Design ontmoet Kunst

Het laatste Salone Internazionale del Mobile van deze eeuw is uitgegroeid tot een merkwaardige happening. Vooral de gebeurtenissen naast de Meubelbeurs hebben dit commerciële evenement opgetild tot een totaalproject met artistieke allures.

Het is in de loop der jaren gegroeid: de interessantste gebeurtenissen spelen zich af náást het Salone del Mobile. Dit jaar was het niet anders. Zelfs nog extremer. Het jaar 2000 en de nakende eeuwwende hebben tal van designers en artiesten aangespoord de tijdgeest van dit fin-de-siècle te vatten en er hun stempel op te drukken.

Tijdens de beurs, die plaats vond van 10 tot 16 april, hebben zich in Milaan een aantal manifestaties voltrokken die het commerciële niveau overstijgen en een brug leggen tussen design en kunst, tussen het idee en de idee. De Nederlandse taal maakt een mooi onderscheid tussen beiden. Onder het idee verstaan we een gedachte, een ingeving, een vondst. De idee (vrouwelijk) verwijst naar een hogere orde van denken, naar de wijsbegeerte, het allesomvattende. Die brug werd in Milaan gelegd door Alessandro Mendini, bij het grote publiek vooral gekend om zijn speelse design-objecten die hij voor Alessi tekende. Deze kleine ietwat schichtige man – je zou het hem niet aangeven – is ook één van de denkers van deze tijd die elk voorwerp een plaats geeft in het ruimere denkbeeld van de mens. Dat toont hij op een schitterende en aangrijpende manier aan in zijn tentoonstelling Essere ben Essere, die nog loopt tot 11 mei in de Triennale di Milano, Viale Alemagna. Mendini voert de hele reeks van beroemde designers op – Philippe Starck, Andrea Branzi, Carlo Colombo, Verner Panton, Shigeru Uchida en tientallen anderen – en laat hen door middel van installaties en combinaties hun idee (vrouwelijk) van dit fin-de-siècle weergeven, of eerder aanreiken, suggereren. Het design verheft zich hier boven het tijdelijke, het vluchtige maar plaatst zich midden in een wereld die vaak heel ver verwijderd is van het goed gevoel, van Ben Essere. Deze merkwaardige tentoonstelling contesteert alles wat vandaag verkeerd gaat in deze wereld. En dat is heel veel. Allesandro Mendini opent de Doos van Pandora en confronteert ons brutaal met de inhoud ervan. Wat we te zien krijgen is exodus, discriminatie, deportatie, onverschilligheid, catastrofe, geweld, oorlog, atoomdreiging, natuurrampen, genetische manipulatie, drugs, pornografie, hongersnood; kortom: waanzin. Het geheel dat de toeschouwers door hun strot geduwd krijgen, staat ver af van de glitter en het mooie design van het Salone del Mobile. Designers nemen hun verantwoordelijkheid op, zoals het kunstenaars betaamt, en relativeren als het ware hun eigen vak. Ze wijzen ons erop dat het Goed Gevoel in vele gevallen slechts schijn is. Essere ben Essere, een meesterwerk van Alessandro Mendini.

De kunstenaars hebben zich evenmin onbetuigd gelaten. Van uitzonderlijk niveau is de tentoonstelling Stanze e Segreti, helaas slechts tot 7 mei, in de Rotonda della Besana. Curator van de tentoonstelling is Achille Bonito Oliva, die zestien kunstenaars uitnodigde om in dit merkwaardige gebouw iets te doen. Onder hen: Peter Greenaway, Marina Abramovic, Ilya en Emilia Kabakov, Emir Kusturica, Michelangelo Pistoletto, Daniel Spoerri en Yoko Ono. De vervreemding is totaal. Reeds bij het binnenkomen komen de toeschouwers terecht in een tunnel waarin versnelde beelden uit een metrostation geprojecteerd worden en ijselijke geluiden weerklinken. De toon is meteen gezet voor een confrontatie met de leefwereld van de mens, van voor de geboorte (geprojecteerde beelden van twee volwassenen die als foetussen in een glazen kubus bewegen) tot na de dood (twee geraamten die – zo zou je het kunnen stellen – de liefde bedrijven). De souvenirs van het leven zijn verpakt in oude reiskoffers (Greenaway) en de ladder die naar de hemel leidt heeft vlijmscherpe messen als treden (Abramovic). De toeschouwer komt niet ongehavend uit deze ruimte weg.

Enkele andere gebeurtenissen naast het Salone verdienen eveneens aandacht. B&O bouwde een erg knappe ‘klankententoonstelling’ – Anatomia dello Spazio – op in het Palazzo del Senato, waarbij de klanken haast visueel werden voorgesteld. Honderd jonge Franse designers kregen de kans om naast Cappellini hun kunnen te tonen. En dat is heel wat. Door het consequent aanwenden van nieuwe technologieën slagen de Fransen erin een nieuwe vormentaal aan te spreken.

En ten slotte, last but not least, was er voor het eerst het Vlaamse experiment van F3: Forms from Flanders. In de ruïne van Ragno d’Oro aan de Piazza Medaglie d’Oro werd een tentoonstelling gebouwd door F3, zijnde Extremis, Kreon, Maarten Van Severen, Obumex, Spijker en de Stichting Interieur. Acht andere designers en bedrijven verleenden hun medewerking: Alinea, L’Anverre, APPART, Casimir, Chrisophe Coppens, Durlet (met schitterende leren zetels in de vorm van een ruggewervel), JZUZ en Pieter Stockmans. Deze laatste tekende onder meer voor de frietschaaltjes en de jeneverglaasjes, want F3 had gekozen voor de formule van een café. Een schot in de roos want het Belgisch bier en de frieten trokken iedere dag enkele duizenden bezoekers. Waar een klein land groot in is. Of zoals Interieur-directeur Max Borka het uitdrukte: “Design is niet iets waar je alleen maar naar kijkt, zoals kunst. Design moet je beleven, en waar kan dat beter dan in een café?” Milaan wist het te appreciëren. Het openingsfeest met de muzikale groep Wawadadakwa was zelfs één van de topevents van de hele week. Eén probleem stelt zich voor de toekomst: de Ragno d’Oro wordt gerestaureerd en zal niet meer beschikbaar zijn. De Rotonda della Besana en het Palazzo del Senato zijn eveneens buitengewoon geschikte locaties voor een Vlaams café.

Henk Van Nieuwenhove

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content