De zeepbellen van Händel
De componist Georg Friedrich Händel (1685-1759) stierf 250 jaar geleden en dat wordt overvloedig gevierd. De man liet dan ook een enorm oeuvre na: 42 opera’s, 29 oratoria, meer dan 120 cantates, trio’s en duetten. In totaal ongeveer 2000 aria’s. Voorts schreef hij Duitse, Italiaanse en Latijnse kerkmuziek. Het beroemdste werk is ongetwijfeld zijn Hallelujah uit de Messiah. Samen met Johann Sebastian Bach, die in hetzelfde jaar werd geboren, wordt Händel als een van de grootste componis-ten van zijn tijd beschouwd. Maar Händel was veel meer dan een componist. In een nieuwe biografie besteedt Uwe Neumahr ook aandacht aan de zakenman en ondernemer achter de componist.
Georg Friedrich Händel was niet meteen de meest succesrijke manager. In Londen, waar hij jaren vertoefde en zijn grootste werken schreef, vond hij rijke investeerders. Met een beetje hulp van die toenmalige topfinanciers werd aan het begin van de jaren twintig van de achttiende eeuw de Royal Academy opgericht. Een aristocratisch project voor de opvoering van opera’s. Het prestigieuze instituut beloofde schitterende rendementen. Die moesten worden gegenereerd via de com-posities van de muzikant en de uitvoering door sterzangers op een prachtige bühne. Aan de kapitaalverschaffers werd een jaarlijks rendement van 25 procent beloofd. Händel golfde met die beloftes mee op het toenmalige beursklimaat. Het was de periode van een van de grootste zeepbellen ooit. In de jaren twintig van de achttiende eeuw beloofde de South Sea Company gouden bergen. Tot de zeepbel uiteenspatte. Ook Händel was trouwens aandeelhouder van het bedrijf. Maar hij verkocht wellicht te vroeg, in 1716.
Onrechtstreeks werd de componist het slachtoffer van de naweeën van de gebarsten zeepbel. Huiver voor elk risico was het nieuwe thema. De aandeelhouders trokken hun centen ook uit de Royal Academy terug. Zeker nadat het instituut een jaarrendement van ‘amper’ zeven procent opleverde. De opera’s van Händel waren weliswaar een succes. Maar de kostenstructuur was veel te hoog. Er waren de enorme vergoedingen voor de (Italiaanse) sterzangers, de kastraten. De prijzen voor de decors, met vaak exuberante bühne-effecten, rezen de pan uit. Bovendien waren er enorm schommelende bezoekersaantallen.
De Royal Academy bezweek onder zijn schulden. Händel ging later nog twee keer failliet met zijn muziekbedrijven. Vreemd, besluit Uwe Neumahr. Want steeds weer gooide Händel succesrecepten overboord. Bijna als een leidmotief in zijn hele leven maakte hij het zijn publiek steeds een tikkeltje te moeilijk. Maar tegelijk was hij een man die hunkerde naar succes.
Uwe Neumahr. Georg Friedrich Händel. Ein abenteuerliches Leben im Barock. Piper. München, 2009. 396 blz., 22,95 euro.
Wolfgang Riepl
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier