Designnachten in Brussel

Een klein hotel met een designinrichting die je normaal alleen in vijfsterrenhotels vindt: klaar voor een nachtje Monty in Brussel?

Nadat enkele Brusselse vijfsterrenhotels eerder al opteerden voor een moderne inrichting, bedachten drie investeerders nu het concept van de small design hotels. Hun eerste realisatie is te zien in Brussel.

Het nieuwe hotel ligt vlakbij het prestigieuze vijfsterrenhotel Montgommery en kreeg bij wijze van verkleinend knipoogje de naam Monty mee. In het interieur overheerst rood. De uitnodigende warmte straalt de gasten hier tegemoet.

Een van de drie investeerders is Jean-Michel André (38), een man die al meer dan tien jaar actief is in het Brusselse hotelwezen ( Hilton, Sofitel). André vindt dat de sector te sterk wordt gedomineerd door de vier- en vijfsterrenhotels van grote, herkenbare Amerikaanse, Scandinavische en Britse ketens. “Dat zijn ook effectief de hotels waar een groot deel van de reizigers op zoek naar is,” geeft hij toe. “Ze willen een vertrouwd herkenningspunt in New York, Istanbul of Brussel. Maar er is ook heel wat vraag naar andere verblijfsmogelijkheden.”

Vandaar dat de Brusselse jurist, die al jarenlang is gepassioneerd door het hotelbedrijf, de grote ketens vaarwel zei en een nieuwe formule bedacht. Jean-Michel André wou werken met middelen en producten die snel en eenvoudig te vinden en te verkrijgen zijn, en koos dus voor kleinschaligheid. Om zich te onderscheiden van de andere kleinere hotels, opteerde hij voor een designinrichting, een luxe die je normaal alleen in vijfsterrenhotels vindt, of toch op z’n minst in de ietwat duurdere logies. In Brussel denken we dan aan hotels zoals Animo, Manos of Barsey.

“Ik wou een hedendaags product voor een betaalbare prijs. Het aantal sterren was voor mij niet van belang, maar de prijzen van de kamers moesten rond de 100 euro schommelen. Dat was een conditio sine qua non: door de crisis in de toeristische sector gaan heel wat reizigers – vooral zakenlui – op zoek naar hotels die stijl en comfort bieden tegen een redelijke prijs. We beginnen in het hotelwezen dezelfde evolutie te merken als in de luchtvaartsector. Zakenlui ruilen first class voor business class. Voor sommige vluchten kiezen ze zelfs voor economy of vliegen ze met de goedkopere maatschappijen. Een hotel dat goed wordt geleid en onderhouden, heeft in bepaalde gevallen geen behoefte aan airconditioning, dubbele beglazing of een permanente roomservice. En dit heeft natuurlijk een gunstige weerslag op de prijs. Een architectuur en een meubilair die design ademen, bieden daarentegen ontegensprekelijk een meerwaarde die sterk wordt gewaardeerd.”

Creaties van grote ontwerpers

In het Monty-hotel was vroeger het klassieke l’Armorial ondergebracht, een traditioneel hotel met sierkleedjes, porseleinen vaasjes en kleine gordijntjes dat werd uitgebaat door een Libanees. Jean-Michel André kocht het gebouw, een oud herenhuis uit de jaren dertig, voor 450.000 euro. De verbouwingswerken en de optie ‘design’ kostten samen nog eens 450.000 euro. Wat de cliënteel betrof, werd voornamelijk gemikt op de directe omgeving, gaande van de luchthaven tot de Europese wijk.

“Sommige klanten van het Armorial-hotel zijn vertrokken omdat de prijzen wat werden opgetrokken. Anderen zijn gebleven omdat het hotel een grotere uitstraling kreeg. Het merendeel van de klanten is echter nieuw: in de week verblijven hier voornamelijk zakenlui; tijdens het weekend zijn het meestal toeristen die in het Monty-hotel hun intrek nemen. Het profiel van de vaste klanten: veertigers, veel vertegenwoordigers van niet-gouvernementele organisaties die op zoek zijn naar stijl in een ontspannen kader. Hier komen geen beroemdheden logeren en dat zal wel nooit veranderen. Voor hen zijn er kamers in het Hilton-hotel voorbehouden.”

De kamers zijn goed geïsoleerd en garanderen de privacy die hoort bij een rustig verblijf in het hotel. De ‘lobby’ daarentegen lijkt op een salon uit een villa en is duidelijk gericht op het bevorderen van het menselijk contact. Net zoals de grote ontbijttafel trouwens – “een idee dat bij Le Pain Quotidien werd gehaald” – iedereen kan ‘s ochtends mee aanschuiven en genieten van typisch Belgische producten: chocolade, ontbijtkoek, speculaas.

In januari bedroeg de bezetting van het Monty-hotel 50 %. Daarna nam ze maand na maand met 10 % toe en bereikte in april een niveau van 80 %.

Waarom een designhotel? “Omdat design een cliënteel met een bepaalde instelling, een zekere gevoeligheid aantrekt. Let wel, het was zeker niet mijn bedoeling om een hotel voor trendy of elitaire gasten te creëren. Hier is iedereen welkom.” Jean-Michel André en zijn vrouw zijn allebei weg van hedendaagse architectuur en meubelen. Zo zijn ze bijvoorbeeld goed bevriend met Thierry Hens, die behalve architect en decorateur ook eigenaar is van de Brusselse L’Objet du Désir-boetieks. Vooral zijn smaak heeft de inrichting van het Monty-hotel bepaald.

Net zoals in het hotel vinden we ook in de privé-woning van het paar creaties terug van grote ontwerpers uit de hedendaagse designwereld: van Ingo Maurer tot Philippe Starck en van Charles en Ray Eames tot Antonio Citterio, Ron Arad of Achille Castiglioni. Ook Mevrouw André runt een hotel: een pand aan de Emile Jacqmainlaan dat al generaties lang door haar familie wordt uitgebaat.

Kwaliteitsbar voor zakenlui

Hilton, Sofitel… Het zijn vreemde werkgevers voor Jean-Michel André, die van opleiding jurist is. “Ik wou op een dag een eigen hotel openen. En waar kon ik het klappen van de zweep beter leren dan bij de grote ketens? Zodra mijn financiële toestand een aankoop mogelijk maakte, heb ik een twintigtal Brusselse hotels met minder dan vijftig kamers aangeschreven. Van drie zaken kreeg ik een antwoord. Er zijn vrij weinig hotels te koop in Brussel. De twee andere hotels die hebben geantwoord, lagen vlakbij het Madouplein en het Vossenplein. Ik wou echter geen hotel dat helemaal afgewerkt en instapklaar was. Ik wou een plek die ik nog een persoonlijk tintje kon geven. Ik vond twee partners – een accountant (20 %) en een kredietmakelaar (40 %) – die mee wilden investeren. Het leek ons een interessante uitdaging om een retrogebouw om te vormen tot een hotel met een designaankleding.”

De inrichting van het hotel is overheersend rood. “In het hotelwezen moet je, vooral op het vlak van de veiligheid, heel wat criteria naleven. De keuze van behangpapier, tapijten en linnengoed is dus vrij beperkt. We hebben het hele gamma tapijten en behangpapier met een brandwerendheid van meer dan één uur bestudeerd en de modernste opties waren voornamelijk rood. Vandaar dus onze keuze. Rood lijkt misschien agressief, maar het is ook een zeer warme kleur en bovendien kan de hele aankleding er binnen vier jaar weer helemaal anders uitzien.”

In het hotel werken vier mensen. Samen kunnen ze de gasten te woord staan in het Frans, Nederlands, Arabisch, Italiaans en Spaans. Voorlopig vind je ook Jean-Michel André nog vaak in zijn Monty, maar hij wil volgend jaar een nieuw driesterrenhotel openen in Brussel en zal dus steeds vaker afwezig zijn. Welke stijl we mogen verwachten voor het tweede hotel? “Bourgeois, cosy, minimalistisch. Ik weet het eerlijk gezegd nog niet.”

En Jean-Michel André kijkt ook voorbij de horizon van het hotelwezen. Zo speelt hij met de idee om in de Brusselse bovenstad een kwaliteitsbar te openen voor zakenlui. Een bar die alleen tijdens de week de deuren opent. Over zes maanden zou dit project al werkelijkheid kunnen zijn.

Na Londen, Parijs en Milaan heeft ook Brussel nu een 100 %-designhotel.

De achttien kamers herbergen een indrukwekkende collectie design, getekend door internationale sterren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content