijvoorbeeld weet hoe hard de sp.a zich heeft opgesteld tegen PS-minister Paul Magnette omwille van zijn energiebeleid. Maar goed, eendracht maakt macht poneren ze nu bij de socialisten. Het kan de terugkeer van de sp.a rond de federale regeringstafel en Di Rupo’s intrede in de Wetstraat 16 gemakkelijker maken.

Een Franstalige premier en bovendien een socialist, het is iets helemaal anders. De jongste keer dat we zoiets hadden, dateert al van 1973 en de regering-Leburton hield het amper negen maanden uit.

Een socialist aan het roer hebben, kan evenzeer een pluspunt zijn. Er moeten drastische maatregelen komen in de sociale zekerheid om het stelsel leefbaar te houden. Liever een socialist die het manoeuvre leidt dan een die binnen de regering oppositie voert of de bevolking vanuit de oppositie opruit om alles bij het oude te laten.

Het is daarom belangrijk dat PS-coryfee Laurette Onkelinx, de federale vice-premier, pleit voor een nieuw sociaal pact. Niets te vroeg. Dat kan sporen met de New Deal waarmee Thyssen de hort op is gegaan: een staatshervorming, een begrotingssanering, economische hervormingen die sociaal gedragen zijn.

We weten hoe de communautaire kaarten liggen wanneer we op 13 juni onze stem zullen uitbrengen. Democratie is een mooi iets. De Vlaamse nationalisten van de N-VA winnen zo goed als zeker de verkiezingen en dat doet de Franstaligen hun geloof in de noodzaak van een grote staatshervorming hard belijden. Let wel, in gradaties. En eerst zien en dan geloven.

Het wordt hoog tijd dat we te weten komen hoe de politieke partijen denken de begrotingsput te zullen delgen, de economische crisis te lijf te zullen gaan en de sociale zekerheid leefbaar te zullen houden in de moeilijke tijden die nog komen. Voorzitter Alexander De Croo heeft gelijk om de anderen uit te dagen met zijn begrotingsplan. Tot nog toe geraakten we wel niet veel verder dan het liberale saneren; het socialistische en groene ‘laat de rijken de crisis betalen’; de staatshervorming als brenger van alle heil, door de N-VA.

Het zal een beetje van dat alles moeten zijn en het is niet waar dat de kiezer daarbij niets in de pap te brokken heeft. Hij en zij kunnen dan misschien niet vastleggen welke regeringscoalitie er na 13 juni komt, maar ze doen dat wel met de krachtsverhoudingen in die regering.

Boudewijn Vanpeteghem

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content